Voedingsstoffen en voedingsmiddelen

Paragraaf 7.3 Eten
1. Je kunt uitleggen wat er in je eten zit.
2. Je kan de verschillende voedingsstoffen benoemen en indelen in groepen.
3. Je kan uitleggen hoe je gezond kan eten. 
4. Je kan een voedingsmiddelentabel gebruiken.
5. Je kan de gevolgen van ongezonde voeding benoemen. 
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Paragraaf 7.3 Eten
1. Je kunt uitleggen wat er in je eten zit.
2. Je kan de verschillende voedingsstoffen benoemen en indelen in groepen.
3. Je kan uitleggen hoe je gezond kan eten. 
4. Je kan een voedingsmiddelentabel gebruiken.
5. Je kan de gevolgen van ongezonde voeding benoemen. 

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Welke voedingsstoffen kennen we ?

Slide 3 - Carte mentale

Voedingstoffen
* Koolhydraten
* Vetten
* Eiwitten
* Water
* Mineralen
* Vitaminen

Slide 4 - Diapositive

In welke groepen kunnen we de voedingstoffen indelen?

Slide 5 - Carte mentale

Slide 7 - Vidéo

Slide 8 - Lien

Reken uit.
Stel: Ik eet voor mijn ontbijt 200 gram banaan, 100 gram bruin brood en 50 gram Kaas 48+

  • Hoeveel energie krijg ik binnen?
  • Hoeveel koolhydraten bevat mijn maaltijd? 

Slide 9 - Diapositive

Wat zijn de gevolgen van ongezonde voeding?

Slide 10 - Carte mentale

Tandbederf of cariës

Slide 11 - Diapositive

Hoe ontstaat tandbederf?

Slide 12 - Question ouverte

Voedingsvezels dienen vooral als brandstoffen in je lichaam.
A
Waar
B
Nietwaar

Slide 14 - Quiz



Door voedingsvezels verloopt de darmperistaltiek beter.
A
Waar
B
Nietwaar

Slide 15 - Quiz



Welke functies vervullen mineralen in je lichaam?


A
Bouwstoffen en beschermende stoffen.
B
Bouwstoffen en reservestoffen.
C
Brandstoffen en beschermende stoffen.
D
Brandstoffen en reservestoffen.

Slide 16 - Quiz



Waarvoor heeft je lichaam bouwstoffen nodig?



A
voor het op peil houden van de lichaamstemperatuur
B
voor groei, ontwikkeling en herstel
C
voor het beschermen van het lichaam tegen ziekten
D
voor het leveren van energie

Slide 17 - Quiz



Tot welk vak van de schijf van vijf
behoort spaghetti?

A
nr. 1
B
nr. 3
C
nr. 4
D
nr. 5

Slide 18 - Quiz



In welk deel van het darmkanaal
komen darmplooien en darmvlokken voor?


A
in de dikke darm
B
in de dunne darm
C
in de endeldarm
D
in de twaalfvingerige darm

Slide 19 - Quiz



Welk orgaan produceert gal?


A
de alvleesklier
B
de galblaas
C
de lever
D
de twaalfvingerige darm

Slide 20 - Quiz




Welke voedingsstoffen leveren de meeste energie per 100 gram?




A
eiwitten
B
mineralen
C
vetten
D
vitamines

Slide 21 - Quiz