Cette leçon contient 50 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.
Éléments de cette leçon
Les: Wanneer
Slide 1 - Diapositive
Wanneer
Wanneer is 1 van de 5 W's.
Slide 2 - Diapositive
Hoe zit het met de 5W's?
Slide 3 - Diapositive
Tot nu toe gedaan:
Wie
Waar
Wat
Slide 4 - Diapositive
Maar het zijn er 5:
Wie
Waar
Wat Wanneer Waarom
Slide 5 - Diapositive
opdracht
Rol
Probleem
Locatie
Tijd
Motief/reden
Waar
Wie
Wat
Waarom
Wanneer
Slide 6 - Question de remorquage
Dus:
Wie: Wie zijn de personages? Hoe kennen ze elkaar? Waar: Waar speelt de scene zich af? Wat is de locatie? Wat: Wat is er aan de hand? Wat is het probleem?
Wanneer: Wanneer speelt de scene zich af? In welke tijd?
Waarom: Waarom is het probleem zo erg? Wat zijn de redenen of motieven?
Slide 7 - Diapositive
Wanneer
Wanneer is de tijd waarin een scene zich afspeelt.
Slide 8 - Diapositive
Wanneer spelen deze scenes zich af?
Je ziet zo steeds een afbeelding, daarna beantwoord je de vraag over wanneer die scene zich afspeelt.
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Wanneer speelt deze scene zich af? In de....
Slide 11 - Question ouverte
Slide 12 - Diapositive
Wanneer speelt deze scene zich af? In de....
Slide 13 - Question ouverte
Slide 14 - Diapositive
Wanneer speelt deze scene zich af? In de....
Slide 15 - Question ouverte
Slide 16 - Diapositive
Wanneer speelt deze scene zich af? In de....
Slide 17 - Question ouverte
Wanneer
De wanneer kan dus betekenen op welke moment van de dag de scene zich afspeelt.
Maar het kan ook iets anders betekenen. Kijk zo naar de twee foto's en bedenk wat het verschil is in de 'wanneer' van de twee foto's.
Slide 18 - Diapositive
Slide 19 - Diapositive
Wat is het verschil in 'wanneer'? Niet het moment van de dag maar....
Slide 20 - Question ouverte
Wanneer spelen deze scenes zich af?
Je ziet zo steeds een afbeelding, daarna beantwoord je de vraag over wanneer die scene zich afspeelt.
Dit kan een seizoen zijn OF een moment op de dag.
Slide 21 - Diapositive
Slide 22 - Diapositive
Wanneer speelt deze scene zich af? In de....
Slide 23 - Question ouverte
Slide 24 - Diapositive
Wanneer speelt deze scene zich af? In de....
Slide 25 - Question ouverte
Slide 26 - Diapositive
Wanneer speelt deze scene zich af? In de....
Slide 27 - Question ouverte
Slide 28 - Diapositive
Wanneer speelt deze scene zich af? In de....
Slide 29 - Question ouverte
Wanneer
Het 'wanneer' kan dus zowel zijn:
- wanneer op de dag (zoals ochtend of avond)
- wanneer in het jaar (zoals lente of winter)
Slide 30 - Diapositive
Wanneer
Het 'wanneer' kan dus zowel zijn:
- wanneer op de dag (zoals ochtend of avond)
- wanneer in het jaar (zoals lente of winter)
Maar het wanneer kan nog meer zijn! Kijk maar eens naar de volgende foto. Wanneer speelt die scene zich af denk je?
Slide 31 - Diapositive
Slide 32 - Diapositive
Wanneer speelt deze scene zich af? In de....
Slide 33 - Question ouverte
Wanneer
Het 'wanneer' is niet alleen het moment op de dag of het seizoen. Maar het kan ook bepaalde tijdsperiode zijn, zoals in de toekomst of in de prehistorie.
Slide 34 - Diapositive
Wanneer
We gaan zo naar een trailer van een film kijken.
Daarna beantwoord je de vraag
'wanneer speelt de film zich af?'
Let op: de wanneer is bijna nooit een jaartal, maar meer een periode
Slide 35 - Diapositive
Slide 36 - Vidéo
Wanneer speelt deze film zich af? In de....
Slide 37 - Question ouverte
Dit doen we nog een keer
Slide 38 - Diapositive
Slide 39 - Vidéo
Wanneer speelt deze film zich af? Tijdens de....
Slide 40 - Question ouverte
Weer een vraag over een tijdperk
nu niet met een trailer, maar met een korte scene
Slide 41 - Diapositive
Slide 42 - Diapositive
Wanneer speelt deze scene zich af? Tijdens de....
Slide 43 - Question ouverte
Wanneer
Het 'wanneer' kan zowel zijn:
- wanneer op de dag (zoals ochtend of avond)
- wanneer in het jaar (zoals lente of winter)
- in welk tijdperk (zoals de middeleeuwen of de Tweede Wereldoorlog)
Slide 44 - Diapositive
Wanneer
Het kan zelfs zijn dat je in 1 scene zowel weet op welk moment van de dag, wanneer in het jaar en in welk tijdperk de scene zich afspeelde.
Kijk goed naar de volgende video en kijk daarna of je alle drie deze 'wanneers' kan raden.
Slide 45 - Diapositive
Slide 46 - Vidéo
In welk tijdperk speelde deze scene zich af? In de....
Slide 47 - Question ouverte
In welk seizoen speelde deze scene zich af? In de...
Slide 48 - Question ouverte
Op welk moment van de dag speelde de scene zich af? In de....