4.3 Voeding en leefstjil

Thema 4
Voeding en vertering
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 19 diapositives, avec diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Thema 4
Voeding en vertering

Slide 1 - Diapositive

B3: Voeding en leefstijl
Th5: Voeding en vertering

Slide 2 - Diapositive

Doelstelling
Je  kunt met behulp van de Schijf van Vijf (of andere informatiebronnen) adviezen voor een gezonde voeding geven
 
Je moet factoren kunnen noemen die van invloed zijn op de grondstofwisseling en op de verbranding in organismen

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

Slide 6 - Diapositive

Groenten en fruit
  • Vitamines
  • Mineralen
  • Voedingsvezels

Slide 7 - Diapositive

Brood en aardappelen
  • Eiwitten
  • Koolhydraten
  • Mineralen
  • Vitamines
  • Voedingsvezel

Slide 8 - Diapositive

Melk, vlees, vis
  • Eiwitten
  • Mineralen
  • Vitamines


Slide 9 - Diapositive

Vetten
  • Vetten
  • Vitamines

Slide 10 - Diapositive

Dranken
  • Water

Slide 11 - Diapositive

Adviezen voor een gezonde leefstijl
  • eet gevarieerd
  • eet  niet te veel en beweeg voldoende
  • eet weinig verzadigd vet
  • eet veel groente, fruit en volkorenbrood
  • ga veilig met je voedsel om (hygiëne)

Slide 12 - Diapositive

Grondstofwisseling
De stofwisseling van een lichaam in rust noem je de grondstofwisseling (dus als je slaapt)
Je verbruikt dan de minste energie.

Energie wordt aangegeven in kilocalorie (kcal) of kilojoule (kJ)

Slide 13 - Diapositive

Grondstofwisseling
De grondstofwisseling is afhankelijk van:
  • Geslacht
  • Leeftijd
  • Lengte
  • Lichaamsgewicht
  • Milieutemperatuur

Slide 14 - Diapositive

Energiebehoefte
De hoeveelheid energie die je nodig hebt, is afhankelijk van je energiebehoefte. Meer beweging = meer energiebehoefte (kcal). 

Slide 15 - Diapositive

Koudbloedig
Koudbloedig: lichaamstemperatuur is gelijk aan de omgevingstempeeratuur.
  • Is het koud dan heeft het dier geen activiteit -> lage grondstof, dier is niet actief
  • Wordt het warmer dan gaat de grondstofwisseling toenemen, dier wordt actiever

Slide 16 - Diapositive

Warmbloedig
Warmbloedig: constante lichaamstemperatuur
  • Is het koud, dan neemt de grondstofwisseling toe om de lichaamstemperatuur op peil te houden
  • Is het warm, dan neemt de grondstofwisseling af

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

Aan de slag...
4.3   Voeding en leefstijl
Opdracht 1 t/m 8

Slide 19 - Diapositive