Instrumenten in het orkest
1 / 21
La durée de la leçon est: 30 minIntroduction
Leerlingen kunnen instrumenten uit de vier groepen in het orkest herkennen in beeld en geluid.
Instructions
Bekijk of luister naar vier muziekinstrumenten op een rij, welke hoort er niet bij?
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
blazen
strijken
slaan
Slide 2 - Question de remorquage
Toelichting slide 2
Sleep het juiste woord naar de afbeelding. Kunnen leerlingen instrumenten noemen waarop je moet blazen, strijken of slaan?
Slide 3 - Vidéo
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 4 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 5 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 6 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 7 - Question de remorquage
Toelichting slide 7
- Welk instrument hoort niet thuis in het rijtje? Sleep dat instrument naar het kruis.
- Vraag de leerlingen waarom dit instrument er niet bij hoort en laat ze de namen van de instrumenten noemen.
Van links naar rechts:
viool, harp, djembé en gitaar.
De djembé hoort er niet bij, want dat is geen snaarinstrument.
Slide 8 - Question de remorquage
Toelichting slide 8
- Welk instrument hoort niet thuis in het rijtje? Sleep dat instrument naar het kruis.
- Vraag de leerlingen waarom dit instrument er niet bij hoort en laat ze de namen van de instrumenten noemen.
Van links naar rechts:
fagot, tuba, dwarsfluit en cello.
De cello hoort niet in het rijtje thuis, want dat is geen blaasinstrument.
Slide 9 - Vidéo
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 10 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 11 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Ken je nog andere blaasinstrumenten?
Slide 12 - Carte mentale
Toelichting slide 12
Vul het woordweb in samen met de leerlingen.
Slide 13 - Question de remorquage
Toelichting slide 13
- Welk instrument hoort niet thuis in het rijtje? Sleep dat instrument naar het kruis.
- Vraag de leerlingen waarom dit instrument er niet bij hoort en laat ze de namen van de instrumenten noemen.
Van links naar rechts:
viool, strijkbout, trompet en contrabas.
Twee antwoorden zijn goed: de trompet hoort niet in het rijtje, want dat is geen strijkinstrument. De strijkbout hoort ook niet in het rijtje, want dat is geen muziekinstrument.
Slide 14 - Question de remorquage
Toelichting slide 14
- Welk instrument hoort niet thuis in het rijtje? Sleep dat instrument naar het kruis.
- Vraag de leerlingen waarom dit instrument er niet bij hoort en laat ze de namen van de instrumenten noemen.
Van links naar rechts:
altviool, fagot, hoorn en hobo.
De altviool hoort niet in het rijtje thuis, want dat is geen blaasinstrument (een altviool is het grotere broertje van de viool).
Slide 15 - Vidéo
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 16 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
De melodie lijkt op een bekend liedje. Welke?
A
Altijd is Kortjakje ziek
B
Vader Jacob
Slide 17 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Toch klinkt deze versie heel anders. Wat klinkt er anders?
Slide 18 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 19 - Question de remorquage
Toelichting slide 15
- Welk instrument hoort niet thuis in het rijtje? Sleep dat instrument naar het kruis.
- Vraag de leerlingen waarom dit instrument er niet bij hoort en laat ze de namen van de instrumenten noemen.
Van links naar rechts:
cello, contrabas, altviool en harp.
De harp hoort niet in het rijtje thuis, want dat is geen strijksinstrument.
Noem drie dingen die je hebt geleerd
Afsluiting
Slide 20 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 21 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
