Een gezonde school: Overleggen voor de kantine

Een gezonde school: Overleggen voor de kantine

Leerdoel

Aan het einde van deze les kun je uitleggen wat een overleg is en hoe je samen een voorstel kunt doen voor een gezonde schoolkantine volgens de structuur van een overleg.

Vertel de leerlingen wat ze aan het einde van de les zullen kunnen.

Wat weet je al over het voeren van een overleg?

Wat is een overleg?

Een overleg is een gesprek tussen twee of meer personen om een probleem op te lossen of een beslissing te maken.

Leg uit wat een overleg is en waarom het belangrijk is om dit te kunnen.

Structuur van een overleg

1. Opening
2. Vaststellen agenda
3. Bespreken agendapunten
4. Conclusies en afspraken
5. Sluiting

Laat de leerlingen zien hoe een overleg is opgebouwd.

Stap 1: Opening

Begroet elkaar en stel eventueel nieuwe deelnemers voor.

Laat de leerlingen zien hoe ze het overleg moeten openen.

Stap 2: Vaststellen agenda

Maak een lijst van de onderwerpen die besproken moeten worden.

Laat de leerlingen zien hoe ze de agenda moeten vaststellen.

Stap 3: Bespreken agendapunten

Behandel de agendapunten een voor een. Begin bij het belangrijkste punt.

Laat de leerlingen zien hoe ze de agendapunten moeten bespreken.

Stap 4: Conclusies en afspraken

Vat samen wat er besproken is en maak afspraken over wat er gedaan moet worden.

Laat de leerlingen zien hoe ze conclusies en afspraken moeten maken.

Stap 5: Sluiting

Bedank elkaar voor deelname en sluit het overleg af.

Laat de leerlingen zien hoe ze het overleg moeten afsluiten.

Een voorstel doen voor een gezonde schoolkantine

Werk in groepjes van 3-4 personen. Bedenk samen een voorstel voor een gezonde schoolkantine en gebruik de structuur van een overleg om tot een besluit te komen.

Geef de leerlingen de opdracht om in groepjes te werken en laat ze samen een voorstel bedenken voor een gezonde schoolkantine.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.