Les 13 verschillende werkwoordsvormen

Welkom ZM1B
timer
4:00
Startklaar: Schrift + pennen, laptop, KERN boek. 
Binnen = beginnen. Leg je huiswerk op tafel. 
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 70 min

Éléments de cette leçon

Welkom ZM1B
timer
4:00
Startklaar: Schrift + pennen, laptop, KERN boek. 
Binnen = beginnen. Leg je huiswerk op tafel. 

Slide 1 - Diapositive

Afspraken in de klas

Belangrijk:
Rust & respect

Concreet:
- Spullen mee.
- Naar elkaar luisteren.

Slide 2 - Diapositive

Wat gaan we doen vandaag?
1. Huiswerk nakijken
2. Uitleg persoonsvorm VT & TT + oefenen.
3. Werken aan NUMO. 

Huiswerk  + aantekeningen niet in orde vrijdag?
Terugkomen van 15.00 - 16.00 uur, in Z.106

Slide 3 - Diapositive

Taal en cultuur
Les  1           Van letters tot kennis - LessonUp
Les  2           Woordraadstrategieën
Les 3           Leesdoelen en leesmanieren
Les 4          Leren voor later

Leesvaardigheid
Les 1             Globaal lezen
Les 2             Zoekend lezen
Les 15           Informatieve teksten
Les 29          Standaard tekststructuur
Les 30          Hoofd- en bijzaken
Les 31           Samenvatten



stap 1b. Welke lesstof wordt deze periode behandeld?
spelling 
Les 13          hoofdletters
Les 26         persoonsvorm tegenwoordige tijd
Les 27         persoonsvorm verleden tijd

Fictie 
Les 22          personages

Leestekens
Les 81             leestekens      



Slide 4 - Diapositive

1. Huiswerk nakijken 
Tekst: 'Voordelen digitale geletterdheid in de brugklas'.
>> Inloggen bij LessonUp.

Slide 5 - Diapositive

1. Waarom is digitale geletterdheid belangrijk voor de toekomst van leerlingen? (T1)

Slide 6 - Question ouverte

2. Aan welke kenmerken van een informatieve tekst voldoet deze tekst? (T1)

Slide 7 - Question ouverte

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

3. In de tekst wordt gesproken over "digitale geletterdheid". Welke strategie kun je gebruiken om de betekenis van dit woord te achterhalen, als je het nog niet kent? (T1)

Slide 10 - Question ouverte

Lees alinea 5. Geef 1 hoofdzaak, 1 bijzaak.

Slide 11 - Question ouverte

Uitleg hoofdzaken en bijzaken
  • De hoofdzaak: Digitale tools geven leerlingen meer zelfstandigheid. 
  • Een bijzaak : de uitleg over NUMO. (Dat is een voorbeeld van een digitale tool)

Slide 12 - Diapositive

5. Je wilt weten voor welke beroepen het handig is om digitale vaardigheden te hebben. Welke leesmanier pas je toe? Waarom? (T2)

Slide 13 - Question ouverte

6. Wat lees je in het slot van deze tekst?
A
Een prikkelende stelling
B
Een samenvatting
C
Een conclusie

Slide 14 - Quiz

2. Persoonsvorm TT 
Test je voorkennis!
stap 2. Wat weet ik al?

Slide 15 - Diapositive

I
In elke goede zin staat een werkwoordsvorm die de persoonsvorm wordt genoemd. De persoonsvorm zegt wat de belangrijkste 'persoon' doet.  Achmed drinkt een flesje cola.

                                                       Hoe vind je de persoonsvorm?
stap 2. Wat weet ik al?

Slide 16 - Question ouverte

  • Achmed drinkt een flesje cola.
  • Nour fietst naar huis.
  • Ibrahim speelt met zijn vriend.

Slide 17 - Diapositive

Hij (zweven t.t.) tussen hoop en vrees.

Slide 18 - Question ouverte

De bever (verschansen tt) zich in zijn burcht.

Slide 19 - Question ouverte

De bever (verschansen tt) zich in zijn burcht.
verschansen=persoonsvorm
tegenwoordige tijd


verschanst


stap 5. Hoe kan ik de lesstof beter onthouden?

Slide 20 - Diapositive

Fabrikanten (besteden t.t.) veel geld aan reclame.

Slide 21 - Question ouverte

Je (worden, tt) helemaal gek van al die domme vragen.
stap 8. Wat heb ik geleerd?
stap 8. Wat heb ik geleerd?
stap 8. Wat heb ik geleerd?

Slide 22 - Question ouverte

Tijdens de kookles (klutsen t.t.) de leerling een paar eieren.

Slide 23 - Question ouverte

Hoeveel persoonsvormen had je goed?
Minder dan 2
3 of 4
Alle 5.

Slide 24 - Sondage

 Ik kan de persoonsvorm tegenwoordige tijd goed spellen.



Lesdoel
stap 3. Wat ga ik leren?

Slide 25 - Diapositive

Aantekeningen maken


Spullen;
a. Map of schrift.
b. Pennen

Slide 26 - Diapositive

Stam: Ik vind
Hij vindt
Wij vinden
Ik praatte
Hij praatte
Wij praatten
Klaar? Maak vraag 5 en 6, bladzij 152.

Slide 27 - Diapositive

Oefenen!
Wat?
Maak vraag 5, 6 en 7 bladzij 152.
Tijd?
8 minuten. Daarna klassikaal nakijken.
Klaar?
Werk aan NUMO.
(=huiswerk vrijdag, 40 minuten!)

Slide 28 - Diapositive

Nakijken

Slide 29 - Diapositive