• Basisniveau (A1-A2):
Voor beginners ligt de woordenschat meestal tussen de 1000 en 2000 woorden.
• Middenniveau (B1-B2):
Voor de middenniveaus, waar studenten in staat zijn om meer complexe zinnen en situaties te begrijpen en te gebruiken, ligt de woordenschat tussen de 2000 en 4000 woorden.
• Gevorderd niveau (C1-C2):
Gevorderde studenten, die bijna vloeiend zijn en een breed scala aan onderwerpen kunnen bespreken, kunnen tussen de 5000 en 10.000 woorden kennen.
Volwassenen persoon in Nederland geboren ken ( gemiddeld ) 23.000 woorden.