Quiz H9 2C

• Wiskunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Quiz H9 2C

Voor welke t geldt:

lijn A < lijn B

Voor welke t geldt:

lijn A < lijn B

Los deze vergelijking op

2x+10=12x−20

1. x=3
2. x=​3​​1​​
3. x=30

Los de volgende vergelijking op:

opl.: a = .....

−2a+3=−3a+7

Bereken de coördinaten van het snijpunt van de lijnen:
en

y=2x+10

y=5x−20

1. (11,30)
2. (30,10)
3. (10,10)
4. (10,30)

In de grafiek kun je de x-coördinaat van het snijpunt aflezen.
Hiermee kun je de y-coördinaat berekenen.
Geef nu het snijpunt van deze twee lijnen.

Gegeven twee formules.

en

Bij welke waarde van a ligt omslagpunt?

b=2a+10

b=5a−20

1. a=4 ​7​​2​​
2. a=−4 ​7​​2​​
3. a=−10
4. a=10

De oplossing van de ongelijkheid 

is 

2x+3>−x+18

1. x < 5
2. x = 5
3. y = 5
4. x > 5

Gegeven de formules
en

k=7a+800

a=500t

druk k uit      t

in

1. 
2. 

Bereken bij de twee lineaire formules het snijpunt van de grafieken:
en

y=5x+3

y=−2x+143

Los de volgende ongelijkheid op:
x - 10 > 6x

1. x<−2
2. x>−2
3. x<2
4. x>2

Los de volgende ongelijkheid op:
>

30−2x

18−6x

1. x < -3
2. x > -3
3. x < 3
4. x > 3

Los de volgende ongelijkheid op:
>

2(5x−2)

−2x+20

1. x > 2
2. x > 1/2
3. x < 2
4. x < 1/2

Druk s uit in h:

6s+12h=1500

Wat is het startgetal bij de volgende formule:
y = 4(2x - 3) ?

1. 4
2. 8
3. -3
4. -12

In welk antwoord is de vergelijking op de juiste manier korter geschreven?
3b - 2(3b - 8) = 12b - 4

1. 3b - 16 = 4 - 12b
2. 9b + 10 = 12b - 4
3. 16 - 3b = 12b - 4
4. -3b - 16 = 12b - 4

Schrijf de formule zonder haakjes
p = -21 (3m - 4) + 57m

Los de vergelijking op:
5a + 4 = 13 - 13a

In welk antwoord is de vergelijking op de juiste manier korter geschreven?
34b + 5 - 2(2b - 4) = 23 - 12b - 24

1. 38b - 3 = 1 - 12b
2. 30b + 13 = - 12b - 1
3. 30b + 9 = -12b - 47
4. 13 + 30b = 12b + 1

Los de vergelijking exact op
(dus geen kommagetal):

16c + 3 + 3c = -2(7 - 3c)

Bereken het snijpunt van de volgende twee lijnen:

lijn m: y = 3x + 5

lijn n: y = -5x - 11 

Waarom hebben de volgende
twee lijnen geen snijpunt?

lijn a: y = 2x -7 

lijn b: 7 = 4x - 2y

In de grafiek kun je de x-coördinaat van het snijpunt aflezen.
Hiermee kun je de y-coördinaat berekenen.
Geef nu het snijpunt van deze twee lijnen.

bekijk de grafiek hiernaast. Vanaf welke x-waarde ligt de uitkomst hoger voor de lijn y = 2x + 3 ? antwoord: vanaf x = .....

Welke ongelijkheid past bij de vraag vanaf welke waarden voor x de uitkomsten bij de lijn y = 2x + 3 groter zijn dan de uitkomsten bij de lijn y = -x + 18?

1. 2x+3>−x+18
2. 2x+3<−x+18
3. 2x+3= −x+18
4. 2x+3≈−x+18

Gegeven de formules
en

b=3t+1

t=2−5p

druk b uit      p

in

Maak de volgende opdrachten, 

via de oogjes kun je nakijken.

Maak de volgende opdrachten,

via de oogjes kun je nakijken.