3K T4 Ordening schema

Noem de 4 rijken waar we alle organismen bij biologie in indelen.
1 / 49
suivant
Slide 1: Question ouverte
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 49 diapositives, avec quiz interactifs.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Noem de 4 rijken waar we alle organismen bij biologie in indelen.

Slide 1 - Question ouverte

Noem de 4 kenmerken die we bij het indelen van de rijken gebruiken.

Slide 2 - Question ouverte

Noem de 4 stammen waarin we het rijk van de planten in indelen.

Slide 3 - Question ouverte

Noem de 2 klassen waarin we de stam van de zaadplanten in indelen.

Slide 4 - Question ouverte

Noem de 7 stammen waarin we het rijk van de dieren in indelen.

Slide 5 - Question ouverte

Noem de 4 klassen waarin we de stam van de geleedpotigen in indelen.

Slide 6 - Question ouverte

Noem de 5 klassen waarin we de stam van de gewervelden in indelen.

Slide 7 - Question ouverte

Organismen
Onderverdeling in 4 stammen
Onderverdeling in 5 stammen
Bacteriën
Dieren
Planten
Schimmels

Slide 8 - Question de remorquage

Planten
Bedektzadigen
Mossen
Naaktzadigen
Paardenstaarten
Varens
Zaadplanten

Slide 9 - Question de remorquage

Dieren
Amfibieën
Duizendpoten
Geleedpotigen
Gewervelden
Holtedieren
Insecten
Kreeftachtigen
Reptielen
Spinachtigen
Sponzen
Stekelhuidigen
Vissen
Vogels
Weekdieren
Wormen
Zoogdieren

Slide 10 - Question de remorquage

Wat is de uitzondering bij het rijk van de bacteriën?
A
Altijd ééncellig
B
Altijd meercellig
C
Kunnen ééncellig en meercellig zijn
D
Dit is geen uitzondering bij bacteriën

Slide 11 - Quiz

Wat is de uitzondering bij het rijk van de planten?
A
Hebben wel bladgroenkorrels
B
Hebben geen bladgroenkorrels
C
Hebben soms bladgroenkorrels
D
Dit is geen uitzondering bij planten

Slide 12 - Quiz

Wat is de uitzondering bij het rijk van de dieren?
A
Hebben wel een celwand
B
Hebben geen celwand
C
Hebben soms een celwand
D
Dit is geen uitzondering bij dieren

Slide 13 - Quiz

Welk rijk heeft wel bladgroenkorrels?
A
Bacteriën
B
Dieren
C
Planten
D
Schimmels

Slide 14 - Quiz

Welk rijk heeft wel geen celwand?
A
Bacteriën
B
Dieren
C
Planten
D
Schimmels

Slide 15 - Quiz

Welk rijk heeft wel geen celkern?
A
Bacteriën
B
Dieren
C
Planten
D
Schimmels

Slide 16 - Quiz

Welk rijk is altijd ééncellig?
A
Bacteriën
B
Dieren
C
Planten
D
Schimmels

Slide 17 - Quiz

Welke stam heeft geen wortels?
A
Mossen
B
Paardenstaarten
C
Varens
D
Zaadplanten

Slide 18 - Quiz

Welke stam heeft geen hout- en bastvaten?
A
Mossen
B
Paardenstaarten
C
Varens
D
Zaadplanten

Slide 19 - Quiz

Welke stam plant zich voort met zaden?
A
Mossen
B
Paardenstaarten
C
Varens
D
Zaadplanten

Slide 20 - Quiz

Welke stam heeft holle gelede stengels?
A
Mossen
B
Paardenstaarten
C
Varens
D
Zaadplanten

Slide 21 - Quiz

Welke stam heeft grote (ingesneden) bladeren?
A
Mossen
B
Paardenstaarten
C
Varens
D
Zaadplanten

Slide 22 - Quiz

Welke klasse heeft vruchten?
A
Bedektzadigen
B
Naaktzadigen

Slide 23 - Quiz

Welke klasse heeft kegels?
A
Bedektzadigen
B
Naaktzadigen

Slide 24 - Quiz

Welke klasse heeft bloemen?
A
Bedektzadigen
B
Naaktzadigen

Slide 25 - Quiz

Welke klasse heeft platte bladeren?
A
Bedektzadigen
B
Naaktzadigen

Slide 26 - Quiz

Welke klasse heeft naaldvormige bladeren?
A
Bedektzadigen
B
Naaktzadigen

Slide 27 - Quiz

Welke stam is niet symmetrisch?
A
Holtedieren
B
Weekdieren
C
Wormen
D
Sponzen

Slide 28 - Quiz

Welke stammen zijn veelzijdig symmetrisch?
A
Geleedpotigen en gewervelden
B
Holtedieren en stekelhuidigen
C
Stekelhuidigen en sponzen
D
Sponzen en wormen

Slide 29 - Quiz

Welke stammen zijn tweezijdig symmetrisch?
A
Geleedpotigen en holtedieren
B
Holtedieren en weekdieren
C
Stekelhuidigen en sponzen
D
Weekdieren en wormen

Slide 30 - Quiz

Welke stammen hebben geen skelet?
A
Geleedpotigen en gewervelden
B
Holtedieren en wormen
C
Stekelhuidigen en sponzen
D
Sponzen en wormen

Slide 31 - Quiz

Welke stammen hebben een inwendig skelet?
A
Geleedpotigen en gewervelden
B
Holtedieren en wormen
C
Stekelhuidigen en sponzen
D
Sponzen en wormen

Slide 32 - Quiz

Welke stammen hebben een uitwendig skelet?
A
Geleedpotigen en weekdieren
B
Holtedieren en wormen
C
Stekelhuidigen en sponzen
D
Sponzen en wormen

Slide 33 - Quiz

Welke stam heeft 6 poten?
A
Duizendpoten
B
Insecten
C
Kreeftachtigen
D
Spinachtigen

Slide 34 - Quiz

Welke stam heeft 8 poten?
A
Duizendpoten
B
Insecten
C
Kreeftachtigen
D
Spinachtigen

Slide 35 - Quiz

Welke stam heeft 10-14 poten?
A
Duizendpoten
B
Insecten
C
Kreeftachtigen
D
Spinachtigen

Slide 36 - Quiz

Welke stam heeft aan elk segment 2 poten?
A
Duizendpoten
B
Insecten
C
Kreeftachtigen
D
Spinachtigen

Slide 37 - Quiz

Welke dieren hebben
droge schubben?
A
Amfibieën
B
Reptielen
C
Vissen
D
Vogels

Slide 38 - Quiz

Welke dieren hebben
schubben met slijm?
A
Amfibieën
B
Reptielen
C
Vissen
D
Vogels

Slide 39 - Quiz

Welke dieren hebben
slijm zonder schubben?
A
Amfibieën
B
Reptielen
C
Vissen
D
Vogels

Slide 40 - Quiz

Welke dieren halen adem met kieuwen en huid?
A
Amfibieën
B
Reptielen
C
Vissen
D
Vogels

Slide 41 - Quiz

Welke dieren halen adem met kieuwen?
A
Amfibieën
B
Reptielen
C
Vissen
D
Vogels

Slide 42 - Quiz

Hoe halen vogels adem?
A
Met kieuwen
B
Met de huid
C
Met longen
D
Met alle drie

Slide 43 - Quiz

Welke dieren planten zich voort met eieren zonder schaal?
A
Amfibieën en reptielen
B
Amfibieën en vissen
C
Reptielen en vissen
D
Reptielen en vogels

Slide 44 - Quiz

Welke dieren planten zich voort met eieren met een kalkschaal?
A
Amfibieën
B
Reptielen
C
Vissen
D
Vogels

Slide 45 - Quiz

Welke dieren planten zich voort met eieren met een leerachtige schaal?
A
Amfibieën
B
Reptielen
C
Vissen
D
Vogels

Slide 46 - Quiz

Hoe planten zoogdieren zich voort?
A
Eieren met een leerachtige schaal
B
Eieren met een kalkschaal
C
Eieren zonder schaal
D
Levendbarend

Slide 47 - Quiz

Welke dieren zijn koudbloedig?
A
Amfibieën en reptielen
B
Vissen en vogels
C
Vogels en reptielen
D
Vissen en zoogdieren

Slide 48 - Quiz

Welke dieren zijn warmbloedig?
A
Amfibieën en reptielen
B
Vissen en vogels
C
Vissen en reptielen
D
Vogels en zoogdieren

Slide 49 - Quiz