Het weer
Wat weten jullie al over het weer?
1 / 54
La durée de la leçon est: 50 minÉléments de cette leçon
Wat weten jullie al over het weer?
Slide 1 - Carte mentale
Hebben de seizoenen iets te maken met het weer?
A
nee
B
misschien
C
ja
D
Euh... wat zijn seizoenen?
Slide 2 - Quiz
Wat weten jullie over de temperatuur?
Slide 3 - Carte mentale
Slide 4 - Vidéo
lichaamstemperatuur
temperatuur binnen of buiten
digitale lichaamstemperatuur
Slide 5 - Question de remorquage
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Welke soorten neerslag ken jij?
Slide 9 - Carte mentale
Slide 10 - Vidéo
Welke neerslag is dit?
A
hagel
B
sneeuw
C
regen
D
motregen
Slide 11 - Quiz
Welke neerslag is dit?
A
hagel
B
sneeuw
C
regen
D
motregen
Slide 12 - Quiz
Welke neerslag is dit?
A
hagel
B
sneeuw
C
stortregen
D
motregen
Slide 13 - Quiz
mist
hagel
stort-
regen
sneeuw
Slide 14 - Question de remorquage
Slide 15 - Diapositive
Hoe ontstaat regen eigenlijk?
Slide 16 - Question ouverte
Slide 17 - Vidéo
Slide 18 - Diapositive
Wanneer gaat het regenen?
A
Als waterdamp afkoelt.
B
Als waterdruppels te zwaar worden.
C
Als het water in de grond sijpelt.
D
Als de zon het water doet verdampen.
Slide 19 - Quiz
mist
hagel
stort-
regen
sneeuw
Slide 20 - Question de remorquage
Wat weet jij over de wind?
Slide 21 - Carte mentale
Slide 22 - Vidéo
Slide 23 - Diapositive
Wat betekent 'beaufort'?
A
de soort wind
B
de windrichting
C
een sterk fort
D
de windkracht
Slide 24 - Quiz
Slide 25 - Vidéo
orkaan
zwakke wind
krachtige wind
Slide 26 - Question de remorquage
Slide 27 - Diapositive
Slide 28 - Lien
Wat zijn de hoofdwindstreken?
A
oost, west, thuis, best
B
noord, oost, zuid, best
C
noord, oost, zuid, west
D
noord, oost, zuid, euh?
Slide 29 - Quiz
Slide 30 - Diapositive
Slide 31 - Vidéo
Slide 32 - Diapositive
Slide 33 - Vidéo
bewolkt
zonnig
motregen
Slide 34 - Question de remorquage
Neem een foto van je weerbericht!
timer
5:00
Slide 35 - Question ouverte
Slide 36 - Diapositive
Slide 37 - Diapositive
Wat zijn de vier seizoenen?
A
Hé? Welk beest?
B
zomer, lente, winter, kerst
C
zomer, lente, winter, herfst
D
zomer, lente, hinter en werfst
Slide 38 - Quiz
Slide 39 - Vidéo
Slide 40 - Vidéo
De dagen worden langer in...
A
de herfst
B
de winter
C
de lente
D
de zomer
Slide 41 - Quiz
De bladeren vallen af in...
A
de herfst
B
de winter
C
de lente
D
de zomer
Slide 42 - Quiz
De bomen zijn kaal in ...
A
de herfst
B
de winter
C
de lente
D
de zomer
Slide 43 - Quiz
Het is de langste dag van het jaar in ...
A
de herfst
B
de winter
C
de lente
D
de zomer
Slide 44 - Quiz
Slide 45 - Diapositive
Hoe ontstaan de seizoenen?
