1.5 Orientatie op gezondheid

1 / 37
suivant
Slide 1: Diapositive
DierverzorgingMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 37 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 180 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Bijklauw
Boeg
Borstbeen
Flank
Honger- of pensgroeve
Klauwen
Kogel
Lendenen
Schoft
Schouder
Vang
Voorborst
Voorhoofd
Nr 1, 18, 8, 10, 11, 12, 16, 20, 22, 24, 25, 28, 46

Slide 11 - Diapositive

Bijklauw
Boeg
Borstbeen
Flank
Honger- of pensgroeve
Klauwen
Kogel
Lendenen
Schoft
Schouder
Vang
Voorborst
Voorhoofd
Nr 1, 18, 8, 10, 11, 12, 16, 20, 22, 24, 25, 28, 46

Oefen de onderdelen van het exterieur
P1 zegt nummer, P2 zegt wat het is
Doen we 15 minuten

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Wat is
onderdeel nr 22?
A
Lendenen
B
Rug
C
Hongergroeve
D
Schoft

Slide 19 - Quiz

Noem 3 gegevens die je kunt vinden op de zeugenkaart

Slide 20 - Question ouverte

Wat zijn verliesdagen bij varkens?
A
Dagen waarop varkens niet genoeg voedsel krijgen.
B
De dagen waarop varkens ziek zijn of bij eerste keer inseminatie niet drachtig zijn
C
Dagen waarop varkens buiten in de modder spelen.
D
Dagen waarop varkens getraind worden voor wedstrijden.

Slide 21 - Quiz

Wat is de definitie van worpindex bij varkens?
A
De leeftijd waarop varkens geslacht kunnen worden.
B
De hoeveelheid voedsel die varkens per dag eten.
C
Het gewicht van varkens bij de geboorte.
D
Het aantal worpen van een zeug per jaar

Slide 22 - Quiz

Wat is een gesloten bedrijf?
A
Een bedrijf dat alleen moederdieren fokt
B
Een bedrijf dat alleen varkens vetmest
C
Een bedrijf dat niemand binnen laat
D
Een bedrijf dat van biggetje tot vleesvarken werkt

Slide 23 - Quiz

Wat zijn kengetallen in de veehouderij?
A
Gewichten van verschillende dieren.
B
Kleurcodering van voedselverpakkingen.
C
Lengtematen van stallen en schuren.
D
Getallen waarmee je de productie weergeeft

Slide 24 - Quiz

Noem een voorbeeld van een kengetal

Slide 25 - Question ouverte

Wat is
onderdeel nr 28?
A
Vang
B
Navel
C
Melkader
D
Flank

Slide 26 - Quiz

Waar zit de schoft?
A
6
B
11
C
10
D
19

Slide 27 - Quiz

Hoe heet een vrouwelijk kalf?

Slide 28 - Question ouverte

Hoe heet een rund tussen de 12 en 15 maanden?

Slide 29 - Question ouverte

Wat is TKT?

Slide 30 - Question ouverte

Hoelang is TKT melkvee?
A
2 maanden
B
10 maanden
C
12 maanden
D
14 maanden

Slide 31 - Quiz

Hoeveel worpen heeft een zeug per jaar?
A
2
B
2,5
C
3
D
4

Slide 32 - Quiz

Wanneer mogen kalveren het melkveebedrijf verlaten waar ze geboren zijn?
A
3 dagen
B
10 dagen
C
14 dagen
D
28 maanden

Slide 33 - Quiz

Slide 34 - Diapositive

Slide 35 - Diapositive

Slide 36 - Diapositive

Slide 37 - Diapositive