Verschillende werkwoordsvormen basis 3

1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Startklaar 
       
       Pak je Chromebook/ laptop, map /boek/ pen/           leesboek.
       Start je Chromebook/ laptop op.
       Log in op www.lessonup.app 
       Je telefoon is in je zakkie en in je tas!

      

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gaan wij doen vandaag?
  • Kern: les 13 herhalen, de tegenwoordige en de verleden tijd.

  • Extra opdrachten maken.
  • Werken aan je fictieopdracht.
  • Quizlet / NUMO

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
Les 13
In deze les:
  • leer je hoe je de persoonsvorm in de tegenwoordige en de verleden tijd schrijft.
  • leer je hoe je het voltooid deelwoord schrijft.

Aan het einde van de les:
  • kun je de pv van een gegeven ww. in de tegenwoordige en de verleden tijd opschrijven. 
  • kun je de juiste pv of het juiste voltooid deelwoord invullen.


Slide 4 - Diapositive

Leerdoelgericht werken: 
Voor iedere leerling is duidelijk waar er aan gewerkt gaat worden. Docenten geven vanuit deze leerdoelen vorm aan
de inhoud van hun lessen. Om dit voor leerlingen behapbaar te houden wordt alleen het hoognodige aangeboden. Iedere les worden de beoogde leerdoelen kenbaar gemaakt en
worden onderwijsactiviteiten ingezet die moeten leiden tot het beoogde leerdoel. Hierbij wordt gericht ingezet op succeservaringen. Leerdoelen worden vanuit hoge positieve verwachtingen van alle leerlingen geformuleerd en zetten in op succeservaringen. 
Schrijf op je post-it wat je nog weet over de tegenwoordige tijd.

Slide 5 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Les 13 Hoe schrijf je de verschillende werkwoordsvormen?
Persoonsvorm tegenwoordige tijd.

Bij ik schrijf je de ik-vorm.
Bij jij, u, hij, zij schrijf je de ik-vorm + t.
Bij wij, jullie, zij schrijf je het hele ww.

Als jij,je alleen achter de pv staat, dan schrijven wij alleen de stam.

Slide 6 - Diapositive

Leerdoelgericht werken: 
Voor iedere leerling is duidelijk waar er aan gewerkt gaat worden. Docenten geven vanuit deze leerdoelen vorm aan
de inhoud van hun lessen. Om dit voor leerlingen behapbaar te houden wordt alleen het hoognodige aangeboden. Iedere les worden de beoogde leerdoelen kenbaar gemaakt en
worden onderwijsactiviteiten ingezet die moeten leiden tot het beoogde leerdoel. Hierbij wordt gericht ingezet op succeservaringen. Leerdoelen worden vanuit hoge positieve verwachtingen van alle leerlingen geformuleerd en zetten in op succeservaringen. 
Les 13 Hoe schrijf je de verschillende werkwoordsvormen?
Stappenplan tt
1.Zoek de stam van het ww.
2.Wat is het onderwerp (O)?
3.Is het O. enkelvoud (ev) of meervoud (mv)?
4.Is ik het O is of als jij,je alleen achter de pv staat, dan schrijven wij alleen de stam.
5.Staat het O. in het mv, dan schrijven wij het hele ww.
6.Alle andere onderwerpen krijgen de stam +t

Slide 7 - Diapositive

Leerdoelgericht werken: 
Voor iedere leerling is duidelijk waar er aan gewerkt gaat worden. Docenten geven vanuit deze leerdoelen vorm aan
de inhoud van hun lessen. Om dit voor leerlingen behapbaar te houden wordt alleen het hoognodige aangeboden. Iedere les worden de beoogde leerdoelen kenbaar gemaakt en
worden onderwijsactiviteiten ingezet die moeten leiden tot het beoogde leerdoel. Hierbij wordt gericht ingezet op succeservaringen. Leerdoelen worden vanuit hoge positieve verwachtingen van alle leerlingen geformuleerd en zetten in op succeservaringen. 
De leerling (drinken, tt) een glas water.
A
drinken
B
drinkt
C
drink

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom (vinden, tt) jij deze les moeilijk?
A
vind
B
vinden
C
vindt

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

(Vinden) jouw vader dat een goed idee?
A
vindt
B
vind
C
vinden
D
gevonden

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat (verbeelden) je nichtje zich eigenlijk wel?

Slide 11 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Schrijf de ww tussen haakjes in de tegenwoordige tijd.
1. Het vuur (branden) de hele dag.
2. Hij (vinden) een dubbeltje op straat.
3. Ayse (beantwoorden) een vraag.
4. Lianne (gaan) graag naar het zwembad.
5. (Vinden) jij dat een goed idee?
timer
2:00

Slide 12 - Diapositive

Leerdoelgericht werken: 
Voor iedere leerling is duidelijk waar er aan gewerkt gaat worden. Docenten geven vanuit deze leerdoelen vorm aan
de inhoud van hun lessen. Om dit voor leerlingen behapbaar te houden wordt alleen het hoognodige aangeboden. Iedere les worden de beoogde leerdoelen kenbaar gemaakt en
worden onderwijsactiviteiten ingezet die moeten leiden tot het beoogde leerdoel. Hierbij wordt gericht ingezet op succeservaringen. Leerdoelen worden vanuit hoge positieve verwachtingen van alle leerlingen geformuleerd en zetten in op succeservaringen. 
De verleden tijd van zwakke werkwoorden
  • Schrijf op je post-it wat je weet over de zwakke ww in de verleden tijd.

Slide 13 - Diapositive

Leerdoelgericht werken: 
Voor iedere leerling is duidelijk waar er aan gewerkt gaat worden. Docenten geven vanuit deze leerdoelen vorm aan
de inhoud van hun lessen. Om dit voor leerlingen behapbaar te houden wordt alleen het hoognodige aangeboden. Iedere les worden de beoogde leerdoelen kenbaar gemaakt en
worden onderwijsactiviteiten ingezet die moeten leiden tot het beoogde leerdoel. Hierbij wordt gericht ingezet op succeservaringen. Leerdoelen worden vanuit hoge positieve verwachtingen van alle leerlingen geformuleerd en zetten in op succeservaringen. 
De verleden tijd van zwakke werkwoorden
  • Zoek de stam van het ww.
  • Kijk naar de laatste letter van de stam
  • Komt die voor in het ezelsbruggetje, dan krijgt de   verleden tijd -te (n).
  • Komt de laatste letter niet voor, dan -de(n)
  • Ezelsbruggetje zwakke ww.vt. :'t ex-kofschip

Slide 14 - Diapositive

Leerdoelgericht werken: 
Voor iedere leerling is duidelijk waar er aan gewerkt gaat worden. Docenten geven vanuit deze leerdoelen vorm aan
de inhoud van hun lessen. Om dit voor leerlingen behapbaar te houden wordt alleen het hoognodige aangeboden. Iedere les worden de beoogde leerdoelen kenbaar gemaakt en
worden onderwijsactiviteiten ingezet die moeten leiden tot het beoogde leerdoel. Hierbij wordt gericht ingezet op succeservaringen. Leerdoelen worden vanuit hoge positieve verwachtingen van alle leerlingen geformuleerd en zetten in op succeservaringen. 
De verleden tijd van zwakke werkwoorden
Bijvoorbeeld:
werken
De stam: werk
De laatste letter is een k, die komt voor in het ezelsbruggetje.
De verleden tijd krijgt dus -te.
Als het onderwerp in het meervoud staat, dan schrijf je werkten.

Slide 15 - Diapositive

Leerdoelgericht werken: 
Voor iedere leerling is duidelijk waar er aan gewerkt gaat worden. Docenten geven vanuit deze leerdoelen vorm aan
de inhoud van hun lessen. Om dit voor leerlingen behapbaar te houden wordt alleen het hoognodige aangeboden. Iedere les worden de beoogde leerdoelen kenbaar gemaakt en
worden onderwijsactiviteiten ingezet die moeten leiden tot het beoogde leerdoel. Hierbij wordt gericht ingezet op succeservaringen. Leerdoelen worden vanuit hoge positieve verwachtingen van alle leerlingen geformuleerd en zetten in op succeservaringen. 
De kinderen (wandelen,vt) door het bos.

Slide 16 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

De soldaat (vluchten,vt.) naar een veilig onderkomen.

Slide 17 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij de laatste verkiezingen (stemmen,vt.) maar heel weinig mensen.

Slide 18 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

De verleden tijd
1. Het vuur (branden) de hele dag.
2. Hij (vinden) een dubbeltje op straat.
3. Ayse (beantwoorden) een vraag.
4. Lianne (gaan) graag naar het zwembad.
5. (Vinden) jij dat een goed idee?
timer
2:00

Slide 19 - Diapositive

Leerdoelgericht werken: 
Voor iedere leerling is duidelijk waar er aan gewerkt gaat worden. Docenten geven vanuit deze leerdoelen vorm aan
de inhoud van hun lessen. Om dit voor leerlingen behapbaar te houden wordt alleen het hoognodige aangeboden. Iedere les worden de beoogde leerdoelen kenbaar gemaakt en
worden onderwijsactiviteiten ingezet die moeten leiden tot het beoogde leerdoel. Hierbij wordt gericht ingezet op succeservaringen. Leerdoelen worden vanuit hoge positieve verwachtingen van alle leerlingen geformuleerd en zetten in op succeservaringen. 
Afsluiting van de les.
Klik op de spinner
Formatief evalueren

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Exytra opdrachten.
Maak opdracht 1 en 2.

Slide 21 - Diapositive

Leerdoelgericht werken: 
Voor iedere leerling is duidelijk waar er aan gewerkt gaat worden. Docenten geven vanuit deze leerdoelen vorm aan
de inhoud van hun lessen. Om dit voor leerlingen behapbaar te houden wordt alleen het hoognodige aangeboden. Iedere les worden de beoogde leerdoelen kenbaar gemaakt en
worden onderwijsactiviteiten ingezet die moeten leiden tot het beoogde leerdoel. Hierbij wordt gericht ingezet op succeservaringen. Leerdoelen worden vanuit hoge positieve verwachtingen van alle leerlingen geformuleerd en zetten in op succeservaringen. 
Afsluiting

  • Extra opdrachten maken.
  • Werken aan je fictieopdracht.
  • Quizlet / NUMO

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions