Biologie mavo2 Voeding & Vertering 2.3 De organen voor vertering

2.3 Organen voor vertering
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 24 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

2.3 Organen voor vertering

Slide 1 - Diapositive

Planning
Planning en leerdoelen bespreken.
Herhalen vorige keer. 
De vertering.
Zelfstandig werken. 

Slide 2 - Diapositive

Doelen voor vandaag

Slide 3 - Diapositive

Mond-en keelholte
Bij slikken:
Huig: sluit neusholte af
Strotklepje: sluit luchtpijp af
Speekselklieren: produceren 

Slide 4 - Diapositive

In de mond- en keelholte
Speeksel gemaakt door 
paar 3 speeksel klieren.
Speeksel bestaat uit water,
slijm en enzym, het:
  • laat het voedsel makkelijk
    in je keel glijden
  • verteert zetmeel
  • doodt bacteriën 

Slide 5 - Diapositive


Verteringsorganen


Deze stoffen kunnen we direct in ons
bloed
opnemen:
  • glucose
  • mineralen
  • water
  • vitaminen

Ze hoeven dus niet verteerd te worden!


Slide 6 - Diapositive


Eiwitten, koolhydraten en vetten kunnen niet direct opgenomen worden in het bloed,
ze zullen daarom  eerst verteerd moeten worden


Slide 7 - Diapositive

slokdarm naar maag

Slide 8 - Diapositive

De maag

Slide 9 - Diapositive

De maag
Wat gebeurt er in de maag?
In de maag wordt het voedsel vermengd met maagsap. Maagzuur (pH 2) bevat enzymen. Maagzuur doodt bacteriën.

Welke enzymen?
De enzymen in de maag breken eiwitten af. De maag zelf heeft een beschermlaag (slijmvlies) tegen die enzymen.

Slide 10 - Diapositive

Twaalfvingerige darm, lever, galblaas en alvleesklier.

Slide 11 - Diapositive

Twaalfvingerige darm

Slide 12 - Diapositive

Twaalfvingerige darm
Sappen toegevoegd: 
- uit de lever: Gal
- Uit de alvleesklier: Alvleessap

Slide 13 - Diapositive

alvleesklier
de alvleesklier produceert alvleessap (enzym).

alvleessap breekt eiwitten, koolhydraten en vetten af.

Slide 14 - Diapositive

Gal
De lever produceert gal. De gal wordt in de galblaas opgeslagen (bewaard). 
Als er vet verteerd moet worden, komt er gal vanuit de galblaas bij de voedselbrij waar vet in zit. 

Slide 15 - Diapositive

Gal
Gal emulgeert vetten.

Vet lost niet op in water maar vormen juist grote vetdruppels. 

Gal breekt de grote druppels af in kleinere druppels zodat ze makkelijk verteerd worden.

Slide 16 - Diapositive

Dunne darm: darmsap met enzymen voor vertering van eiwitten en koolhydraten

Slide 17 - Diapositive

Dunne darm
- Darmsap bevat enzymen voor de vertering van eiwitten en koolhydraten)
- Darmplooien met darmvlokken (één cellaag dik)
- Groot oppervlakte voor goede en snelle opname van voedingsstoffen

Slide 18 - Diapositive

Blinde darm
De "blinde darm" is het wormvormige aanhangsel aan de dikke darm en bevindt zich meestal rechtsonder in de buik.
Dit kan ontsteken.

BLINDEDARMONTSTEKING



Slide 19 - Diapositive

Dikke darm
De dikke darm is 1,5 meter lang

In de dikke darm wordt vocht uit de onverteerde voedselbrij opgenomen (indikken).

Slide 20 - Diapositive

Kunnen we toch cellulose verteren?
In de dikke darm leven bacteriën die een enzym produceren voor de vertering van cellulose.

Maken van
 cellulose ->glucose-> deels terug naar bloed

Slide 21 - Diapositive

Na het verteren
 
Poep wordt verzameld in de endeldarm en verlaat via de anus je lichaam.

Slide 22 - Diapositive

Waar wordt eten verteerd
Verteringssappen ‘knippen’ grote voedingsstoffen in kleine stukken. 

Dat gebeurt op vier plekken:
1 speeksel – in de mond
2 maagsap – in de maag
3 alvleessap – in de twaalfvingerige darm
4 darmsap – in de dunne darm

Slide 23 - Diapositive

Huiswerk



maken opdracht

1 t/m 7




Slide 24 - Diapositive