3H/V Proefles Biologie DNA

Welkom bij Biologie
Deze proefles:
- Wat kan je verwachten van Biologie in de bovenbouw havo/vwo?
- Voorbeeld miniles: Cel als eiwitfabriek
- Afsluiting/ Vragenronde
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

Welkom bij Biologie
Deze proefles:
- Wat kan je verwachten van Biologie in de bovenbouw havo/vwo?
- Voorbeeld miniles: Cel als eiwitfabriek
- Afsluiting/ Vragenronde

Slide 1 - Diapositive

Waarom wel, niet of twijfel
om voor Biologie te kiezen?

Slide 2 - Carte mentale

Bij Biologie werk je met: 

Slide 3 - Diapositive

Programma Biologie 4H/4V

Semester 1
Gedrag
Cel en leven
Onderzoek doen
Voortplanting

H: Voeding en vertering
V: Erfelijkheid

verschillende practica en groepsopdrachten



Semester 2

H: Zintuigen en zenuwen
V: Evolutie

Soorten en populaties
Ecologie







Slide 4 - Diapositive

Onderwerpen 5V/5H
- Bloedsomloop
- Voeding en vertering: 5V
- Uitscheiding
- Hormonen
- Zenuwstelsel
- Zintuigen: 5V
- Ecosystemen en kringlopen
- Afweer

Onderwerpen 6V

- DNA
- Eiwitten
- Spieren en verbranding
- Planten

Slide 5 - Diapositive

Biologie moeilijk?
- Veel leerwerk; kennis en begrippen
- Rekenwerk
- Onderzoeksvaardigheden
- Toetsen bevatten veel toepassing en inzicht vragen, alleen uit je hoofd leren is dus niet voldoende
- Veel overlap met scheikunde (biochemie) bij vwo
- Begrijpen en uitleggen van processen op het kleinste niveau (moleculair en cellulair) bij vwo; bij havo minder cel en molecuulniveau, meer orgaanniveau

Slide 6 - Diapositive

Cellen
- Meer dan celkern, cytoplasma en celmembraan!
- Maken eiwitten, stoffen betrokken zijn bij alle levensprocessen. 
- De bouwstenen voor eiwitten zijn aminozuren.

Waar in de cel ligt de bouwinstructie voor het maken van eiwitten?

Slide 7 - Diapositive

Opdracht
We bekijken een video over DNA en het maken van eiwitten in de cel. Kan jij na afloop vertellen:

WAT IS HET VERBAND TUSSEN DNA en AMINOZUREN?
AMINOZUREN EN EEN EIWIT?

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

Hoeveel DNA-basen vormen de code voor 1 aminozuur?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 10 - Quiz

Welk molecuul brengt de boodschap van het DNA naar de eiwitfabriek=ribosoom?
A
DNA
B
aminozuur
C
RNA
D
eiwit

Slide 11 - Quiz

Aminozuren zijn de bouwstenen voor ....

Slide 12 - Question ouverte

Vier verschillende stikstofbasen: Adenine (A), Thymine (T), Cytosine (C), Guanine (G); Combinaties A=T en C≡G (baseparing)

3 basen op een rij=code voor aminozuur
gen= rij basen voor 1 eiwit
DNA

Slide 13 - Diapositive

Welke basen zitten in de complementaire streng van ATGGT?

Slide 14 - Question ouverte

Eiwitproductie
1. Eiwitproductie begint in de celkern. Een stukje DNA bevat de bouwinstructie voor een eiwit
2. Dit stukje wordt gekopieerd in de vorm van een RNA molecuul (transcriptie)
3. Via de kern poriën reist het RNA molecuul vervolgens naar het cytoplasma
4. Een ribosoom “leest” het RNA- molecuul en koppelt dan aminozuren aan elkaar volgens de bouwinstructie (translatie)

Slide 15 - Diapositive

DNA naar boodschapper RNA
- RNA is enkelstrengs
- RNA heeft Uracil (U) ipv Thymine (T) als stikstofbase

Tegenover de A wordt een U ingebouwd en tegenover T een A

Bij C een G en bij G een C.

Slide 16 - Diapositive

Een gen heeft de volgende DNA-code:
TTG-TCC-AAG-AAT-CCG-TAA.
Wat is het RNA kopie van dit gen?

Slide 17 - Question ouverte

Translatie: RNA naar eiwit
Het RNA verlaat de kern (via een kernporie) naar het cytoplasma en bindt aan een ribosoom.

Het ribosoom leest het mRNA in steeds 3 basen tegelijk (triplet/ codon).

Slide 18 - Diapositive

Translatie: RNA naar eiwit

Slide 19 - Diapositive

Kraak de code!
Vertaal de RNA-code naar eiwit:

AAC-AGG-UUC-UUA-GGC-AUU 

Slide 20 - Diapositive

Antwoord
Asparagine - Arginine - Phenylalanine - 
Leucine - Glycine  - Isoleucine

Slide 21 - Diapositive

Genetisch modificatie

Slide 22 - Diapositive

Ben je voldoende geïnformeerd om een keuze te kunnen maken?
A
Ja, ik kies wel voor Bio
B
Ja, ik kies niet voor Bio
C
Nee, ik twijfel nog

Slide 23 - Quiz

Vragen?

Slide 24 - Diapositive