TALENT 6 : Thema 3 : Les 3 : Berichten uit het verleden, de Tweede Wereldoorlog (woordenschat)

TALENT 6 : Thema 3 : Les 3 : Berichten uit het verleden, de Tweede Wereldoorlog (woordenschat)
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsLager onderwijs

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

TALENT 6 : Thema 3 : Les 3 : Berichten uit het verleden, de Tweede Wereldoorlog (woordenschat)

Slide 1 - Diapositive

Wie staat er hier op de foto ?

Slide 2 - Question ouverte

Wat is de tegenstelling van 'nabijheid'?
A
dichtbij
B
overheid
C
dichterbij
D
ver weg

Slide 3 - Quiz

Wat betekent het woord 'vijand'?
A
Iemand die met je samenwoont
B
Een tegenstander in een conflict
C
Een goede vriend
D
Iemand die je helpt

Slide 4 - Quiz

In welke situatie komt aarzeling voor?
A
Tijdens een film
B
Bij het koken
C
Bij het nemen van belangrijke beslissingen
D
Tijdens een sportwedstrijd

Slide 5 - Quiz

Welke emotie kan aarzeling beïnvloeden?
A
Angst voor de gevolgen
B
Vreugde van samenwerking
C
Blijdschap om succes
D
Zekerheid van kennis

Slide 6 - Quiz

Wat betekent 'in handen krijgen'?
A
Iets inbeelden
B
Zichzelf in gevaar brengen
C
Iets verkrijgen of ontvangen
D
Iets verliezen of vergeten

Slide 7 - Quiz

4. De                               aan het rampgebied was niet makkelijk.  
3. De                        maakt een testvlucht met het nieuwste vliegtuig.  
2. Ik kan me niet                        welk gevoel dit geeft. 
1. Hij bood stevige                     .  
bevoorrading
inbeelden
luchtmacht
weerstand

Slide 8 - Question de remorquage

Geef een synoniem voor het woord 'transport'.
A
vervoer
B
ontspanning
C
verandering
D
geallieerde

Slide 9 - Quiz

Wat is een synoniem voor 'passeren'?
A
blijven
B
terugkomen
C
voorbijgaan
D
oversteken

Slide 10 - Quiz

Wie zijn 'de militaire overheid' ?

Slide 11 - Question ouverte

In welke zin wordt het woord 'mijn' FOUT gebruikt ?
A
De appel zit in mijn boekentas
B
De mijn is ontploft
C
Hij haalt steenkool uit de mijn
D
De mijn komt naar school

Slide 12 - Quiz

Welke term betekent hetzelfde als 'oever'?
A
berg
B
weg
C
wal
D
pad

Slide 13 - Quiz

Wat is een 'krijgsgevangene'?
A
Een burger die vlucht voor geweld
B
Een soldaat die overlijdt in de strijd
C
Iemand gevangen genomen tijdens een oorlog
D
Een diplomaat op een missie

Slide 14 - Quiz