persoonswoorden en ie of ei Taal Compleet A1 1.6/1.7

woord 1
1 / 11
suivant
Slide 1: Question ouverte
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

woord 1

Slide 1 - Question ouverte

woord 2

Slide 2 - Question ouverte

woord 3

Slide 3 - Question ouverte

woord 4

Slide 4 - Question ouverte

woord 5

Slide 5 - Question ouverte

De man komt uit China. ......woont in Nederland.
A
Hij
B
Ik
C
Wij

Slide 6 - Quiz

Mijn dochter heet Monica. .....is 20 jaar.
A
Jullie
B
Zij
C
U

Slide 7 - Quiz

U heeft een vrouw. .....bent getrouwd.
A
U
B
Jij
C
Ik

Slide 8 - Quiz

Wij zijn Fleur en Koos. .....hebben twee kinderen.
A
Ik
B
Wij
C
Hij

Slide 9 - Quiz

Rob en Marga zijn getrouwd. .....wonen in Utrecht.
A
Wij
B
U
C
Zij

Slide 10 - Quiz

Ik ben Yousef. .....kom uit Marokko.
A
Ik
B
Jij
C
Wij

Slide 11 - Quiz