Samenvatting Hoofdstuk 5: Arm & Rijk

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Samenvatting Hoofdstuk 5:

Arm & Rijk

De rijkste landen in de wereld noemen we de ..... landen

Centrumlanden

De rijkste landen van de wereld

De meeste mensen in deze landen hebben een goed inkomen
Binnen centrumlanden kunnen er wel regionale verschillen zijn

De armste landen in de wereld noemen we .... landen (of landen in de ...)

Perifere landen

Landen in de periferie

De armste landen van de wereld

Mensen leven van een paar euro per dag of minder

Je vindt er grote steden met sloppenwijken

Ook hier zie je regionale verschillen

Noem één of twee andere begrippen die je kent voor een land in de periferie

Landen tussen centrumlanden en perifere landen in noemen we ....landen (of landen in de ....)

Semi-Perifere landen

Landen in de semiperiferie

Landen in de middenmoot

Groei van periferie naar semiperiferie

Van centrumland terug naar semiperiferie

Economische ontwikkeling

De beroepsbevolking van een land bestaat uit mensen tussen de 15 en 65 jaar die betaald werk (of daar naar op zoek zijn.

Hun banen kun je verdelen in drie economische sectoren:

primair - secundair - tertiaire (diensten)

Primaire sector

Secundaire sector

Tertiaire sector

Diensten sector

Centrumland

Semiperiferie

Periferie

Primaire sector

Secundaire sector

Tertiaire sector / diensten sector

Ruilvoet

Wat betekent ruilvoet? Gebruik in je antwoord de begrippen import en export.

Geef een voorbeeld van een indicator

Welke indicatoren vormen samen de HDI?

Je ziet de verdeling van de beroepsbevolking over de drie sectoren in een land.
Hoort deze grafiek bij een land in het centrum, de periferie of de semiperiferie?

1. Centrum
2. Periferie
3. Semiperiferie

Human Development Index 

HDI

Bestaat uit de indicatoren: levensverwachting, BBP per hoofd, analfabetisme en het aantal jaren dat mensen (gemiddeld) naar school van

De combinatie geeft een uitgebreider beeld dan losse indicatoren

Lees het onderstaande verhaal

Julius is een jongen van 14 jaar. Hij woont in Congo. Om zijn familie te ondersteunen, zoekt hij illegaal naar het erts coltan, een grondstof voor mobiele telefoons. Er is veel vraag naar dit erts, maar hij kan het niet zelf verkopen aan de handelaren, hoewel hij daar meer mee zou verdienen. Omdat er oorlog is in Congo, hebben rebellen de handel in handen. Julius verdient daardoor maar 50 eurocent per dag. Geld voor school is er niet.

In welke sector werkt Julius?

1. Primair
2. Secundair
3. Tertiair

Werkt Julius in de formele of in de informele sector?

1. Formeel
2. Informeel

Sloppenwijken

In perifere landen kun je in grote steden sloppenwijken vinden

Hier wonen mensen die huizen in het dure centrum niet kunnen betalen

Mensen bouwen hier zelf huizen met materialen die ze kunnen vinden

In sloppenwijken zijn vaak weinig voorzieningen: er is bijvoorbeeld geen schoon water, elektriciteit of een riool.

Aan welke paragraaf van hoofdstuk vijf wil je nog extra aandacht besteden?