16.2 Spieren (deel 2)

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

Vandaag

• Stukje herhaling over bouw van spieren
• Verder met werking van spieren
• Zelf de lesstof verwerken door de opdrachten af te maken (5 t/m 12)

Dwarsgestreept spierweefsel is

1. Autonoom
2. Niet autonoom

De spieren in je dunne darm bestaan uit

1. Glad spierweefsel
2. Dwarsgestreept spierweefsel
3. Hartspierweefsel

Spieren in je dunne darm zijn

1. Autonoom
2. Niet autonoom

De spieren in je halsslagader bestaan uit

1. Glad spierweefsel
2. Dwarsgestreept spierweefsel
3. Hartspierweefsel

Deze spieren raken snel vermoeid

1. Glad spierweefsel
2. Dwarsgestreept spierweefsel
3. Hartspierweefsel

Wat is een spiervezel?

1. Een soort spierbundel
2. Een pees
3. Een spiercel
4. Spiereiwit

Ter informatie, niet om te leren.

Wat zijn de antagonisten van de buitenste tussenribspieren?

skeletspieren

Skeletspieren bevatten 2 typen vezels: 

1. Snelle spiervezels
2. Langzame spiervezels

Verschil zit hem in hoe snel myosinekoppen ATP splitsen. 

Sommige mensen hebben meer snelle of meer langzame spiervezels

Trainen

-Snelle spiervezels: door trainen neemt het volume van snelle spiervezels toe (meer actine en myosine filamenten) waardoor er meer spierkracht is.

-Langzame spiervezels: door (duur)trainen neemt het aantal bloedvaten rondom de spiervezels toe waardoor aan- en afvoer van stoffen verbetert.

door trainen neemt de aanmaak van mitochondrien in spiervezels toe. In welk type spiervezel is dit belangrijk?

1. langzame spiervezels
2. snelle spiervezels

Nu

16.2 lezen

opdrachten afmaken (5 t/m 12)