Economische systemen

• Economie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

Periodedoel Inkomsten en uitgaven

Economische systemen

Wat gaan we doen deze les?

Welkom.

De doelen van deze les.

Terugkijken op het periodedoel Inkomsten en uitgaven.

Instructie over economische systemen

Aan de slag

Afsluiting van de les.

Doelen bij dit werkdoel

Economische systemen

Je weet dat er drie economische politieke systemen zijn:

- Vrijemarkteconomie

- Planeconomie

- Gemengde economie of sociale markt economie is

 Je kunt kenmerken van de drie economische politieke systemen noemen.

De uitgaven op het plaatje zijn voorbeelden van

1. dagelijkse uitgaven
2. vaste lasten
3. reserveringen
4. incidentele uitgaven

Wat is een goede manier om de welvaart tussen landen te vergelijken?

1. Het nationaal inkomen
2. Het BBP
3. Het BBP per hoofd van de bevolking
4. Alle genoemde manieren

Zo kan je welvaart tussen landen wel met elkaar vergelijken

Zo kan je welvaart tussen landen niet met elkaar vergelijken

Nationaal inkomen

Aantal analfabeten 

Aantal artsen per 1000 inwoners

BBP per hoofd van de bevolking

De overheid kan de kromme lijn beïnvloeden

Dat is zo

Dat is niet zo

Op welke manieren kan de overheid de inkomensverschillen kleiner maken?

Het periodedoel

Gezinsuitgaven

Landen vergelijken

Inkomensverschillen

Economische systemen

Planeconomie

Vrije markteconomie

de overheid bepaalt alles

De markt, dus vraag en aanbod bepaalt alles

Twee uitersten Noord Korea en de VS

Noord Korea Planeconomie -- VS Vrije markteconomie

En Nederland dan?

Veel landen zitten tussen een planeconomie en een vrije markteconomie in: 

gemengde economie = 

sociale markt economie

Wat regelt de Nederlandse overheid bijvoorbeeld?

Samengevat:

Planeconomie:  de overheid regelt alles in een land. Er zijn veel ambtenaren nodig om alles te regelen en controleren

Gemengde economie: De markt, vraag en aanbod, bepaalt veel maar de overheid bemoeit zich ermee.

Vrije markteconomie: de overheid bemoeit zich nergens mee. De markt bepaalt alles. 

Planeconomie

Gemengde economie

Vrije markteconomie

Er zijn uitkeringen voor werklozen

De overheid bepaalt wat er geproduceerd wordt

Er zijn geen sociale voorzieningen

Er zijn heel veel ambtenaren

Aan de slag

Fijn paasweekend!