Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
H6 Bewegen WELKOM
Slide 1 - Diapositive
Van 6.1 bewegingen vastleggen het huiswerk nakijken
Uitleggen van 6.2 gemiddelde snelheid
Opdrachten 6.2 gemiddelde snelheid maken
Afsluiting
Slide 2 - Diapositive
deze doen we nu niet
opdracht huiswerk nakijken
Ieder een antwoordenblad met gehusselde antwoorden.
Jullie moeten de vragen (cijfers en letters a,b,enz.) op de goede volgorder zetten en gelijk je eigen huiswerk verbeteren.
Eerste 5 minuten in stilte daarna mag zachtjes overlegd worden.
timer
5:00
Slide 3 - Diapositive
Leerdoelen
Aan het einde van deze les:
Kan je uitleggen wat de gemiddelde snelheid is.
Kan je de formule van gemiddelde snelheid toepassen.
Kan je de formule van gemiddelde snelheid omzetten
Kan je eenheden van snelheid in elkaar omrekenen
Ben je in staat om oplossingen bij vraagstukken te verkrijgen
Kun je gegevens uit een diagram halen en daarmee rekenen
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Vidéo
6.2 snelheid
Gemiddelde snelheid:
Je hebt niet altijd een constante snelheid. Als je start is de snelheid nog 0 m/s. Als je onderweg stil moet staan is de snelheid weer 0 m/s. Als je een heuveltje opgaat is de snelheid klein. Als je er weer afgaat dan is de snelheid hoger. Gemiddelde snelheid = totale afstand / totale tijd
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Wat is de formule om gemiddelde snelheid te berekenen
A
snelheid = afstand / tijd
B
snelheid = tijd / afstand
C
tijd = snelheid x afstand
D
Geen goed antwoord
Slide 8 - Quiz
De gemiddelde snelheid bereken je met :
A
v = s x t
B
niet te berekenen
C
s= 1/2 v x t ^2
D
v = s / t
Slide 9 - Quiz
Omzetten van de snelheidsformule
Zodat je afstand kan berekenen in meters
Zodat je de tijd kan berekenen in seconden
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Ik loop met een snelheid van 5 m/s. Ik loop voor 10 seconden. Welke afstand leg ik af?
A
5 meter
B
20 meter
C
50 meter
D
80 meter
Slide 12 - Quiz
Een auto rijdt 1000 m met een snelheid van 31 m/s. Hoelang doet deze auto daarover?
A
30 seconden
B
31 seconden
C
32 seconden
D
33 seconden
Slide 13 - Quiz
Snelheid berekenen
s = Afstand in kilometers
v = Snelheid in km/u
t = tijd in uur
Slide 14 - Diapositive
Omrekenen km/h en m/s
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
75 km/uur is
A
20.8 m/sec
B
270 m/sec
C
19.8 m/sec
D
250 m/sec
Slide 18 - Quiz
25 m/sec is
A
85 km/u
B
90 km/u
C
6.9 km/u
D
7.2 km/u
Slide 19 - Quiz
Jan fietst 2,1 km in 5 minuten. Wat is zijn snelheid?
A
25,1 km/u
B
25,2 km/u
C
25,3 km/u
D
25,4 km/u
Slide 20 - Quiz
eindvraag
Wat is de gemiddelde
snelheid?
A. 6.0 m/s C. 5.0 m/s
B. 6.7 m/s D. 5.7 m/s
Slide 21 - Diapositive
Opdracht HAVO helaas geen tijd voor
Jullie gaan nu de volgende opdracht maken.
De opgaven 11 t/m 23 gaan jullie ordenen.
Kan ik alleen ik kolom 1
Kan ik met hulp van mijn buurvrouw/ buurman maken in kolom 2
Kan ik niet maken in kolom 3
Slide 22 - Diapositive
Opdracht VMBO helaas geen tijd voor.
Jullie maken het boekje dat uitgereikt wordt aan jullie. Dit boekje is ook door de andere twee VMBO klassen gemaakt. Als je deze gemaakt heb maak je de opdrachten 11, 12, 13, 14 en 15 van paragraaf 6.2
Slide 23 - Diapositive
timer
5:00
Slide 24 - Diapositive
Hoe vonden jullie de eerste werkvorm? Het nakijken
A. Leuk B. Graag nog een keer
C. Niets D. Nooit weer
Slide 25 - Diapositive
Hoe vonden jullie de tweede werkvorm? Het zelf maken