4.6 zenuwstelsel 4.7 alcohol

1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1,2

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Lesopbouw
1. Terugblik: oog
2. Uitleg met quizvragen: zenuwstelsel
3. Bio bits: zenuwstelsel
4. bespreken: alcohol

Vanmiddag: afmaken, nakijken en lezen!


Slide 2 - Diapositive

Sleep de juiste onderdelen naar het juiste nummer.
9
3
12
Gele vlek
Hoornvlies
Oogspier

Slide 3 - Question de remorquage

Hoe heet het gat in je oog waar licht doorheen valt?

Slide 4 - Question ouverte

Waar in het oog bevinden zich de zintuigcellen?
A
in de iris
B
in het hoornvlies
C
in het netvlies
D
in het glasachtig lichaam

Slide 5 - Quiz

BS 6 het zenuwstelsel
- Je kunt de bouw en functie van het zenuwstelsel beschrijven
- Je kunt de bouw en functie van drie typen zenuwcellen beschrijven 
- Je kunt de bouw en functie van zenuwen beschrijven

Slide 6 - Diapositive

Bouw zenuwstelsel
De bouw van het zenuwstelsel
  • Centrale zenuwstelsel (CZ): hersenen en ruggenmerg.

  • Zenuwen:
    Verbinden CZ met alle lichaamsdelen.

Slide 7 - Diapositive

Ruggenmerg
-Hoofd en hals direct met hersenen verbonden
-Romp en ledematen zijn met ruggenmerg verbonden
-Impulsen gaan via ruggenmerg naar de hersenen

Slide 8 - Diapositive

zenuwcellen

Slide 9 - Diapositive

zenuwcellen
Gevoelszenuwcel:
impuls van zintuig naar centraal zenuwstelsel (czs)
geeft waarneming door

Schakelcel:
ligt IN czs (=hersenen, ruggenmerg)

Bewegingszenuwcel:
impuls van csz naar spier of klier
stuurt reactie aan

3 typen zenuwcellen

Slide 10 - Diapositive

zenuwcellen
schakelcellen

Slide 11 - Diapositive

Zenuwcellen
zintuig → gevoelszenuwcellen ruggenmerg/hersenstam → hersenen → ruggenmerg/hersenstam → bewegingszenuwcellen → spieren/klieren

Slide 12 - Diapositive

Schakelcel
Bewegingszenuwcel
Gevoelszenuwcel
sleep de juiste namen naar de zenuwcellen

Slide 13 - Question de remorquage

Welke zenuwcellen geleiden impulsen van de zintuigen naar het centraal zenuwstelsel?
A
Schakelcellen
B
Bewegings zenuwcellen
C
Gevoelszenuwen
D
Alle zenuwcellen

Slide 14 - Quiz

Welke zenuwcellen geleiden impulsen van het centraal zenuwstelsel naar de spieren?
A
Schakelcellen
B
Bewegings zenuwcellen
C
Gevoelszenuwen
D
Alle zenuwcellen

Slide 15 - Quiz

Gevoelszenuwcellen hebben een lange uitloper die impulsen .......................
A
van het cellichaam af geleidt
B
naar het cellichaam toe geleidt
C
in beide richtingen geleidt

Slide 16 - Quiz

Waar liggen de schakelcellen?
A
Buiten het centrale zenuwstelsel
B
In de zintuigen
C
In het centrale zenuwstelsel
D
In de zenuwen

Slide 17 - Quiz

Zenuwcellen    >           zenuw

Slide 18 - Diapositive

Zenuw

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Wat is de taak van de zenuwen
A
impulsen aanmaken
B
impulsen doorgeven aan de hersenen
C
ze verbinden het centrale zenuwstelsel met de rest van lichaam
D
ze produceren bepaalde stoffen

Slide 21 - Quiz

De zenuwcellen van je voeten zijn verbonden met het ruggenmerg
A
Juist
B
Onjuist

Slide 22 - Quiz

De zenuwcellen van je ogen zijn verbonden met het ruggenmerg
A
Juist
B
Onjuist

Slide 23 - Quiz

BS 7 alcohol
- Je kunt de gevolgen van alcohol op korte termijn en op lange termijn beschrijven.

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Vidéo

Slide 26 - Vidéo

Slide 27 - Diapositive

verwerken in WB

Maak opdrachten 25 t/m 28
vanaf blz. 146 WB 2a.


timer
30:00

Slide 28 - Diapositive

Zelfstandig werken vanmiddag
(af)maken
1. opdr 25 t/m 28
2. uploaden in mijnschrift.nl met de juiste tags.
nakijken
3. t/m opdr 24 verbeteren mbv antwoorden in Classroom.
lezen
4. lezen bs8 hormoonstelsel (blz. 161 t/m 163 HB). 

Slide 29 - Diapositive