kleuren zien en schaduw oefenmateriaal

Het spectrum van wit licht bestaat uitalle kleuren van de regenboog.  Zet de kleuren van dit spectrum in de juiste volgorde.
Het spectrum :
Indigo
Bruin
Groen
Geel
Violet
Blauw
Oranje
Rood
1 / 27
suivant
Slide 1: Question de remorquage
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Het spectrum van wit licht bestaat uitalle kleuren van de regenboog.  Zet de kleuren van dit spectrum in de juiste volgorde.
Het spectrum :
Indigo
Bruin
Groen
Geel
Violet
Blauw
Oranje
Rood

Slide 1 - Question de remorquage

Bijen zien op een andere manier dan mensen. Wat is het verschil tussen bijen en mensen?
A
Bijen kunnen s’ nachts ook kleuren zien
B
Bijen kunnen geen kleuren zien
C
Bijen kunnen infrarode straling zien
D
Bijen kunnen ultravioletstraling zien

Slide 2 - Quiz

Wat is een ander woord voor warmtestraling?
A
Isoleren
B
Ultraviolet
C
Spectrum
D
Infrarood

Slide 3 - Quiz

Welke straling kun je voelen?
A
Ultraviolette straling
B
Infrarood straling
C
Spectrum

Slide 4 - Quiz

Welke soort straling kun je zien?
A
Ultraviolette (UV) straling
B
Infrarood straling
C
Spectrum

Slide 5 - Quiz

Welke kleur licht wordt door een gele bloem weerkaatst?
A
Geel
B
Groen
C
Violet
D
Alle kleuren uit het spectrum

Slide 6 - Quiz

Wanneer een object wit is dan worden alle kleuren van het spectrum....
A
weerkaatst
B
geabsorbeerd
C
er doorheen gestraald
D
doorgegeven

Slide 7 - Quiz

De Italiaanse vlag bestaat uit drie even brede verticale banen die vanaf de vlaggenstok de kleuren groen, wit en rood hebben.
Welke kleuren lijkt deze vlag vanaf de vlaggenstok te hebben onder een:
a blauwe lamp? Verklaar je antwoord.
b groene lamp? Verklaar je antwoord.

Slide 8 - Question ouverte

Teken op je werkblad hoe deze lichtstraal door de spiegel wordt teruggekaatst.
Noteer in je tekening de letter i voor de hoek van inval.
c Hoe groot is de hoek van terugkaatsing

Slide 9 - Question ouverte

Met een zakspectroscoop zie je
A
welke kleuren licht er wordt uitgezonden
B
een volledig spectrum
C
licht van een natriumlamp
D
licht van een halogeenlamp

Slide 10 - Quiz

Wat is wit licht?
A
Heel licht geel licht
B
Alle kleuren bij elkaar
C
Blauw en groen licht
D
Gewoon wit

Slide 11 - Quiz

Welke kleur licht wordt door een blauw filter doorgelaten?
A
geen licht
B
alle kleuren licht
C
alleen groen licht
D
alleen blauw licht

Slide 12 - Quiz

Witte voorwerpen weerkaatsen....
A
Alleen wit licht
B
Alle kleuren licht
C
Geen enkele kleur licht
D
Dat kun je niet zeggen

Slide 13 - Quiz

Je ligt op het strand. Waar wordt je bruin van?
A
alleen ultraviolet licht
B
alleen infrarood licht
C
zowel infrarood als ultraviolet licht
D
licht van alle kleuren

Slide 14 - Quiz

Welke kleur licht wordt door een groen filter doorgelaten?
A
alleen rood
B
alle kleuren licht
C
alleen groen licht
D
groen en rood licht

Slide 15 - Quiz

Waardoor komt het dat zwart warmer wordt in het zonlicht?
A
Het absorbeert alle kleuren licht
B
Het weerkaatst alle kleuren licht

Slide 16 - Quiz

Wat zie je als alle kleuren licht worden geabsorbeerd?
A
Wit
B
Zwart
C
Regenboog
D
Lichtbron

Slide 17 - Quiz

Welke kleur licht weerkaatst mijn rode auto?
A
geen
B
oranje
C
alle kleuren
D
rood

Slide 18 - Quiz

wat zijn de primaire kleuren van licht?
A
rood groen geel
B
rood groen paars
C
rood blauw geel
D
blauw groen rood

Slide 19 - Quiz

Welke kleuren licht moet je mengen om paars te krijgen?
A
Rood en groen
B
Groen en blauw
C
Rood en blauw
D
Rood, groen en blauw

Slide 20 - Quiz

Welke kleuren licht moet je mengen om geel te krijgen?
A
Rood en groen
B
Groen en blauw
C
Rood en blauw
D
Rood, groen en blauw

Slide 21 - Quiz

Op een muur staat de schaduw van een vaas. De schaduw is 48 cm hoog. De vaas zelf is 12cm. Bereken de vergroting.

Slide 22 - Question ouverte

Bert heeft een gele trui. Hij staat in puur blauw licht. Welke kleur ziet Ernie de trui van Bert?

Slide 23 - Question ouverte

Sleep de formule onderdelen naar de juiste plaats
N
hoogte beeld
hoogte voorwerp

Slide 24 - Question de remorquage

De lampen in de tekening kun je omhoog en naar beneden bewegen. Als je dat doet verandert de schaduw. Hoe maak je de schaduw van de tafel groter?

Slide 25 - Question ouverte

In de tekening zie je een tafel met twee straatlantaarns erbij. Ook is de schaduw van de tafel getekend.
Leg uit of de schaduw van de tafel juist getekend is.

Slide 26 - Question ouverte

In de tekening zie je de een schaduw
die ontstaat door twee lampen (L1 en L2).
Hoe heet schaduw B?
Let op! Schijf één woord op.

Slide 27 - Question ouverte