Biologie H5 par. 7 Transcriptie HSX

Thema 5
Paragraaf 7
TRANSCRIPTIE
1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Thema 5
Paragraaf 7
TRANSCRIPTIE

Slide 1 - Diapositive

Lesdoel
Je leert wat de begrippen RNA, genexpressie en DNA-sequentie betekenen.
Je kunt uitleggen hoe transcriptie en eiwitsynthese plaatsvinden in de cel.
Je kunt uitleggen hoe genetische variatie toeneemt door spontane mutaties.

Slide 2 - Diapositive

Herhaling
Even wat herhalen van de vorige keer.

Slide 3 - Diapositive

Noem 2 manieren waarop nu genetische modificatie plaatsvindt.

Slide 4 - Diapositive

Leg CRSPR-CAS uit

Slide 5 - Diapositive

Noem 2 voordelen van genetische modificatie

Slide 6 - Diapositive

Noem 2 gevaren van genetische modificatie.

Slide 7 - Diapositive

Wat is jouw standpunt met betrekking tot genetische modificatie van voedsel?

Slide 8 - Diapositive

Einde herhaling
Paragraaf 7
TRANSCRIPTIE

Slide 9 - Diapositive

Van het begin af aan
We gaan even het hele proces van celdeling tot transcriptie achter elkaar bekijken.

Kijk maar even mee.

Slide 10 - Diapositive

Celdeling 
  •  Celdeling = de vorming van nieuwe cellen

Slide 11 - Diapositive

Celdeling Mitose

Slide 12 - Diapositive

Celdeling

Slide 13 - Diapositive

Slide 15 - Lien

Meiose
  • Zaadcellen en eicellen worden gemaakt door meiose
  • Van één lichaamscel worden twee geslachtscellen gemaakt
  • Willekeurig!

Slide 16 - Diapositive

Meiose
Meiose 

Slide 17 - Diapositive

Vorige sheet
Heel simpel gezegd:  Meiose heeft 2 fasen: I en II

I : De cel kopieert zich en brengt via crossing-over al variaties          aan in de genetische 'code' door van de en helft van de streng      en de ander helft te mixen
II : de daadwerkelijke halvering van het aantal chromosomen              vindt plaats. 

Slide 18 - Diapositive

DNA
  • Bevat informatie die bepaalt hoe je eruitziet en voor het functioneren van je organen en cellen. 
  • Voor elke eigenschap en elk proces zijn een of meer genen nodig.

Slide 19 - Diapositive

DNA-sequentie
  • Volgorde van de basenparen
  • DNA-sequentie bevat informatie over vormen van een *eiwit (bijv. melanine -> pigment in huid en ogen).  


*hierover straks meer.

Slide 20 - Diapositive

genexpressie
Genen bevatten informatie voor het maken van eiwitten en ze regelen processen.
  • Eiwitten bepalen kleur, werking, vorm van je lichaam
  • DNA-volgorde (sequentie) van een gen bevat het recept voor het maken van een eiwit

Slide 21 - Diapositive

Transcriptie
  • Bij genexpressie wordt de DNA sequentie afgelezen en gekopieerd. Het gekopieerde stukje DNA noemen we RNA         
  • De vorming van RNA noemen we Transcriptie

Slide 22 - Diapositive

Ribosomen
  • Het RNA brengt de informatie naar een ander deel in de cel; het Ribosoom.
  • Daar wordt de code vertaald en het eiwit geproduceerd. Het maken van eiwit noemen we eiwitsynthese.  

Slide 23 - Diapositive

Spontane mutatie
  • Bij elke celdeling worden chromosomen gekopieerd
  • Fouten in een kopie zorgen voor verandering basenvolgorde
  • Mutatie in geslachtscel of tijdens ontwikkeling embryo zorgt ervoor dat dit in alle lichaamscellen terecht komt
  • Genetische variatie 

Slide 24 - Diapositive

Dominant en recessief 
Homozygoot en heterozygoot

Slide 25 - Diapositive

Is een eicel ontstaan door mitose of meiose?
A
Mitose
B
Meiose

Slide 26 - Quiz

Mitose of meiose?
A
Mitose
B
Meiose
C
Mitose en meiose
D
Niet te zeggen

Slide 27 - Quiz

Een cel bevat 21 chormosomen.
Is deze cel ontstaan uit mitose of meiose of kun je dit niet met zekerheid zeggen?
A
mitose
B
meiose
C
Dit kun je niet met zekerheid zeggen.

Slide 28 - Quiz

Een cel bevat 46 chormosomen.
Is deze cel ontstaan uit mitose of meiose of kun je dit niet met zekerheid zeggen?
A
mitose
B
meiose
C
Dit kun je niet met zekerheid zeggen.

Slide 29 - Quiz

Wat is een goed woord voor DNA-sequentie ?
A
DNA-streng
B
genexpressie
C
genoom
D
basenvolgorde

Slide 30 - Quiz

Het stukje van een DNA molecuul heeft de volgende sequentie: TGCAAA
Wat is sequentie van de tegenoverliggende nucleotiden?
A
ACGTTT
B
TTTGCA
C
TGCAAA
D
AAACGT

Slide 31 - Quiz

Hoe kan genetische variatie gunstig zijn voor de overlevingskans van een populatie?

Kun je een voorbeeld noemen?

Slide 32 - Diapositive

Resumerend
De lesdoelen waren:
Je leert wat de begrippen RNA, genexpressie en DNA-sequentie betekenen.
Je kunt uitleggen hoe transcriptie en eiwitsynthese plaatsvinden in de cel.
Je kunt uitleggen hoe genetische variatie toeneemt door spontane mutaties.

Doelen bereikt?

Slide 33 - Diapositive

EINDE

Slide 34 - Diapositive