Leren-leren flashcards

• Studievaardigheden
• Middelbare school
• vmbo
• Leerjaar 1,2

Flashcards

1. Voorkennis

Memories:

Speel in tweetallen memories.

• De docent klikt op de knop "Toon bij leerling".
• Maak tweetallen
• Leerling A klikt op een kaart en daarna op nog een kaart.
• Wanneer leerling A een goede combinatie vindt mag hij/zij nog een keer.
  
• Wanneer leerling A geen goede combinatie vindt mag leerling B.
• De leerling die de meeste kaarten combineert wint!

Klik bij deze werkvorm onderaan op de knop: Toon bij leerling. Het scherm op het bord wordt nu ook op het scherm van de leerling getoond.

Leerdoelen

Na deze les:

• Kan ik uitleggen wat flashcards zijn.
• Kan ik zelf flashcards maken.

Inhoudsopgave:

1: Voorkennis

2: Theorie

3: Aan de slag
4: Afsluiting

In de opening maak je kennis met het onderwerp van de les.

In de theorie krijg je uitleg over het onderwerp en een kleine opdracht.

Je gaat nu zelf aan de slag.

In de afsluiting kijk je terug op de les en geven we je nog een paar handige tips.

Flashcards 

• Theorie
• Opdracht 
  

Je gaat nu aan de slag met flashcards:

2. Theorie

Flashcards is een handige leerstrategie om hoofd- en bijzaken te scheiden.

Vind je in 

je agenda (lj1)

Het maken van flashcards is een goede manier om informatie te leren onthouden:

• hoofd- en bijzaken worden gescheiden;
• je leert meteen van het overschrijven van begrippen. 
• je leert van jezelf en anderen afvragen.
• kaartjes die je al kent, kun je wegleggen, kaartjes die je nog moet oefenen, leg je bijeen. 

Theorie

to fly

vliegen

voorkant

achterkant

• 1. Schrijven
  Schrijf het begrip of de vraag op de voorkant van de flashcard en de vertaling of het antwoord op de achterkant. 
  
  
• 2. Leren
  Vraag jezelf of een ander af. Ook van een ander afvragen leer je! Laat je afvragen door iemand anders. Dat helpt ook bij het leren van moeilijke begrippen of vragen. 
  
  
• 3. Herhalen
  Maak vervolgens drie bakjes: bakje 1 leer je elke dag, bakje 2 leer je om de dag en bakje 3 leer je 1x in de drie dagen. De begrippen die je kent, leg je in bakje 3, de begrippen die je redelijk kent, leg je in bakje 2, de begrippen die je nog niet zo goed kent, leg je in bakje 1.  

Theorie 2: Flashcards 

Voorkant

Achterkant

Opdracht: Flashcards handig?

Voor deze vakken zijn 

flashcards heel handig

Voor deze vakken zijn 

flashcards handig

Voor deze vakken zijn 

flashcards niet zo handig

Wiskunde

Engels

Duits

Nederlands

Mens en maatschappij

Mens en Natuur

Gym

Maak flashcards

Kies een vak uit waar je binnenkort een toets voor hebt. 

Moet je voor de toets begrippen of woordjes kennen? Dan kunnen flashcards helpen.

Benodigdheden:

• Flashcards (krijg je van je mentor)
• Pen

Maak minimaal 6 flashcards.

Overhoor jezelf daarna.

3. Aan de slag

4. Afsluiting

Dit kan ik:

• Ik kan uitleggen wat flashcards zijn.
  
• Ik kan zelf flashcards maken.

Herhaal flashcards die je nog niet kent elke dag

Schrijf flashcards zelf

Handige tips