week 19: H5 woordenschat + bijwoordelijke bepaling

Welkom bij Nederlands!


Ben je thuis? Op tafel ligt:
  • Je laptop (Teams)
  • Je telefoon (LessonUp)
  • Opladers

Ben je op school? Op tafel ligt:
  • Je laptop (LessonUp)













Meld je alvast aan bij LessonUp. De code staat in de chat en hier linksonder.
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Welkom bij Nederlands!


Ben je thuis? Op tafel ligt:
  • Je laptop (Teams)
  • Je telefoon (LessonUp)
  • Opladers

Ben je op school? Op tafel ligt:
  • Je laptop (LessonUp)













Meld je alvast aan bij LessonUp. De code staat in de chat en hier linksonder.

Slide 1 - Diapositive

  • Volgende week maandag 2 weektaken tegelijk af & controleren
Weektaak

Slide 2 - Diapositive





Woordenschat




Taalverzorging































Na de lessen deze week...
  • kun je de betekenis van een samenstelling vinden (in een woordenboek). 
  • kun je de betekenis van alle woorden en uitdrukkingen in de paragraaf uitleggen. 

  • kun je bijwoordelijke bepalingen in een zin vinden. 


Doel

Slide 3 - Diapositive





Je mag een reis maken. Geef antwoord op minimaal 3 van deze vragen: 
  • Met wie? 
  • Waar? 
  • Waarheen?
  • Waarmee? 
  • Wanneer? 
  • Waarvandaan? 
Stel je voor...

Slide 4 - Diapositive

Je mag een reis maken. Geef antwoord op minimaal 3 van deze vragen:


Met wie? Waar? Waarheen? Waarmee? Wanneer? Waarvandaan?

Slide 5 - Question ouverte

Je kunt bijwoordelijke bepalingen in een zin vinden. 






Doel

Slide 6 - Diapositive




  • Dinsdag heb ik dit longboard op Marktplaats gekocht.  
  • pv = heeft
  • ow = ik
  • gez = heeft gekocht
  • lv = dit longboard
  • mv = -

  • Dinsdag? 
  • op Marktplaats? 
  • D


  • Wilt u die chocoladereep aan mij geven voor mijn harde werk de afgelopen maanden?
  • pv = wilt 
  • ow = u
  • gez = wilt geven
  • lv = die chocoladereep
  • mv = aan mij

  • voor mijn harde werk?
  • de afgelopen maanden? 
Op welke vragen geeft dit antwoord?

Slide 7 - Diapositive




  • Dinsdag heb ik dit longboard op Marktplaats gekocht.  
  • pv = heeft
  • ow = ik
  • gez = heeft gekocht
  • lv = dit longboard
  • mv = -

  • Dinsdag? » wanneer? 
  • op Marktplaats? » waar? 
  • D


  • Wilt u die chocoladereep aan mij geven voor mijn harde werk de afgelopen maanden?
  • pv = wilt 
  • ow = u
  • gez = wilt geven
  • lv = die chocoladereep
  • mv = aan mij

  • voor mijn harde werk? » waarom? 
  • de afgelopen maanden? » wanneer?
Bijwoordelijke bepaling

Slide 8 - Diapositive





Mijn foto's stuur ik aan mijn zus. 


Ik wil jullie een vraag stellen.


We gaven de folders.
 





Mijn foto's stuur ik digitaal aan mijn zus. 
(Hoe?)

Ik wil jullie even een vraag stellen. 
(Hoelang?)

Elke dag gaven we in de pauze de folders.
(Wanneer?)



Bijwoordelijke bepaling

Slide 9 - Diapositive





Dus:
  • Een bijwoordelijke bepaling geeft antwoord op vragen als: Waar? Waarheen? Waarom? Waardoor? Waarvandaan? Wanneer? Hoe? 
  • Een zin kan 0 bijwoordelijke bepalingen hebben.
  • Een zin kan ook 5 bijwoordelijke bepalingen hebben. 





Mijn foto's stuur ik digitaal aan mijn zus. 
(Hoe?)

Ik wil jullie even een vraag stellen. 
(Hoelang?)

Elke dag gaven we in de pauze de folders.
(Wanneer?)



Bijwoordelijke bepaling

Slide 10 - Diapositive

Bijwoordelijke bepaling(en)
Ik
nooit
heb
gewonnen.
met de andere quizzen

Slide 11 - Question de remorquage

Bijwoordelijke bepaling(en)
Ik
dat
had
u
gehoord
een chocoladereep
gaat
weggeven.

Slide 12 - Question de remorquage

Bijwoordelijke bepaling(en)
Ik
mijn huiswerk
heb
af.
bijna altijd

Slide 13 - Question de remorquage





Dus:
  • Een bijwoordelijke bepaling geeft antwoord op vragen als: Waar? Waarheen? Waarom? Waardoor? Waarvandaan? Wanneer? Hoe? 
  • Een zin kan 0 bijwoordelijke bepalingen hebben.
  • Een zin kan ook 5 bijwoordelijke bepalingen hebben. 
Bijwoordelijke bepaling

Slide 14 - Diapositive

Je kunt bijwoordelijke bepalingen in een zin vinden. 






Doel

Slide 15 - Diapositive



Wat? 
  • H5, woordenschat: alle opdrachten
  • H5, taalverzorging: bijwoordelijke bepaling


Hoe?
  • Je blijft in LessonUp en Teams
  • Audio = uit.

Tijd?



H5, 

Vragen?
  • In de chat of mail. In of na de les antwoord. 



Klaar?
(klik op de link of kijk in SOM - 17 mei)

Aan het werk
timer
30:00

Slide 16 - Diapositive

Je kunt bijwoordelijke bepalingen in een zin vinden. 






Doel

Slide 17 - Diapositive

Maak een zin met zoveel mogelijk bijwoordelijke bepalingen.

Begin met het werkwoord 'gaan'. Je mag de vorm van het werkwoord veranderen.

Slide 18 - Question ouverte






Na deze les...
  • kun je de betekenis van een samenstelling vinden (in een woordenboek).
  • kun je de betekenis van alle woorden en uitdrukkingen in de paragraaf uitleggen. (Quizlet Live?)
  • kun je bijwoordelijke bepalingen in een zin vinden. 


Doel

Slide 19 - Diapositive

Welk cijfer geef jij jezelf voor je werkhouding?
0100

Slide 20 - Sondage

Wat heb jij goed gedaan deze les? Dus waar geef jij jezelf een compliment voor? (anoniem)

Slide 21 - Question ouverte

Volgende lessen
Maandag 17 mei: weektaak af
  • H5, woordenschat: alle opdrachten
  • H5, woordenschat: woordenlijst leren
  • H5, taalverzorging: bijwoordelijke bepaling


Slide 22 - Diapositive