7.1 en 7.2 werkwoorden

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 4

Module 7 spelling

4 tl

7.1  Introductie

In deze paragraaf leer je

- waarom goed spellen belangrijk is;

- wat tekstverzorging is.

Is de bedoeling van dit bord duidelijk?

Waar denk je aan bij tekstverzorging?

Wanneer vind je tekstverzorging belangrijk?

7.2 Werkwoorden

Leerdoelen

- de volgende werkwoordsvormen beheers je:

- PV tegenwoordige tijd

- PV verleden tijd

- Voltooid deelwoord

Tegenwoordige tijd

Ik loop

Hij loopt

Wij lopen

Ik antwoord

Hij antwoordt

Wij antwoorden

Maken

Startopdracht blz. 117

Nakijken

De PV in samengestelde zinnen

Enkelvoudige zin                    1 PV

Samengestelde zin                    meer dan 1 PV

Ik leer de toets, want ik wil graag een goed cijfer halen.

Ik ben erg teleurgesteld, omdat je steeds van mening verandert.

Let op:

Staat een ww (bijna) aan het eind van de zin? Dan is het niet altijd een vd.

In een bijzin staan PV en O meestal niet naast elkaar.

Ik wil graag dat jij tijdens onze presentatie het eerste deel vertelt.

Verleden tijd

Sterke en zwakke werkwoorden​

Sterk​ ?         

Veranderen van klank​

Lopen – liepen zwemmen – zwommen​

​Zwak?
- Hele werkwoord - en
​ Zit de laatste letter van de stam in ‘T KoFSCHiP X?

- Schrijf dan –te(n)​

- Niet? Schrijf dan –de(n)

Voltooid deelwoord

- Geen persoonsvorm​

- Je schrijft wat je hoort: -t, -d of –en​

- Je kunt ‘T KoFSCHiP X gebruiken als je twijfelt​

Ik heb mijn boterham opgegeten.​

Eten, aten                 sterk werkwoord​

Ik ben naar school gefietst. ​

Fietsen               zwak werkwoord​

Wij hebben naar de docent geluisterd.​

Luisteren                 zwak werkwoord​

Maken

7.2 opdr. 2 en 4
+ 

Forms
https://forms.office.com/Pages/ResponsePage.aspx?id=oEuZpP0twEa3S3xUqwhnWftTr4m4krBEpUxXcLJLRh1UQzU3SjZZQjJZTEVYMTlWQTcwQ1M0MjFVMy4u

Deel 2

Vorige les

Tegenwoordige tijd

Verleden tijd

Voltooid deelwoord

Huiswerk: Forms

Leerdoelen

- de volgende werkwoordsvormen beheers je:

- PV tegenwoordige tijd

- PV verleden tijd

- Voltooid deelwoord

- Tegenwoordig deelwoord

Tegenwoordig deelwoord

Hele werkwoord + d

Vorm van een werkwoord dat uitdrukt dat iets aan de gang is.

Hoort niet bij het WG

Lopend gingen we naar huis.
De lopende man keek goed uit.

Maken

Opdracht 5 

+ test jezelf spelling van 7.2