Overbrengingen les 2

• Techniek
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 1

Overbrengingen les 2

herhaling

Wat is een overbrenging

Directe en indirecte overbrengingen

Rotatie en translatie

Een krachtbron zorgt voor de aandrijving

Directe overbrenging

- tandwielen raken elkaar

- tandwielen draaien in         verschillende richting

- tandwielen zitten op     verschillende assen

Indirecte overbrenging

- kettingoverbrenging

- snaaroverbrenging

Kettingoverbrenging

 Kettingwielen :

- 1 aandrijfwiel

- 2 volgwiel

Tandwielen draaien

in dezelfde richting

Snaaroverbrenging

- goedkoper dan ketting

- minder lawaai

- minder sterk 

- kunnen slippen

platenspeler:

V-snaar

Slipt 

Tandriemaandrijving

- goedkoop

- weinig lawaai

- slipt niet snel

Versnellen en vertragen

Groot aandrijfwiel: versnel

Kost meer kracht

hij gaat 3 keer zo snel

Toerental

aantal omwenteling per minuut: rpm

Op een fiets met versnellingen kun je het toerental wijzigen

Overbrengverhouding

Hoeveel keer draait het volgwiel rond als het aandrijfwiel 1 keer ronddraait?

aantal tandjes van het volgwiel/

aantal tandjes van het aandrijfwiel.

Overbrengverhouding

Hoe vaak 

Wat is de overbreng-
verhouding?

Aandrijfwiel

Volg

wiel

1. 20/40
2. 40/20
3. 2
4. 800

Wat is de overbrengings-
verhouding?

Aandrijfwiel

Volg

wiel

1. 1:2
2. 1:0,5
3. 2
4. 800

In deze overbrenging heb je een

Aandrijfwiel

Volg

wiel

1. versnelling
2. vertraging

Wat is de overbrengings-
verhouding?

Aandrijfwiel

Volg

wiel

1. 30/10
2. 10/30
3. 3
4. 300

Wat is de overbrengings-
verhouding?

Aandrijfwiel

Volg

wiel

1. 3:1
2. 1:3
3. 3
4. 300

In deze overbrenging heb je een

Aandrijfwiel

Volg

wiel

1. versnelling
2. vertraging

Maken

WB

19

BLZ 52  

opdrachten 

2

2,5

3,33

5

1,33

1,6

2

4

5

Geef hier de antwoorden op vraag:
A, B en C