Fictiegesprek oefenen (mondeling 4-vmbo)

FICTIEGESPREK OEFENEN
 (mondeling 4-vmbo)
  • Dit zijn de vragen die je gesteld worden bij het fictiegesprek tijdens het mondeling. 
  • We gaan ze nu oefenen met het boek dat we samen hebben gelezen.
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 4

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

FICTIEGESPREK OEFENEN
 (mondeling 4-vmbo)
  • Dit zijn de vragen die je gesteld worden bij het fictiegesprek tijdens het mondeling. 
  • We gaan ze nu oefenen met het boek dat we samen hebben gelezen.

Slide 1 - Diapositive

Verklaar de titel van het boek.

Slide 2 - Question ouverte

Geef in één zin een samenvatting van het verhaal.

Slide 3 - Question ouverte

Waarom zou je het boek wel of niet aanraden? Geef minimaal 1 argument.

Slide 4 - Question ouverte

Is het een fictie of non-fictie? Leg uit waarom dat zo is.

Slide 5 - Question ouverte

Welke gebeurtenis vind jij het belangrijkste? Leg uit waarom.

Slide 6 - Question ouverte

Wat is jouw mening over het boek? Geef minimaal 2 argumenten.

Slide 7 - Question ouverte

Noem eens 2 thema's die in het boek voorkomen.

Slide 8 - Question ouverte

Wie is de hoofdpersoon en noem 2 karaktereigenschappen die bij de persoon horen.

Slide 9 - Question ouverte

Waarom heb je dit boek gekozen? Geef 2 argumenten.

Slide 10 - Question ouverte

Noem een realistische gebeurtenis die in het boek voorkomt.

Slide 11 - Question ouverte

Noem een onrealistische gebeurtenis die in het boek voorkomt.

Slide 12 - Question ouverte

In welke tijd speelt het verhaal zich af?

Slide 13 - Question ouverte

In welke ruimte speelt het verhaal zich af? En welke invloed heeft de ruimte op de sfeer in het verhaal?

Slide 14 - Question ouverte

Hoe loopt het verhaal af? Is het een open of een gesloten eind?

Slide 15 - Question ouverte

Tot welk genre hoort het boek? Leg eens uit waarom je dat vindt?

Slide 16 - Question ouverte

Wat is een flashback? Hoe komt dit voor in het boek?

Slide 17 - Question ouverte

Wat is een cliffhanger? Wordt er in het boek gebruik gemaakt van een cliffhanger?

Slide 18 - Question ouverte

Vind je de hoofdpersoon sympathiek of onsympathiek? Leg uit waarom.

Slide 19 - Question ouverte

Je moet het verhaal anders laten aflopen. Voor welke afloop kies je? Leg eens uit.

Slide 20 - Question ouverte