Nieuwsbegrip

Vuurwerk
Lesdoel: De leerlingen lezen de tekst actief aan de hand van sleutelvragen. Ze beantwoorden (toets)vragen bij de tekst.

Leesdoel: Na het lezen weten de leerlingen meer over regels voor vuurwerk en ze weten dat de meningen over vuurwerk verdeeld zijn. Ze weten ook welke veiligheidsmaatregelen ze kunnen nemen als ze naar vuurwerk gaan kijken met oud en nieuw.



1 / 39
suivant
Slide 1: Diapositive
LezenBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 39 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Vuurwerk
Lesdoel: De leerlingen lezen de tekst actief aan de hand van sleutelvragen. Ze beantwoorden (toets)vragen bij de tekst.

Leesdoel: Na het lezen weten de leerlingen meer over regels voor vuurwerk en ze weten dat de meningen over vuurwerk verdeeld zijn. Ze weten ook welke veiligheidsmaatregelen ze kunnen nemen als ze naar vuurwerk gaan kijken met oud en nieuw.



Slide 1 - Diapositive

Vuurwerk

Slide 2 - Carte mentale

ontploffingen en vuur
helft voor, helft tegen
veiligheidsbril, geen jas met capuchon, 8 meter afstand
kopen vanaf 12 of 16, afsteken op 31 december
Gevaarlijk
Meningen verdeeld
Regels
Tips

Slide 3 - Question de remorquage

nostalgisch
met heimwee naar het verleden

Slide 4 - Diapositive

particulier
iemand die iets als persoon doet, niet namens een bedrijf of overheid

Slide 5 - Diapositive

(ik) betwijfel 
denken dat iets waarschijnlijk niet waar is

Slide 6 - Diapositive

getuige
aanwezig bij die gebeurtenis

Slide 7 - Diapositive

erkende
officieel goedgekeurde 

Slide 8 - Diapositive

incident
vervelende gebeurtenis 

Slide 9 - Diapositive

zone
een gebied

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Filmpje & Tekst lezen
Pak een markeerstift en je tekst
--> Streep de moeilijke woorden aan 

Draai je laptop van je af! --> Er aan zitten = afgepakt!

Slide 24 - Diapositive

Wat betekent: de toeschouwer?
Maar elke jaarwisseling raken veel mensen gewond door vuurwerk. Ook toeschouwers.
A
iemand in het theater
B
iemand die niets ziet
C
iemand in een voetbalstadion
D
iemand die naar iets kijkt of die iets ziet

Slide 25 - Quiz

Wat betekent: zwaargewond?
Afgelopen weekend raakte een jongen van 9 jaar zwaargewond door vuurwerk.
A
beetje gewond
B
overleden
C
heel erg gewond
D
gewond

Slide 26 - Quiz

Wat betekent: illegaal?

Slide 27 - Question ouverte

Wat betekent: de overheid?
Dit staat op de website van de overheid: rijksoverheid.nl/onderwerpen/vuurwerk/regels-vuurwerk. 
A
de eerste en tweede kamer
B
de regering van een land en alle mensen die ervoor werken
C
de minister president
D
alle inwoners

Slide 28 - Quiz

Wat is er dit jaar anders dan vorige jaren als het om
vuurwerk gaat? Noem twee dingen.

Slide 29 - Question ouverte

Wie zijn er positiever over vuurwerk, de kinderen uit
het onderzoek van het Jeugdjournaal of de mensen
die hun mening gaven over de stelling van het
Dagblad van het Noorden?
A
kinderen
B
de mensen van het dagblad

Slide 30 - Quiz

Wat kan er gebeuren als je je als jongere niet aan de
vuurwerkregels houdt? Noem drie dingen.

Slide 31 - Carte mentale

De vragen over de tekst

Slide 32 - Diapositive

Lees het stukje met het kopje Meningen verdeeld nog eens. Welke nadelen van
vuurwerk worden er genoemd? Er zijn drie antwoorden goed
A
Het kost veel geld.
B
Het zorgt voor angst en onrust bij dieren.
C
Het zorgt voor ongelukken.
D
Het zorgt voor overlast.

Slide 33 - Quiz

Wat betekent een oogje in het zeil houden (regel 28)?
A
een zeil ophangen voor een raam
B
Ergens naar kijken zonder op te letten
C
iets in de gaten houden, ergens op letten
D
kijken of iemand eraan komt, iemand opwachten

Slide 34 - Quiz

Lees het stukje met het kopje Ongelukken, boetes en straf nog eens. Welke
bewering is waar?
Als je ergens getuige van bent, dan…
A
ga je ergens heen.
B
meld je iets bij de politie.
C
werk je ergens aan mee.
D
zie je iets gebeuren.

Slide 35 - Quiz

Welke zin zou het beste passen als laatste zin van dit stukje?
A
Je kunt je dus maar beter aan de regels houden.
B
Je kunt dus beter geen vuurwerk afsteken.
C
Je hoeft je dus niet aan de regels te houden
D
Je hoeft dus niet bang te zijn als je met vuurwerk speelt

Slide 36 - Quiz

Kijk nog eens naar het stukje Wat mag wel? Wat zou een ander kopje voor dit
stukje kunnen zijn? Kies het beste kopje.
A
Kindervuurwerk
B
tips
C
nylon
D
illegaal

Slide 37 - Quiz

Slide 38 - Diapositive

Slide 39 - Lien