Leesvaardigheid H4 t/m 6

Welkom!
Aan het einde van de les kun je...

...hoofd- en bijzaken uit een tekst halen;

...kernzinnen in een tekst benoemen;

...zinnen uit een tekst citeren;

...het verschil tussen feiten, meningen en argumenten benoemen en herkennen in een tekst.
1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Welkom!
Aan het einde van de les kun je...

...hoofd- en bijzaken uit een tekst halen;

...kernzinnen in een tekst benoemen;

...zinnen uit een tekst citeren;

...het verschil tussen feiten, meningen en argumenten benoemen en herkennen in een tekst.

Slide 1 - Diapositive

De belangrijkste zin van een alinea noem je de ...

Slide 2 - Question ouverte

Belangrijke zaken in een tekst noem je bijzaken.
A
juist
B
onjuist

Slide 3 - Quiz

Voorbeelden in een tekst zijn bijzaken.
A
juist
B
onjuist

Slide 4 - Quiz

Hoofdzaken vind je meestal in ...
A
de inleiding en het slot.
B
het middenstuk.

Slide 5 - Quiz

Citeren
= letterlijk overschrijven uit een tekst door aanhalingstekens te gebruiken.

"De toediening van het AstraZeneca-vaccin is gestaakt, omdat sommige mensen na hun inenting te maken kregen met bloedstolsels (trombose). "
OF

"De toediening van ... met bloedstolsels (trombose)."

Slide 6 - Diapositive

Citeer de kernzinnen.
TikTok gaat gebruikers aanspreken als zij een reactie willen plaatsen die mogelijk kwetsende woorden bevat. De functie wordt in de komende maanden onder gebruikers uitgerold, meldt het bedrijf woensdag op zijn website.
Door gebruikers te wijzen op hun taalgebruik, wil TikTok mensen "aanmoedigen om iedereen vriendelijk en met respect te behandelen". Gebruikers worden met een notificatie nog eens op de regels van TikTok gewezen en kunnen hun bericht vervolgens nog bewerken voordat ze het delen.
De dienst bracht al eerder mogelijkheden uit om reacties te filteren. Zo kunnen 
gebruikers reacties met bepaalde trefwoorden weghouden uit hun reacties.
timer
2:00

Slide 7 - Diapositive

Kernzinnen
TikTok gaat gebruikers aanspreken als zij een reactie willen plaatsen die mogelijk kwetsende woorden bevat. De functie wordt in de komende maanden onder gebruikers uitgerold, meldt het bedrijf woensdag op zijn website.
Door gebruikers te wijzen op hun taalgebruik, wil TikTok mensen "aanmoedigen om iedereen vriendelijk en met respect te behandelen". Gebruikers worden met een notificatie nog eens op de regels van TikTok gewezen en kunnen hun bericht vervolgens nog bewerken voordat ze het delen.
De dienst bracht al eerder mogelijkheden uit om reacties te filteren. Zo kunnen 
gebruikers reacties met bepaalde trefwoorden weghouden uit hun reacties.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Feit, mening of argument?
Een feit is iets waarvan je kunt controleren of het waar of onwaar is.
vb.: Het Paleis op de Dam staat in Amsterdam.

Een mening of standpunt is wat iemand van iets vindt.
vb.: Ik vind het Paleis op de Dam erg mooi.

Als iemand zegt waaróm hij een bepaalde mening heeft, gebruikt hij een argument.
vb.: Ik vind het Paleis op de Dam erg mooi, omdat het geschiedenis ademt.

Slide 10 - Diapositive

Aan de slag!
Open je boek online.

Lees de theorie van H4: Lezen.

Maak opdracht 1.


Slide 11 - Diapositive

Lesdoelen
Aan het einde van de les kun je...

...uitleggen wat signaalwoorden zijn;

...zes tekstverbanden herkennen;

...het verschil tussen feiten, meningen en argumenten benoemen en herkennen in een tekst.

Slide 12 - Diapositive

Aantekening: signaalwoorden & tekstverbanden
In een tekst hebben woorden, zinnen en alinea's met elkaar te maken. 

Dit noem je een tekstverband.
--> tekstverband kun je herkennen aan signaalwoorden.

Doel: door tekstverband te herkennen, begrijp je een tekst beter.


Slide 13 - Diapositive

Tekstverbanden
In H2&3 heb je zes tekstverbanden geleerd.

1 = concluderend verband
Dus hebben wij besloten dit jaar niet op vakantie te gaan.

2 = redengevend verband
Omdat het regende, ging ik met de fiets.

3 = oorzakelijk verband (oorzaak - gevolg)
Het waaide vorige week zo hard, waardoor er veel schade is aan huizen.



Slide 14 - Diapositive

Tekstverbanden
4 = doel-middel verband
Om nog op tijd op school te komen (doel), ga ik toch maar fietsen in plaats van lopen (middel).

5 = vergelijkend verband
Net als mijn broertje houd ik enorm van pizza.

6 = samenvattend verband
Al met al was het een onrustig jaar.



Slide 15 - Diapositive

Argumenten
Je gebruikt ook signaalwoorden als je je mening onderbouwt.

Ga op zoek naar de signaalwoorden!

"Kortom, La La Land bevat genoeg ingrediënten die de film een echte topper maken. Daarom zul je dit een prachtige film vinden, zelfs als je niet echt van filmmusicals houdt."

Slide 16 - Diapositive

Aan de slag!
Open je boek online.

Lees de theorie van H4: Lezen.

Maak opdracht 2 (zie ook planning NN).

Slide 17 - Diapositive

Lesdoelen
Aan het einde van de les kun je...

...uitleggen wat signaalwoorden zijn;

...zes tekstverbanden herkennen;

...het verschil tussen feiten, meningen en argumenten benoemen en herkennen in een tekst.

Slide 18 - Diapositive

Check!
Hoe zit het met jouw kennis over tekstverbanden?

Doe mee met de Kanoot-quiz!

Ga naar de app of kahoot.com en doe mee.

Slide 19 - Diapositive

Aan de slag!
Tekst: Slaaf van je spieren
12 vragen over tekstbegrip
via Bookwidgets (link staat in de groepsapp)

Tips voordat je begint:
- Lees de tekst oriënterend.
- Geef antwoord op vraag 1.
- Lees de tekst intensief.
- Geef antwoord in volledige zinnen!
- Geef uitleg als daar om gevraagd wordt.
- Lees de vraag en wees kritisch!

Slide 20 - Diapositive

aantrekkelijk – belachelijk – blauwe tong – blokjespatroon – eng – kaal hoofd – lelijk – mooi – oorbellen – piercings – walgelijk – zwarte baard

Slide 21 - Diapositive

aantrekkelijk – belachelijk – blauwe tong – blokjespatroon – eng – kaal hoofd – lelijk – mooi – oorbellen – piercings – walgelijk – zwarte baard
timer
1:00

Slide 22 - Diapositive

Lesdoelen
Aan het einde van de les kun je...

...het verschil tussen feit, mening en argument benoemen;

...uitleggen waarom een tekst betrouwbaar is (kritisch lezen).

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Aan de slag!
Bestudeer de theorie van H5: Lezen.
Maak opdracht 1 & 3 (online of in je boek --> inleveren via Showbie, Huiswerk, periode 3).

Leer theorie H1 t/m 4: Lezen.
- hoofd- en bijzaken, kernzinnen
- tekstverbanden & signaalwoorden
- feiten, meningen & argumenten

Slide 26 - Diapositive

Lesdoelen
Aan het einde van de les kun je...

...het verschil tussen feit, mening en argument benoemen;

...uitleggen waarom een tekst betrouwbaar is (kritisch lezen).

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Het signaalwoord 'want' hoort bij het tekstverband ...
A
vergelijkend
B
redengevend
C
concluderend
D
oorzakelijk

Slide 29 - Quiz

Welk tekstverband herken je?

Doordat de brug open was, kwam Peter te laat op zijn werk.
A
redengevend
B
oorzaak-gevolg

Slide 30 - Quiz

Wat is de oorzaak?
Ten gevolge van een kortsluiting ontstond brand in het oude kantoorpand.
A
Er was kortsluiting.
B
Er ontstond brand in het oude kantoorpand.

Slide 31 - Quiz

Welk tekstverband herken je in deze zin?

We kunnen dus zeggen dat iedereen geslaagd is.

A
doel-middel
B
oorzaak-gevolg
C
reden
D
conclusie

Slide 32 - Quiz

Kritisch lezen
Maar ook kritisch luisteren!

- Verschil tussen mening en feit!
- Argument is een feit, of ook een mening?
- Fact checken! 

voorbeeld 
"Karin is een zwakke leerling, want ze haalt alleen maar onvoldoendes."



Slide 33 - Diapositive

Aan de slag!
"De (on)zin van een boycot van WK in Qatar"
 Tekstbegrip oefenen via Bookwidgets 
(link staat in de groepsapp & Magister)

Tips voordat je begint:
- Geef antwoord in volledige zinnen!
- Geef uitleg als daar om gevraagd wordt.
- Lees de vraag en wees kritisch!

Opdracht = huiswerk voor donderdag

Slide 34 - Diapositive

Leesboek 3
Je kiest een boek (jongejury.nl).

Je leest het boek en kiest een spannend / belangrijk moment.

Voorbereiding: 
- korte samenvatting / context voorbereiden
- moment van voorlezen inleiden
- 5 minuten voorlezen 

Slide 35 - Diapositive