H1.5 De snelheid van een reactie

De snelheid van een reactie
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

De snelheid van een reactie

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Reactietijd - Reactiesnelheid
Reactietijd = De tijd die verstrijkt tussen het begin en het einde van een reactie.

Reactiesnelheid = Een maat voor de hoeveelheid stof die er per seconde en per Liter reactiemengsel ontstaat of verdwijnt.
Wat is dan de relatie tussen reactietijd en reactiesnelheid?
Antwoord
Hoe korter de reactietijd is, hoe sneller de reactie verloopt, dus hoe groter de reactiesnelheid is. 

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Factoren die de snelheid van een reactie bepalen:
  1. Soort stof
  2. Concentratie
  3. Temperatuur
  4. Verdelingsgraad
  5. Katalysator
1.
2.
3.
4.
5.

Slide 5 - Diapositive

Stiltewerk
Na de volgende dia gaan we 10 minuten in stilte werken.
Dit betekent:
  1. Niet overleggen met elkaar
  2. Géén vragen stellen
  3. ...STILTE...

Slide 6 - Diapositive

Katalysator
Hoe wordt een katalysator van natuurlijke oorsprong genoemd?
Antwoord
Enzym

Slide 7 - Diapositive

Opdrachten maken

HAVO: 38, 41, 42, 44, 45, 48, 49 en 50



Slide 8 - Diapositive

De reactiesnelheid is hoger bij
A
Hoge temperatuur
B
Lage temperatuur

Slide 9 - Quiz

De reactiesnelheid is hoger bij
A
Hoge concentratie
B
Lage concentratie

Slide 10 - Quiz

Als je de temperatuur verlaagt wordt de reactiesnelheid...?
A
groter
B
kleiner
C
blijft gelijk

Slide 11 - Quiz

Als je de concentratie verhoogt,
wordt de reactiesnelheid...?
A
groter
B
kleiner
C
blijft gelijk

Slide 12 - Quiz

Er zijn 5 factoren die invloed hebben op de reactiesnelheid. Welke kun je verklaren met het begrip activeringsenergie?
A
Temperatuur
B
Soort stof
C
Katalysator
D
Concentratie

Slide 13 - Quiz

Bij het gebruik van een katalysator komt bij een exotherme reactie meer reactiewarmte vrij, omdat de reactiesnelheid hoger wordt.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Vidéo