recyclen en dichtheid (na herhaling fasen faseovergangen kook- en smeltpunt)

recyclen en dichtheid
(nadat we herhaling 1 nog een keer gedaan hebben)
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

recyclen en dichtheid
(nadat we herhaling 1 nog een keer gedaan hebben)

Slide 1 - Diapositive

Noem de 3 fasen

Slide 2 - Question ouverte

Je giet spiritus uit de fles op een doekje. Je ruikt het nu. Welke fase-overgang heeft er plaatsgevonden?

Slide 3 - Question ouverte

Je ademt uit terwijl het buiten koud is. Je ziet nu een wolkje. Welke faseovergang heeft er plaatsgevonden?

Slide 4 - Question ouverte

0 graden Celsius is het smeltpunt van water. Deze temperatuur heeft ook een andere naam. Welke?

Slide 5 - Question ouverte

Hiernaast zie je een horizontale lijn in het diagram. Wat stelt die voor?
A
het smeltpunt van de stof
B
het kookpunt van de stof
C
het smelt- of kookpunt van de stof

Slide 6 - Quiz

Als je een diagram tekent, moet dit altijd voor ....... gevuld zijn.
A
een kwart deel
B
de helft deel
C
drie kwart deel
D
helemaal

Slide 7 - Quiz

Wat kun je zeggen over het kookpunt van water?
A
Dat is overal op aarde hetzelfde.
B
Dat wordt steeds hoger, des te hoger je komt.
C
Dat wordt steeds lager, des te hoger je komt.

Slide 8 - Quiz

Het verkleuren van een tuinstoel in de zon is een
A
faseovergang
B
chemische reactie

Slide 9 - Quiz

Je bril beslaat als je een koelcel in loopt. Dit is een
A
faseovergang
B
chemische reactie

Slide 10 - Quiz

Een faseovergang is een voorbeeld van
A
scheikunde
B
natuurkunde
C
geen van beiden
D
natuur- en scheikunde

Slide 11 - Quiz

Het verbranden van een lucifer is een voorbeeld van
A
scheikunde
B
natuurkunde
C
geen van beiden
D
natuur- en scheikunde

Slide 12 - Quiz

Bij een ontploffing spreek je van
A
een faseovergang
B
verwarmen
C
een verbranding
D
een ontledingsreactie

Slide 13 - Quiz

recyclen en dichtheid

Slide 14 - Diapositive

Wat betekent recyclen?

Slide 15 - Question ouverte

Wat betekent de afkorting gft (in gft-afval)

Slide 16 - Question ouverte

Wat betekent de afkorting kca (bij afval)

Slide 17 - Question ouverte

Wat is restafval?

Slide 18 - Question ouverte

Wat is de formule van de dichtheid?
Dichtheid = ...
A
massa x volume
B
volume : massa
C
massa + volume
D
massa : volume

Slide 19 - Quiz

De dichtheid van de badeend is ...... de dichtheid van water
A
groter dan
B
kleiner dan
C
gelijk aan
D
Dat kun je niet zien

Slide 20 - Quiz

Wat is de eenheid van dichtheid?
Dus waar drukken we dichtheid in uit?
A
mg/ml
B
cm3/g
C
g/cm3
D
km/dag

Slide 21 - Quiz

De dichtheid van ijs is ....
dan de dichtheid van water





















































































































De dichtheid van ijs is ....... dan de dichtheid van water.
A
GROTER
B
KLEINER

Slide 22 - Quiz

Dichtheid is een stofeigenschap.
Wat is de dichtheid van water?
A
0,5 g/cm3
B
0,7 g/cm3
C
1,0 g/cm3
D
1,3 g/cm3

Slide 23 - Quiz

Kan een mengsel een dichtheid hebben?
(Want dichtheid is toch een stofeigenschap...?)
A
waar
B
niet waar
C
hangt ervan af

Slide 24 - Quiz

De dichtheid van de sleutel is ......... dan/als de dichtheid van water
A
Groter
B
Kleiner
C
Gelijk
D
Geen idee

Slide 25 - Quiz

1 dm3 = ............. cm3
A
10
B
100
C
1000
D
10.000

Slide 26 - Quiz

g/cm3 is hetzelfde als
A
kg/cm3
B
g/dm3
C
kg/dm3
D
kg/ cm3

Slide 27 - Quiz

0,5 g/cm3 = ...... kg/dm3

Slide 28 - Question ouverte