H5.2 - Regionale verschillen

4 MAVO
Hoofdstuk 5
Bevolking en ruimte
Paragraaf 2
Regionale verschillen
---

1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 33 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

4 MAVO
Hoofdstuk 5
Bevolking en ruimte
Paragraaf 2
Regionale verschillen
---

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen vandaag?
  • Herhaling: Demografisch transitiemodel
  • 5.2: Regionale verschillen

Slide 2 - Diapositive

Lesdoelen van donderdag
  1. Je kan per fase van het demografisch transitiemodel aangeven wat er gebeurt met het geboortecijfer, sterftecijfer en de totale bevolkingsgroei.
  2. Je kan per fase van het demografisch transitiemodel aangeven waarom er gebeurt met het geboortecijfer, sterftecijfer en de totale bevolkingsgroei.
  3. Je kan een leeftijdsdiagram koppelen aan de juiste fase uit het demografisch transitiemodel.
CHECK HUISWERK

Slide 3 - Diapositive

DEMOGRAFISCH TRANSITIEMODEL
Pak opgave 5 (p.113) over het demografisch transitiemodel voor je.

Slide 4 - Diapositive

DEMOGRAFISCH TRANSITIEMODEL
Je kan per fase van het demografisch transitiemodel aangeven wat er gebeurt met het geboortecijfer, sterftecijfer en de totale bevolkingsgroei.

Slide 5 - Diapositive

DEMOGRAFISCH TRANSITIEMODEL
Je kan per fase van het demografisch transitiemodel aangeven waarom dat gebeurt met het geboortecijfer, sterftecijfer en de totale bevolkingsgroei.

Slide 6 - Diapositive

FASE 1 t/m 4

Slide 7 - Diapositive

Je kan een leeftijdsdiagram koppelen aan de juiste fase uit het demografisch transitiemodel.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Demografische vergelijking Nederland en Duitsland

Vergelijk de bevolking van Nederland met Duitsland:
  • Vul W7 in, gebruik §4.1 en 5.1 in je lesboek en werkboek
  • We gaan hier gezamenlijk doorheen.



                               

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Nederland
Welke fase?
Duitsland
Welke fase?

Slide 16 - Diapositive

Nederland
Duitsland

Slide 17 - Diapositive

Lesdoelen van vandaag
  1. Je kunt 5 demografische overeenkomsten en 5 demografische verschillen tussen Nederland en Duitsland benoemen.
  2. Je kunt het belangrijkste verschil tussen Oost- en West-Duitsland tussen 1945 en 1989 benoemen.
  3. Je kan 3 redenen benoemen voor bevolkingskrimp in Oost-Duitsland na 1989.
  4. Je kan 2 afstotingsfactoren benoemen voor Oost-Duitsland.
  5. Je kan een aantrekkingsfactor benoemen voor stedelijke gebieden in Zuid-Duitsland.

Slide 18 - Diapositive

Open H5.2 in je lesboek
Lezen paragraaf 5.2
5 minuten:
  • Je kunt uitleggen wat afstotings- en aantrekkingsfactoren zijn.
  • Je kan 2 afstotingsfactoren benoemen voor Oost-Duitsland.
  • Je kan een aantrekkingsfactor benoemen voor stedelijke gebieden in Zuid-Duitsland.

Slide 19 - Diapositive

Afstotings- en aantrekkingsfactoren

Afstotingsfactor (pushfactor)
Een reden om uit een gebied te gaan

Aantrekkingsfactor (pullfactor)
Een reden om naar een gebied te gaan

Slide 20 - Diapositive

Lesdoel
Je kan 2 afstotingsfactoren benoemen voor Oost-Duitsland.

Je kan een aantrekkingsfactor benoemen voor stedelijke gebieden in Zuid-Duitsland.

Slide 21 - Diapositive

Regionale demografische
verschillen in Duitsland

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Demografische vergelijking Nederland en Duitsland

Vergelijk de bevolking van Nederland met Duitsland:
  • Vul W9 in, gebruik §4.2 en 5.2 in je lesboek en werkboek

                                              We starten samen op.

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Nederland
Duitsland

Slide 26 - Diapositive

Verschillen in
Duitsland
Verband?

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Lesdoelen van vandaag
  1. Je kunt 5 demografische overeenkomsten en 5 demografische verschillen tussen Nederland en Duitsland benoemen.
  2. Je kunt het belangrijkste verschil tussen Oost- en West-Duitsland tussen 1945 en 1989 benoemen.
  3. Je kan 3 redenen benoemen voor bevolkingskrimp in Oost-Duitsland na 1989.
  4. Je kan 2 afstotingsfactoren benoemen voor Oost-Duitsland.
  5. Je kan een aantrekkingsfactor benoemen voor stedelijke gebieden in Zuid-Duitsland.

Slide 30 - Diapositive

Aan de slag!
  • Lees de tekst op pagina 64/65 in je tekstboek.
  • Maak de opgave 1, 2, 6 en 7
Regels wanneer je aan het werk bent:
  • Je werkt alleen en in stilte.
  • Je steekt je vinger op als je iets wilt vragen.
  • GEEN TELEFOONS.

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Diapositive

Slide 33 - Diapositive