Procenten § 1 t/m3

Procenten 
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Procenten 

Slide 1 - Diapositive

We herhalen § 1 t/m3... 

...hoe zat het ook alweer met breuken en procenten

...rekenen met procenten (gegeven en gevraagd)


Slide 2 - Diapositive

is hetzelfde als
21
A
2%
B
5%
C
20%
D
50%

Slide 3 - Quiz

is hetzelfde als
41
A
4%
B
40%
C
25%
D
20%

Slide 4 - Quiz

is hetzelfde als
81
A
8%
B
12,5%
C
80%
D
25%

Slide 5 - Quiz

24,8 % is ongeveer:
A
7/10
B
3/10
C
1/4
D
1/2

Slide 6 - Quiz

30,6% is ongeveer
A
7/10
B
1/2
C
3/10
D
1/4

Slide 7 - Quiz

wat is meer
A
40%
B
1/2

Slide 8 - Quiz

wat is meer
A
3/4
B
80%

Slide 9 - Quiz

wat is meer
A
1/4
B
4%

Slide 10 - Quiz

Een jas kostte €50, hij wordt 10% duurder. De jas kost nu €60
A
waar
B
niet waar

Slide 11 - Quiz

Een broek kostte €40 en wordt 25% goedkoper, hij kost nu €30
A
waar
B
niet waar

Slide 12 - Quiz

Een scooter kost € 2000 exclusief 21% BTW. Inclusief BTW betaal je € 2021
A
waar
B
niet waar

Slide 13 - Quiz



Een broek kost €50, er komt 20% bij.
Hoeveel moet je nu betalen?




 
Rekenen met procenten

Slide 14 - Diapositive



Een broek kost €50, er komt 20% bij.

1 wat weet je
2 wat moet je weten
3 waar komt de 1 en de ///
4 uitrekenen: 50:100x120=60
De broek kost nu €60



 
Rekenen met procenten
%
100
50
120
1
60
////
1
2
3
4
1
3

Slide 15 - Diapositive

Een bezoek aan de kapper kost 22,50 De prijs wordt met 13% verhoogd.
Wat betaal je nu? (alleen getal)

Slide 16 - Question ouverte





 Een broek kost €50, er gaat 25% af.

Hoeveel moet je betalen?


Rekenen met procenten
%

Slide 17 - Diapositive





 Een broek kost €50, er gaat 25% af.

De broek kost nu:
(50:100x75=37,50)
€37,50


Rekenen met procenten
1
%
100
50
75
1
///
37,50
1
3
3
2
4

Slide 18 - Diapositive

Een jas kost 62,50. Er wordt 20% korting gegeven. Wat moet je betalen?(alleen getal)

Slide 19 - Question ouverte

 

Een scooter kost €2000 excl. BTW, hoeveel kost hij incl. BTW?



Excl. BTW
%

Slide 20 - Diapositive

 

Een scooter kost €2000 excl. BTW, hoeveel kost hij incl. BTW?

Inclusief BTW kost de scooter:
(2000:100x121) €2420



Excl. BTW
%
100
2000
1
///
121
2420

Slide 21 - Diapositive

Een boek kost 13 euro exclusief btw. Wat is de prijs inclusief 21% btw? (alleen getal)

Slide 22 - Question ouverte



De huurprijs wordt verhoogd van 
€ 574 naar € 586, hoeveel % is de verhoging? 

  1. wat weet je
  2. wat moet je weten
  3. waar komen de 1 en de ///
  4. uitrekenen
% gevraagd
%

Slide 23 - Diapositive


De huurprijs is na de verhoging (100:574x586) 102,1%
De verhoging is dus 2,1%


De huurprijs wordt verhoogd van 
€ 574 naar € 586, hoeveel % is de verhoging? 

  1. wat weet je
  2. wat moet je weten
  3. waar komen de 1 en de ///
  4. uitrekenen
% gevraagd
%
574
586
100
102,1
1
////
1
1
2
4
3
3

Slide 24 - Diapositive

De prijs van een fiets wordt verhoogd van 520 naar 600 euro. Hoeveel procent is de prijsverhoging?

Slide 25 - Question ouverte