Les 1 - Pathologie Nieren en Urinewegen

Kerntaak 1 theorie
Pathologie nieren en urinewegen

Week 3
Leerjaar 1
Periode 2
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
KT1 theorieMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Kerntaak 1 theorie
Pathologie nieren en urinewegen

Week 3
Leerjaar 1
Periode 2

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Programma
- Terugblik vorige les
- Vervolg pathologie van de nieren/urinewegen
- Huiswerk

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen
Aan het eind van de les kan je:
  • Benoemen welke verschillende ziektes rondom nieren/urinewegen er zijn
  • Kenmerken van de verschillende ziektes benoemen
  • Behandelmethodes van de ziektes benoemen



Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Terugblik vorige les 

  1.  In welk deel vd nier zitten nefronen?
  2. Welke 3 processen spelen zich in de nier af om tot urine te komen?
  3. Wat gebeurt er in de glomerulus?
  4. Wat gebeurt in de tubulus contortus?
  5. Hoeveel liter voorurine wordt er per dag gemaakt?
  6. De urethra is de.............?

Slide 4 - Diapositive

1. bovenste deel van de cortex
2. Filtratie, Terugresorptie, Excretie
3. filtert het bloed
4. De voorurine wordt via het kapsel van Bowman opgevangen in het afvoerende nierkanaaltje. 
5. 170l vocht
6. plasbuis, urinebuis
Vragen over de podcast: 

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

waarom hebben vrouwen vaker blaasontsteking?
A
de plasbuis is korter, de anus ligt dichterbij
B
de plasbuis is even lang als de man maar gevoeliger

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Moet je de huisarts bellen als je een vrouw bent met blaasontsteking?

Slide 7 - Question ouverte

Nee, het hoeft niet. Na een week kan eventueel de blaasontsteking vanzelf overgaan. wel is het advies dan paracetamol of andere pijnstilling hiervoor in te nemen.
Je mag wel naar de huisarts bellen voor antibiotica maar dit hoeft dus niet. 
(na een week moet je wel bellen)
Hoe wordt de urine getest op blaasontsteking?

Slide 8 - Question ouverte

Foto volgende pagina

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nefronen
Vena renalis
Arteria renalis
Pyelum
Ureter
Medulla renalis

Slide 10 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

De voorurine wordt via het kapsel van Bowman opgevangen in het afvoerende nierkanaaltje
De tubulus cortortus  mondt uit in de verzamelbuis
Het kapsel van Bowman vangt de afgescheiden voorurine op
De glomerulus wordt omgeven door het kapsel van Bowman.  De glomerulus filtert het bloed.
Een dun eindtakje van de nierslagader bereikt het nefron
Stap 1
Stap 2
Stap 3
Stap 4
Stap 5

Slide 11 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

 Pathologie

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Cystitis (blaasontsteking)
Vrouwen vaker dan mannen:
Vrouwen> darmbacteriën (,E. Coli) komen in urethra terecht via de huid. Meer kans bij geslachtsgemeenschap

Mannen> vaak oudere leeftijd. Plassen niet alle urine uit de blaas

Symptomen:
- pijn onderbuik
- loze aandrang of kleine beetjes plassen
- Urine troebel en stinkt
- Soms bloed bij urine

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Pyelonefritis (nierbekken ontsteking)
Voornamelijk door Reflux. Soms door nierstenen.
Vaak een complicatie van cystitis. > symptomen ontstaan acuut
Symptomen:
- aanhoudende pijn in zij of rug
- soms aanvalsgewijs
- koorts
- rillingen
- misselijk/braken

Complicaties:
Urosepsis > bloedvergiftiging als gevolg van een urinewegontsteking
Hoge koorts, erg ziek, kan dodelijk zijn.
Soms wordt Pyelonifritis chronisch > kan leiden tot nierinsufficientie




Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nefrolithiasis/Urolithiasis
  • Steenvorming in de urine = nierstenen
  • Vaak op middelbare leeftijd, vaker bij mannen
  • Zouten slaan in de urine neer - dit worden grotere stenen
  • Oorzaak onbekend
  • Symptomen:
  1. Pijn wanneer de steen loslaat of wanneer urine langs de steen gaat
  2. Pijn in aanvallen (= koliekpijn) hoog in de zij met uitstraling naar de lies > bewegingsdrang 
  • Complicatie: pyelonefritis
  • Behandeling: 
  1. Stenen worden vanzelf uitgeplast, goed blijven drinken
  2. Pijnbestrijding met NSAID's (bijv. diclofenac)
  3. Afwachten
  4. Bij complicaties of toename/terugkerende klachten: vergruizing of verwijderen met een scopie of operatie

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nierstenen kleiner dan ... mm worden in 85 tot 95% binnen twee maanden vanzelf uitgeplast
A
0,5mm
B
1mm
C
5mm
D
10mm

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Stoornissen in de urineproductie per 24 uur.
Zoek uit wat de volgende begrippen betekenen  mede a.d.h.v. het filmpje in de volgende dia (vanaf 04.29 min) en leer de begrippen Nederlands-Latijn en Latijn-Nederlands.
1. Oligurie
2. Anurie
3. Polyurie
4. Nycturie
5. Strangurie
6. Urineretentie 

Slide 20 - Diapositive

nycturie: er wordt in de nacht meer urine geproduceerd dan overdag.

Polyurie betekent grote hoeveelheid urine per dag (minstens twee liter).

Strangurie betekent pijn bij het plassen.

We spreken van oligurie wanneer de hoeveelheid urine minder is dan 400 ml per 24 uur.

We spreken van anurie wanneer de urineproductie geheel stopt is. De patiënt plast nauwelijks meer wat leidt tot urineretentie. (Urineren lukt niet, terwijl er wel aandrang is).

Slide 21 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerk
- CumLaude
- Opdrachten pathologie nieren en urinewegen
- Opdrachten medicatie blaasontsteking

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions