Les 4 H3 §3.1 (deel 2) vrijdag 28-01-2022 Klas 2GT2

Welkom!
Klas 2gt2 
vrijdag 28 januari 2022
 4e uur

Les 4
§3 De kracht van rivieren
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 2

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Welkom!
Klas 2gt2 
vrijdag 28 januari 2022
 4e uur

Les 4
§3 De kracht van rivieren

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerk
Check je huiswerk op Classroom:

Geen huiswerk

timer
3:00

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

timer
0:30
Wat weet je nog van de vorige les?

Slide 3 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Waardoor hebben we te maken met zeespiegelstijging?
A
Smeltende Gletsjers
B
Uitzetten van zeewater
C
Slinken van ijskappen
D
Allemaal waar

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de ijstijd?
A
een lange periode van veel sneeuw
B
een korte periode van winter
C
een korte periode van herfst
D
een lange periode van hevige kou

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Aanlandige wind
Afvoer door rivier
neerslag
Smeltende gletsjers
Verdamping

Slide 6 - Question de remorquage

nu kun je je kennis testen. 
1. Vandaag
§3.2 De kracht van rivieren
Inleiding
Een rivier heeft veel kracht om een dal uit te schuren en sediment mee te nemen naar zee. Hoe werkt een rivier zoals de Rijn?

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

2. Wat weet je al?

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

timer
0:30
Wat kun jij over een rivier vertellen?

Slide 9 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

3. Theorie
Je leert/je kunt :
  • de erosie door een rivier beschrijven en een V-dal op een afbeelding herkennen.
  • beschrijven waar en hoe een rivier materiaal sedimenteert, afhankelijk van de stroomsnelheid van het water.
  • uitleggen wat een stroomgebied is en op welke manier water in een rivier terechtkomt.
  • de waterkringloop aan de hand van een afbeelding beschrijven.
  • het verschil in afvoer tussen een rivier met een groot stroomgebied en een klein stroomgebied uitleggen en in een grafiek herkennen.
  • de algemene regel dat hoe langzamer water stroomt, hoe kleiner het sediment is dat naar beneden zakt.
  • de algemene regel dat de grens tussen stroomgebieden van rivieren wordt gevormd door de hoogste punten in het landschap.
  • uitleggen wat het verschil is tussen de korte en de lange waterkringloop.



timer
5:00

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lees §3.2 op p. 42 en 43 van je leerboek!
timer
5:00

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bovenloop, middenloop en benedenloop

Een rivier: 
  • bovenloop - klein, krachtig snelstromend water (door reliëf) met grind, zand en klei - V-dal door erosie 
  • middenloop - minder reliëf, minder snelstromend, kan dal uitschuren maar ook materiaal neerleggen (sedimenteren = het neerleggen van sediment)
  • benedenloop - bijna geen reliëf -brede rivieren, traag en wijde bochten. Grind zakt naar bodem - Bij monding ook sedimentatie van zand en klei


Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stroomgebied
stroomgebied = Het gebied van waaruit water naar een rivier stroomt.
 Er zijn:
gletsjerrivieren en regenrivieren.

Water van een gemengde rivier: 
  • smeltwater
  • neerslag 
  • Er zijn ook 

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Begrippen
  • bovenloop = Het eerste stuk van de rivier vanaf de bron, waar veel reliëf is en waar de rivier snel stroomt.
  • middenloop = Het deel van de rivier tussen de bovenloop en de benedenloop waar nog wel wat reliëf is, maar waar de rivier minder snel stroomt dan in de bovenloop.
  • sediment = Het materiaal – zoals stenen, steentjes, grind, zand en klei – dat water, ijs en wind meenemen en ergens anders neerleggen.
  • benedenloop = Het laatste stuk van de rivier bij de zee, waar weinig reliëf is en waar de rivier langzaam stroomt.
  • monding = Het gebied waar een rivier de zee in stroomt of waar een zijrivier in de hoofdrivier stroomt.

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bergrepen?

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

4. Oefenen

Maak opdracht 4  t/m 6  van §3.1 De kracht van gletsjers op p. 49 en 50 van je werkboek!

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik vond deze les:
😒🙁😐🙂😃

Slide 19 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerk
donderdag 20 januari 2022 
4e uur
  • Leer §3.1 'Hoe werkt een gletsjer?'
  • Maak opdracht 1, 2 en 3 van §3.1 De kracht van gletsjers op p. 49 en 50 van je werkboek!

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions