Les 6- Groep 5/6: Stopmotion maken: personages - deel /6
STOP-MOTIONMAKEN:
PERSONAGE
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
FilmeducatieBasisschoolGroep 5,6
Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 90 min
Introduction
Les 5
Filmles cultuurcoachtraject groep 5-6
Stop-motion maken - deel 1/6
Deze les gaan we een stop-motion korte film kijken en krijgen de leerlingen een introductie over wat stop-motion is. We gaan in op het ontwikkelen van een personage. We starten vervolgens met het maken van een eigen stop-motion door het bedenken en knutselen van een personage (evt. Koppeling thema). Aan het einde van de les heeft elke leerling een personage met verschillende emoties.
Instructions
Lesdoelen:
De leerlingen kunnen benoemen wat een stop-motion film is
De leerlingen kunnen benoemen wat personages zijn in een film
De leerlingen kunnen zelf een personage bedenken voor hun eigen stop-motion film
Opzet:
Intro I 5 min
Stop-motion uitleg I 5 min
Spel: wie ben ik? I 15 min
Rara wie zijn ze? I 5 min
Munya in mij! kijken I 20 min
Verandering I 5 min
Kostuum I 5 min
Eigen personage bedenken en maken | 30 min
Pingu kijken + nabespreken I 10 min
Extra: NOS filmpje over KNOR
Emoties voor personage maken I 15 min
Materialen:
Werkblad personageschets voor elke leerling
Pennen
Stickeynotes voor Rara wie ben ik?
Bekertjes om personages te knutselen
Posterbuddies voor emoties
Verschillende knutselmaterialen voor het maken va de personages op de bekertjes
Let op: vanaf les 8 heeft ieder groepje een grote kartonnen doos nodig voor de filmset. Aan het einde van deze les is belangrijk iedereen op te roepen kartonnen dozen mee te nemen! (en denk hier zelf ook aan :-))
Extra filmruimtes of filmen in de school
Nee
2e docent nodig
Niet noodzakelijk, wel handig bij het knutselen
Éléments de cette leçon
STOP-MOTIONMAKEN:
PERSONAGE
Slide 1 - Diapositive
Introductie
De vorige lessen hebben we gewerkt aan het naspelen van een scène. We hebben geleerd over camera perspectieven, art direction, storyboards en scripts en we hebben acteerles gehad.
Deze kennis kunnen we goed gebruiken bij de volgende lessen waarin we onze eigen stop-motion film gaan maken!
In onze stop-motions gaan wij niet meer zelf acteren, maar we gaan allemaal zelf een personage maken, die een rol zal spelen in de film.
Deze les gaan we leren over het bedenken van een personage en gaan we ook aan de slag met deze maken!
Maar eerst: wat is een stop-motion film?
Stop-motion
Jullie gaan zo kijken naar de animatie Munya in mij! Deze animatie is een stop-motion. Weet iemand wat dat is?
Slide 2 - Diapositive
Stopmotion
Jullie gaan straks kijken naar de animatie Munya in mij! Deze animatie is een stop-motion. Weet iemand wat dat is?
Uitleg en antwoord:
Daarbij maak je een foto van een voorwerp. Vervolgens beweeg je het voorwerp een klein beetje, waarna je opnieuw een foto maakt. Als je al die foto’s snel achter elkaar afspeelt, lijkt het alsof het voorwerp uit zichzelf beweegt!
ROLLENSPEL
Wie ben ik?
Personages
Personages zijn de hoofdpersonen in je film. In films wordt het
verhaal verteld via de personages, zij zijn degene het verhaal meemaken
Slide 3 - Diapositive
PERSONAGES
Voordat we de film gaan kijken duiken we even in het onderwerp van deze les: personages.
Personages zijn de hoofdpersonen in je film. In films wordt het
verhaal verteld via de personages, zij zijn degene het verhaal meemaken
Als opwarmertje spelen we het spel Wie ben ik.
Je speelt met je eigen tafelgroepje (of groepjes van 4-6 personen).
Neem allemaal een personage in je hoofd uit je favoriete film of serie. Zorg dat het iemand is die zoveel mogelijk mensen kennen!
Schrijf dit op een post-it. Deze post-it plak je op het hoofd van je linkerbuurman.
Als iedereen een post-it op zijn hoofd heeft kan het spel beginnen. Om de beurt mogen jullie een ja-nee vraag stellen waardoor je kan raden welk personage op jouw hoofd staat. Als je het hebt geraden heb je gewonnen!
Geef hier max 15 min de tijd voor.
Rara wie zijn ze?
Personages
Personages zijn de hoofdpersonen in je film. In films wordt het
verhaal verteld via de personages, zij zijn degene het verhaal meemaken
Slide 4 - Diapositive
Kleding
Uitleg:
Straks gaan jullie naar een animatie kijken, genaamd Munya in mij! Op deze afbeeldingen zie je twee personages uit de film.
Zonder dat je de film hebt gezien, kan je al een beetje raden wat voor personages dit zijn door hoe de maker de poppetjes eruit heeft laten zien.
Wat kan jij nu al zeggen over deze personages?
Bespreken:
Help de leerlingen op weg door met ze te kijken naar kleding, gezichtsuitdrukkingen, de rest van de set etc.
Je kan dingen vragen als:
Kijk eens naar de kleding: wat zegt dit over hen? Zijn ze lief/gemeen, vrolijk/verdrietig?
ijn deze personages vrienden, denk je? Waarom wel/niet
Ga tijdens het kijken eens na of je voorspellingen klopten en wat jij misschien anders had gedaan om de poppetjes beter te laten passen bij hun personage.
Nu jullie de film hebben gekeken, ben ik heel benieuwd wat jullie ervan vonden.
- Wat vonden jullie van de film?
- Welk stukje is je echt bijgebleven?
- Klopten onze voorspellingen over de personages?
- Had jij iets anders gedaan aan het maken van de poppetjes? Waarom?
Verandering
Slide 6 - Diapositive
VERANDERING
- Zagen jullie Munya tijdens de film veranderen? Hoe zag je dat?
Uitleg:
In de film zie je Munya veel veranderen. Je ziet een verschil in haar houding als ze bijvoorbeeld buiten is (gesloten en verlegen) in tegenstelling tot als ze in haar kamer is (open en stoer). Ook zie je haar letterlijk en figuurlijk uit haar schulp kruipen en gaat ze aan het einde de confrontatie aan met haar pesters. Haar houding verandert, maar ook haar kleding! Leg de kinderen uit hoe je deze veranderingen kan zien en merken en waarom de makers hiervoor hebben gekozen.
Bespreken:
Hoe voelde Munya zich aan het begin?
Hoe voelde zij zich aan het einde?
Zag je haar ook veranderen in haar kleding?
Kostuum
Bij het bedenken en maken van een personage is het kostuum heel belangrijk. Disney doet uitgebreid onderzoek naar het maken van passende kostuums bij personages.
Slide 7 - Diapositive
Kostuums
Kostuums vertellen veel over een personage.
Wie kent de personages op het scherm?
Antwoord:
Dit zijn Kapitein Haak van Peter Pan en Rapunzel van Tangled.
Bespreken
Hoe kan je zien wie de slechterik is en wie niet?
Beide personages hebben een attribuut vast, wat zegt dit object over hun?
Vergelijk de kleuren van de kostuums: zegt dit iets over de personages?
Stel dat Rapunzel opeens een slechterik moest worden, hoe zou je haar dan aankleden?
MAAK JE EIGEN PERSONAGE!
Teken nog geen gezicht!
Slide 8 - Diapositive
Personage maken
Nu jullie veel weten over het maken van een personage, mogen jullie zelf aan de slag gaan!
Jullie gaan eerst de personageschets invullen. Je gaat bedenken wat voor soort wezen jouw personage is, waar jouw personage van houdt, hoe zijn/haar humeur is... noem maar op!
Dan ga je bedenken hoe je personage eruit zou kunnen zien en kunnen jullie deze in levende lijve maken door een bekertje als lichaam te gebruiken en het verder invulling te geven.
Uitleg
De kinderen gaan het formulier Personageschets invullen en aan de hand daarvan maken ze hun personage na door het knutselen met een bekertje.
Laat als iedereen klaar is elke leerling met degene naast hem zijn/haar personage bespreken. Licht er vervolgens enkele klassikaal uit.
LET OP: Teken/knutsel nog geen gezicht. We gaan straks met emoties aan de slag!
pengu filmpje + emoties
Slide 9 - Diapositive
Pingu (3 min)
We gaan een filmpje kijken van Pingu!
Let hierbij goed op de emoties. Welke emoties komen voorbij en waaraan kan je dat zien?
GEEF JE PERSONAGE EMOTIES!
Welke emoties moet jouw personage hebben? Hoe zien die eruit?
Hoe zag je aan de personages hoe ze zich voelden?
Teken geen vaste emotie op het gezicht, maar maak er verschillende en knip deze uit! Zo kan je jouw personage verschillende emoties geven tijdens het maken van jullie stop-motion.
Slide 10 - Diapositive
Nabespreken Pingu:
Welke emoties zag je allemaal voorbijkomen? Waaraan kon je dat zien?
Hoe voelde Pingu zich bij: de sleegrap, het vallen van de grote sneeuwbal, toen vader boos werd.
Laat de leerling bij het benoemen van een emotie benoemen hoe het te zien was aan Pingu's gezichtsuitdrukking of lichaamstaal.
Emoties maken
Het is belangrijk dat je personage ook emoties heeft om over te brengen hoe hij/zij zich voelt.
Verwijs terug naar de acteerles en de antwoorden uit het filmpje van Pingu.
Welke drie emoties wil je dat jouw poppetje heeft? Ga terug naar je karakterschets.
Hoe zien die emoties eruit? Analyseer evt klassikaal een aantal gezichten. Let op ogen, mond, wenkbrauwen.
Bedenk met elkaar hoe de verschillende emoties eruit zien en hoe je die zou kunnen maken op het bekertje. Zorg dat ze verwisselbaar zijn (bijv met posterbuddies)
Aan het einde van de les moeten de personages af zijn. Bij tijd over evt personage presenteren: poppetje laten zien en personageschets voorlezen.
Bedenk waar je na afloop de personages kunt bewaren. Zorg dat iedereen zijn naam aan de binnenkant van het bekertje schrijft en bewaar ze samen in een grote pak. Stem af met de leerkracht van je groep.
Regeling Driejarige subsidies Cultuurcoach
Slide 11 - Diapositive
Deze les is gemaakt ihkv de 3 jarige regeling Cultuurcoaches van het AFK
Eye filmmuseum, Filmhub Noord-Holland, Cinekid, NurLimonade media en Taartrovers
Slide 12 - Vidéo
Extra: Dit filmpje gaat over Knor. Een animatiefilm uit 2022 die jullie misschien wel kennen! Hij is gemaakt door dezelfde maker als Munya in mij
Spelletje
De Regisseur
Slide 13 - Diapositive
LET OP:
We gaan onze decors maken in kartonnen dozen. Een schoenendoos is te klein. Heb je thuis een (of meer!) grote kartonnen doos liggen? Neem hem mee! We gaan ze de komende weken verzamelen.
EXTRA: SPELLETJE EN/OF FILMS
Spelletje: de regisseur
Als er tijd is kan er tot slot een kort spelletje gespeeld worden: De regisseur: Stuur één leerling de klas uit. Spreek met de klas af wie de regisseur is. De leerling wordt de klas ingeroepen. De hele klas doet steeds de regisseur na die acteerbewegingen doet (nep gillen, nep huilen, dansen enz.), terwijl de leerling moet ontdekken wie er steeds de beweging bedenkt/begint. Je kunt dit uitbreiden naar twee verschillende regisseurs. De andere kinderen kunnen zelf kiezen wie van de regisseurs ze dan nadoen.