Lezen hoofdstuk 1 (les 1)

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Welkom!

Leg alvast klaar:

• je leerwerkboek;
• je leesboek;
• je schrift.

Planning

• Lezen in stilte
• Huiswerk bespreken
• Uitleg 1.3 Lezen
• Werkmoment 
• Nakijken
• Afsluiten van de les
  

Proefwerk lezen hoofdstuk 1 en 2 op 14 oktober

Huiswerk opdracht 1 t/m 3 (p.18)

Verkennend en nauwkeurig lezen

Leesstrategieën

• Verkennend lezen

• Nauwkeurig lezen

• Zoekend lezen

• Studerend lezen

Verkennend lezen (opdr. 4, p.18)

Verkennend lezen (opdr. 4, p.18)

verkennend lezen.......

Nauwkeurig lezen

Titel en deeltitel

• de titel noemt soms het onderwerp óf geeft een aanwijzing over het onderwerp
• een titel eindigt nooit met een .
• In een krant heet het: (kranten)kop

deeltitel= geeft aan waar een tekstgedeelte over gaat

Een deeltitel bij een krantenbericht noem je (tussen)kopje.

Onderwerp en deelonderwerp

• onderwerp geeft aan waar de tekst over gaat (bijv dolfijnen)
• je leest daarvoor de titel en eerste alinea

• deelonderwerp-> tekstgedeelte dat een deel van het onderwerp behandelt (bijv: hoe ziet een dolfijn eruit, waar woont een dolfijn, wat eet een dolfijn)
• deelonderwerp kan uit 1 of meerder alinea's bestaan

Alinea

• in een alinea wordt een stukje van het onderwerp behandeld

Kenmerken alinea:

• de laatste regel is niet helemaal vol
• de eerste regel springt in
• er staat een witregel tussen twee alinea's 

de regel is niet helemaal vol

de eerste regel springt in

een witte regel tussen de tekst

Werkmoment

• Maak in je leerwerkboek/schrift opdracht 5 en 6 op p. 20.
• Schrijf steeds op in welke regel je het antwoord vindt.
• Je mag zachtjes overleggen.
• Je mag muziek luisteren.
• We kijken samen na om 12.25 uur.
  

Eerder klaar? Begin vast aan het huiswerk voor dinsdag. Dat is opdracht 7, 8, 10 en 11 van dezelfde paragraaf 1.3 Lezen.

Nakijken opdracht 5

a. Het talent om overal aan vast te kleven.

b. Gekko's hebben geen grip op een natte glasplaat.

c. In zijn leefgebied komen natte oppervlakken veel voor.

d. Op glas verspreidt het water zich, op de andere ondergronden vormt het druppels.

e. Tuigje aan, meten van kracht om hem van droog/nat oppervlak af te trekken.

f. Op andere ondergronden was de hechting van de gekko even sterk op het droge als op het natte oppervlak.

Nakijken opdracht 6

a. grip hebben: houvast hebben; door de mand vallen: ontmaskerd worden; hier: iets wat van je verwacht wordt, niet kunnen uitvoeren; iemand op een voetstuk plaatsen: iemand vereren.

b. onderzoek (regel 3).

c. Hechten betekent hier: vastkleven.

d. Bijvoorbeeld: vastmaken, vastbinden, 

een wond dichtmaken.

Afsluiting

• Huiswerk staat in Magister.
• We gaan verder met 1.3 Lezen.