differentiatie les 2

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Onderzoek differentiëren:

les 2

Uitleg: grammatica zinsdelen

het lijdend voorwerp

Differentiëren

Wat is dat?

 De aanpak (vervolg)

5. Zoek het lijdend voorwerp

    Wie/wat + wg + ow?

Let op: Niet in elke zin staat een lv

             Een lv begint nooit met een voorzetsel!

 

voorbeeld: 

De bejaarde vrouw heeft een nieuw boek gekocht.

 

voorbeeld: 

De bejaarde vrouw / heeft / een nieuw boek /gekocht.

pv: heeft (had) - streep voor en achter de pv

alles voor de pv is een zinsdeel

gekocht is een werkwoord streep voor en achter het ww

een nieuw boek blijft over en dat kun je voor de pv zetten.

 De bejaarde vrouw/heeft/een nieuw boek/gekocht.

 

pv: heeft

ow: de bejaarde vrouw

wg: heeft gekocht

lv: Wat heeft de bejaarde vrouw gekocht?

    een nieuw boek

lv: een nieuw boek 

Die oude boom heeft de boswachter omgehakt.

Wat is het onderwerp van deze zin?

1. Die oude boom
2. de boswachter
3. heeft omgehakt

Die oude boom heeft de boswachter gisteren omgehakt.

Wat is het lijdend voorwerp van deze zin?

1. Die oude boom
2. de boswachter
3. heeft omgehakt
4. gisteren

Soms begint het lijdend voorwerp met een voorzetsel.

1. juist
2. onjuist

Bestel jij een paar broden voor mij?

Wat is het lijdend voorwerp van deze zin?

1. jij
2. broden
3. een paar broden
4. voor mij

Ons zieke hondje wordt binnenkort geopereerd.

In deze zin staat ...

1. wel een lijdend voorwerp
2. geen lijdend voorwerp

Waarom laat de manager zijn werknemers nooit uitpraten?

Wat is het lijdend voorwerp van deze zin?

1. de manager
2. zijn werknemers
3. zijn werknemers nooit uitpraten
4. geen lv

Noteer het lijdend voorwerp van de volgend zin.

In het nieuwe boek van Mirjam Mous staan veel enge fragmenten.

- Je krijgt te horen in welke groep je zit.

- Zit je in groep blauw dat ga je meteen

  zelfstandig aan de slag met de opdrachten die ik met je

  deel.

- Zit je in groep groen of oranje dan kom je eerst bij mij zitten.

  Jullie krijgen extra uitleg en gaan aan het werk met jullie

  opdrachten als ik dat zeg.

  

groep blauw

groep oranje

groep groen

-Let op:

Je maakt de opdrachten in stilte en alleen.

Bedankt en succes!