Les 27

1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Wat gaan we vandaag doen?
1. Straattaalwoord + loten

2. Herhalingsquiz voor lolly! Taalverzorging H6 (vaste voorzetsels)

3. NIEUW: taalverzorging H6 werkwoordsspelling (d + t)

Proefwerk: 16 april over taalverzorging H4/5/6

Slide 3 - Diapositive

Gianluca

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Lien

Wat gaan we vandaag doen?
1. Straattaalwoord + loten

2. Herhalingsquiz voor lolly! Taalverzorging H6 (vaste voorzetsels)

3. NIEUW: taalverzorging H6 werkwoordsspelling (d + t)

Proefwerk: 16 april over taalverzorging H4/5/6

Slide 6 - Diapositive

Taalverzorging hoofdstuk 6
p. 158 + p.159
''Vaste voorzetsels bij werkwoorden'' 
(grammatica woordsoorten, dit hoort niet bij ontleden)

----> Wat zijn voorzetsels ook al weer??????

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Taalverzorging hoofdstuk 6
----> Wat zijn voorzetsels ook al weer??????

SINDS het feest (is zij ineens heel populair.)
(De kat springt) VAN de kast (en komt) NAAST de kast (terecht.)

TIJDENS het feest (vielen de lampen uit.)
AAN de kast (hangt een spiegel.)


Slide 9 - Diapositive

Wat is GEEN voorzetsel?
A
gedurende
B
niet
C
op
D
onder

Slide 10 - Quiz

Wat is GEEN voorzetsel?
A
naar
B
na
C
natuurlijk
D
om

Slide 11 - Quiz

Taalverzorging hoofdstuk 6
''Vaste voorzetsels bij werkwoorden'' ----> Wat zijn VASTE voorzetsels ??????

Het werkwoord 'gaan' heeft GEEN vast voorzetsel.
Ik ga NAAR school.
Ik ga OP vakantie.

Het werkwoord 'behoren' heeft WEL vast voorzetsel.
Groningen behoort TOT de drie armste steden van Nederland (= echt waar!).

Slide 12 - Diapositive

Danisha verlangt ................... de vakantie.
A
naar
B
na
C
tot
D
om

Slide 13 - Quiz

Malik en Milko profiteerden ................... het mooie weer.
A
aan
B
van
C
tot
D
om

Slide 14 - Quiz

Rodas kijkt niet op ...................... het proefwerk Nederlands
A
naar
B
van
C
tot
D
tegen

Slide 15 - Quiz

Thaïma en Sophie hopen ................. een coronavrij 2022!
A
naar
B
van
C
op
D
tegen

Slide 16 - Quiz

Ten behoeve .............. (betekent: voor) de leerlingen is de school weer gedeeltelijk open.
A
aan
B
van
C
tot
D
om

Slide 17 - Quiz

van
tot
met
in verband .............
aan de hand .................
ten behoeve ............
met betrekking ..........
op grond .................
als gevolg ....................

Slide 18 - Question de remorquage

betekent 'door'
betekent 'met'
betekent 'voor'
betekent 'over'
betekent 'volgens'
betekent 'wegens'
in verband met
aan de hand van
ten behoeve van
met betrekking tot
op grond van
als gevolg van

Slide 19 - Question de remorquage

Winnaar paaslolly...

Slide 20 - Diapositive

Wat gaan we vandaag doen?
1. Straattaalwoord + loten

2. Herhalingsquiz voor lolly! Taalverzorging H6 (vaste voorzetsels)

3. NIEUW: taalverzorging H6 werkwoordsspelling (d + t)

Proefwerk: 16 april over taalverzorging H4/5/6

Slide 21 - Diapositive

Taalverzorging hoofdstuk 6
Werkwoordsspelling (-d of t) hangt af van wat het voor werkwoord is:

- persoonsvorm in tegenwoordige tijd.              HIJ VINDT JOU NIET MEER LEUK.
- persoonsvorm in verleden tijd                                    HIJ VERSCHEURDE JE FOTO.
- voltooid deelwoord                                       HIJ HEEFT JOUW FOTO VERSCHEURD.

- bijvoeglijk naamwoord afgeleid van werkwoord
                                                                     DE VERSCHEURDE FOTO LIGT OP DE GROND.



Slide 22 - Diapositive

Taalverzorging hoofdstuk 6
A. PERSOONSVORM (PV) OF VOLTOOID DEELWOORD (VD)?
B. TEGENWOORDIGE (TT) OF VERLEDEN TIJD (VT)?

1. Morgen GAAT Jessica op vakantie.
2. Stefan WILDE niet naar school.
3. Jamila WENDE maar niet aan Sams nieuw kapsel.
4. Sophie HEEFT een heel eind GEFIETST.



Slide 23 - Diapositive

TIJD VOOR HUISWERK
P. 160, 161
P. 162, 163


Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive