1BK Oefentoets spelling 3.8 en 4.8 (P2)

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Oefentoets 

Spelling 3.8 en 4.8

1BK

De verleden tijd

Zwakke en sterke werkwoorden

Weet je het nog?

• Zwakke werkwoorden blijven in een andere tijd hetzelfde     klinken. 
• Sterke werkwoorden hebben de kracht om in de verleden   tijd van klank te veranderen. 

Gisteren landde het vliegtuig.

1. sterk werkwoord
2. zwak werkwoord

Het werkwoord 'krijgen' is een sterk werkwoord.

1. juist
2. onjuist

Sterk werkwoord

Zwak werkwoord

Zingen

Klappen

Lopen

Reizen

Fietsen

Kijken

Lezen

Spelen

                            

Twijfel je?
Als de laatste letter van de stam voorkomt in
't ex-kofschip, schrijf je in de verleden tijd -te(n).
Zo niet, dan schrijf je -de(n). 

Regel

Leer de regels uit je hoofd.

't ex-kofschip

werken - werk

De 'k' komt voor in 't ex-kofschip, dus is de verleden tijd werkte.

TT: Ik fiets.
VT: ...

TT: Loes verft mijn haren.
VT: ...

Let op

• Als de stam (ik-vorm) al eindigt op -d of -t, dan schrijf je in de verleden tijd -dd of -tt.

• Een werkwoord in de verleden tijd eindigt nooit op -dt.

Voorbeeld

antwoorden, 

stam = antwoord,
de verleden tijd is antwoordde

planten,

stam = plant,
de verleden tijd is plantte

VT: Ik ... (koken) pasta.

VT: Wij ... (zetten) de pot op tafel.

VT: De ridders ... (leven) vroeger.

Zet de zin in de verleden tijd. 

Noteer alleen de persoonsvorm

De supporters juichen de spelers toe.

Zet de zin in de verleden tijd. 

Noteer alleen de persoonsvorm

Veel mensen verhuizen naar een ander plaats.

Het zelfstandig naamwoord

Meervoud van zelfstandig naamwoord.

De drie belangrijkste manieren zijn:

1.. - en -> boek / boeken

2..- s-> ezel / ezels

3.. 's -> woorden die eindigen op een 'lange' klinker, die je met één letter schrijft: -a, -o, -u, -i of –y.

piano-> piano's

3.. 's -> bij afkortingen

tv's -> tv's

1 ski
2 ...

1. skies
2. skis
3. ski's
4. skie's

1 piano
2 ...

1. pianoos
2. piano's
3. pianoo's
4. pianos

1 muis
2 ...

1. muisen
2. muizen
3. muizzen
4. muissen

1 shampoo
2 ....

1. shampoos
2. shampo's
3. shampoo's
4. shampoo-s

De s>z en de f>v

woorden die eindigen -s of -f

in het meervoud meestal s>z   f>v

wens:  wensen   kaars:  kaarsen

grens:  grenzen   laars:  laarzen

fotograaf:  fotografen   filosoof: filosofen

staaf:  staven  sluis:  sluizen

schrijf het meervoud op van:
dief, poes, druif, huis en vrouw

Meervoud van:
bedrijf, boef, laars, smoes

Meervoud -s of -'s

1. babys
2. baby's

Meervoud -s of -'s

1. ballerina's
2. ballerinaas

Meervoud -s of -'s

1. garages
2. garage's

Meervoud van thema

1. themaas
2. themaa's
3. thema,s
4. thema's

Meervoud van horloge

1. horloge's
2. horloge-s
3. horloges
4. horlogees

Wat is het meervoud van dvd?

1. dvd-s
2. dvds
3. dvd-en
4. dvd's

Einde van de oefentoets.