Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
verband in een tekst en volgorde studieles
Zinsvolgorde en voegwoorden
doel: je oefent met langere zinnen
je weet de betekenis van enkele signaalwoorden
je weet wanneer je wel of geen inversie moet toepassen
1 / 22
suivant
Slide 1:
Diapositive
NT2
MBO
Studiejaar 1
Cette leçon contient
22 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositives de texte
et
1 vidéo
.
La durée de la leçon est:
45 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Zinsvolgorde en voegwoorden
doel: je oefent met langere zinnen
je weet de betekenis van enkele signaalwoorden
je weet wanneer je wel of geen inversie moet toepassen
Slide 1 - Diapositive
Gewone volgorde in een hoofdzin:
Onderwerp
persoonsvorm
iets anders (
O
P
A)
Jan
loopt
naar school
Ik
werk
elke dag
Slide 2 - Diapositive
Weten jullie het nog?
Gewone zin
inversie
samengestelde zin:
twee hoofdzinnen of een hoofdzin en een bijzin
Slide 3 - Diapositive
Zin met inversie (
a
p
o
)
Als de zin met iets anders dan het onderwerp begint, bijvoorbeeld de tijd of de plaats:
Anders
persoonsvorm
onderwerp
Morgen
ga
ik
voetballen.
Om vijf uur
kom
ik
.
Slide 4 - Diapositive
Samengestelde zinnen
Ik
kom
niet naar school,
want
ik
ben
ziek.
Ik
kom
niet naar school,
omdat
ik
ziek
ben.
Hoewel
ik
ziek
ben
,
kom
ik
toch
naar school
Slide 5 - Diapositive
Welk tekstverband geeft het signaalwoord aan?
Sleep de signaalwoorden naar het goed tekstverband.
opsomming
tegenstelling
tijdsvolgorde
echter
maar
ook
nadat
daarnaast
terwijl
Slide 6 - Question de remorquage
Welke signaalwoord hoort in welke zin?
Sleep de signaalwoorden naar de goede plaats.
________ zij op tijd vertrokken, kwamen zij toch te laat.
________ hun oom lukte het niet om op tijd te komen.
________ zij eerder waren geweest, was er nog taart.
Hoewel
Ook
Doordat
Bovendien
Indien
Slide 7 - Question de remorquage
Slide 8 - Vidéo
Welke zin is goed?
A
Als het regent, neem ik een paraplu mee.
B
Als het regent, ik neem een paraplu mee.
Slide 9 - Quiz
Welke zin is goed?
A
Ik hoop dat hij haalt zijn examen.
B
Ik hoop dat hij zijn examen haalt.
Slide 10 - Quiz
Welke zin is goed?
A
Als het donker is, ik wil niet autorijden.
B
Als het donker is, wil ik niet autorijden.
Slide 11 - Quiz
Welke zin is NIET goed?
A
Ik had een onvoldoende, hoewel ik heel hard had geleerd.
B
Hoewel ik heel hard had geleerd, ik had een onvoldoende.
C
Hoewel ik heel hard had geleerd, had ik een onvoldoende.
D
Ik had een onvoldoende, maar ik had heel hard geleerd.
Slide 12 - Quiz
Maak een goede zin met alle woorden:
als jarig Hans is hij een feest geeft
Slide 13 - Question ouverte
Goede zinnen:
Als Hans jarig is,
geeft
hij
een feest.
Hans
geeft
een feest, als
hij
jarig
is.
Wat ook nog kan:
Als hij een feest geeft
, is
Hans
jarig.
Als Hans een feest geeft
,
is
hij
jarig.
Slide 14 - Diapositive
Maak een goede zin met al deze woorden:
ik doe aan koud wanneer het is een warme jas
Slide 15 - Question ouverte
Goede zinnen
Ik
doe
een warme jas
aan
,
wanneer
het
koud
is.
Wanneer
het
koud
is
,
doe
ik
een warme jas aan.
Wat ook nog kan:
Ik doe,
wanneer het koud is
, een warme jas aan
Slide 16 - Diapositive
Welke zin is NIET goed
A
Omdat het al laat is, ik ga snel naar huis.
B
Omdat het al laat is, ga ik snel naar huis.
C
Ik ga snel naar huis, omdat het al laat is.
D
Ik ga snel naar huis, want het is al laat.
Slide 17 - Quiz
Sleep de signaalwoorden naar de bijpassende signaalwoorden.
opsomming
voorbeeld
tegenstelling
conclusie
onder andere
bovendien
kortom
daarom
zo
dus
toch
ten eerste
echter
Slide 18 - Question de remorquage
Schrijf een kort berichtje aan de docent. Vertel wat je gisteren hebt gedaan. Let op de woordvolgorde van je zinnen!
Slide 19 - Question ouverte
Hoe gaat het nu bij jou met de woordvolgorde in de zinnen?
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 20 - Sondage
moeilijke bonusvraag!
Slide 21 - Diapositive
Geeft
voorbeeld
Geeft een voorwaarde
Geeft een opsomming
Duidt op een samenvatting
Signaalwoorden van oorzaak&gevolg
Geeft een tegenstelling
Signaalwoorden van tijd
Signaalwoorden van plaats
waarin
vervolgens
echter
omdat
kortom
ten tweede
mits
bijvoorbeeld
als
zoals
al met al
vervolgens
hierdoor
want
maar
daarentegen
ook
Slide 22 - Question de remorquage
Plus de leçons comme celle-ci
Woordvolgorde oefenen
Décembre 2022
- Leçon avec
21 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Woordvolgorde oefenen
Juillet 2024
- Leçon avec
22 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
M2b/M3a Woordvolgorde oefenen
Mars 2024
- Leçon avec
23 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Woordvolgorde oefenen
Octobre 2022
- Leçon avec
25 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Woordvolgorde oefenen
Avril 2021
- Leçon avec
25 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Woordvolgorde oefenen
Septembre 2021
- Leçon avec
28 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Inversie
Novembre 2024
- Leçon avec
14 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Inversie
Octobre 2023
- Leçon avec
14 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1