LOB en inzet van beweging hierin

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 4

Programma

• Wat doet bewegen op het brein?
• Ervaring delen
• LOB en inzet beweging
• Zelf aan de slag
• Evaluatie 

bewegen op het brein

Inhibitie

• De frontale cortex heeft grote invloed op de rest van de hersenen. 
•  Zorgt voor remming/inhibitie;

Inhibitie geeft de mogelijkheid om een geheugen te creëren.

Inhibitie word gestimuleerd door bewegen/activiteit.

Inhibitie

Parientaalkwab heeft invloed op:

-  onze executieve functies (bijv planning, focus op iets houden)

- gevoel

Door inhibitie vanuit de frontale kwab stimuleer je de parientaalkwab

Invloed van bewegen op het brein

• Cognitief minder belast ->creativiteit neemt toe
• Verlaagd stress gevoel
• Lopen zorgt voor inhibitie vanuit de frontale cortex op andere delen van de hersenen waar je negatieve gevoel zit.
• Beter plannen, werk uitvoeren of ideeën opdoen
• Stimuleert de motivatie
• Versterkt immuunsysteem

Meta analyse

Onderzoek: invloed van bewegen op cognitie jongeren en jongvolwassenen

•  meta-analyse die in 2020 is uitgevoerd op de Rijksuniversiteit Groningen. 

71 studies geselecteerd en onderverdeeld in:

• Studies naar de effecten van acute fysieke activiteit op cognitie.

• Studies naar de effecten van langdurige fysieke activiteit op cognitie.

Deze effecten zijn onderzocht op vier domeinen:

• Aandacht

• Informatieverwerkingssnelheid

• Executieve functies

• Schoolprestaties

In de leeftijd van 12 tot 30 jaar.

Eenmalig bewegen

• verbeterd de informatieverwerkingssnelheid in het brein, aandacht en inhibitie.

Langdurig bewegen

• Gebruikte interventies gelijk aan eenmalig bewegen. 
• Aangevuld in yoga-interventies,cognitief uitdagende beweeginterventies.
  
•   Positief effect op de informatieverwerkingssnelheid, aandacht, inhibitie, cognitieve flexibiliteit, werkgeheugen en taalvaardigheden.
  

Conclusie

• Zowel eenmalige als langdurige fysieke activiteit verbetert de cognitieve functies van jongeren en jongvolwassenen.  
• Kortere beweegsessies geven grotere verbetering dan een langere sessie.

21B2F

• Motivatie nam toe na inzet beweging.
•  opdrachten minder ongemakkelijk omdat je loopt.
• mooie gesprekken en resultaten
• Buitengroep scoorde hoger in interesse en plezier,

Het moment waarop je besloten hebt om leraar/instructeur te willen worden

- Wat was op dat moment jouw situatie?

o Hoe oud was je?

o Waar was je?

o Met wie was je?

o Hoe voelde je je?

- Wat had je nodig?/Welke stappen moest je zetten?

- Wie had je nodig om deze stap te kunnen zetten?

- Wat voor invloed had dit op je leven?

- Hoe ben je dit proces doorgekomen?

- Waar ben je het meest trots op na het doorlopen van dit proces?

Na de wandeling

Na het LOB-gesprek is het de bedoeling dat de studenten een stukje schrijven voor het ervaringsdocument. Na het wandelen en het LOB-gesprek met je collega ga je voor jezelf een kort stukje schrijven waarbij je focust op de LOB competenties:

o Kwaliteitenreflectie

o Motievenreflectie

o Werkexploratie

o Loopbaansturing

o Netwerken

Hoe heb je deze manier ervaren?

Conclusie

• Beweging inzetten tijdens lesuren heeft een bewezen positief effect.
• Kortdurend 
• LOB