Sporenonderzoek

1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
ScienceMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Komt de boodschap over?
Bij politieonderzoek is het van belang je te realiseren dat niet alles is zoals het lijkt. Mensen interpreteren dingen anders. Ook is het zo dat wanneer je bent afgeleid je andere dingen niet meer waarneemt. 
Getuigen zijn bij een misdrijf belangrijk, maar daarnaast moet er ook sporenonderzoek plaatsvinden.

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 3 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een forensisch laboratorium ?
A
Een laboratorium dat onderzoek doet in samenwerking met de politie.
B
Een laboratorium aan de rand van de stad
C
Een laboratorium waar alleen forenzen werken.
D
Een laboratorium waar geen dierproeven worden gedaan.

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom draagt een forensisch onderzoeker een mondkapje?

Slide 5 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

biometrie
lichaamsdelen

Slide 6 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

waarom DNA-onderzoek?
  • Ieder individu heeft een uniek DNA profiel   
  • DNA is in (bijna) elke cel in dezelfde vorm te vinden.  
  • Bronnen: bloed, speeksel, sperma, ontlasting, huid, haarzakjes, botten, tanden, .. 
  • In variabele delen van genoom:  markers voor identificatie,    bewijsmateriaal, verwantschap
  • Kleine hoeveelheden zijn met de Polymerase Chain Reaction (PCR) analyse toch te analyseren 

Slide 7 - Diapositive

mature red blood cells and cornified cells in the skin, hair, and nails contain no nucleus.
Welke bronnen kunnen worden gebruikt voor DNA-onderzoek?
A
Bloed, speeksel, sperma, ontlasting
B
Ontlasting, Haarzakjes en huid
C
Botten en tanden
D
Alle drie de antwoorden zijn goed

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar zoekt de politie bij een inbraak naar?
A
voetafdrukken
B
geluiden
C
kleding
D
vingerafdrukken

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom zijn vingerafdrukken belangrijk?
A
een vingerafdruk verandert steeds
B
elke vingerafdruk is uniek

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Eeneiige tweelingen hebben dezelfde vingerafdrukken
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht
Maak in je werkboek opdracht 4 van bladzijde 47

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions