Na het hoofdgerecht en voor het dessert, eten de Fransen graag een kaasplankje. Zeg nooit dat de kaas stinkt, maar dat het een sterk parfum heeft. Je neemt van minstens
2 soorten een hapje, 3 mag ook, maar 4 is onbeleefd!
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3
Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactif et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
H3G ~ français ~ 29-01-2021
Le saviez-vous?
Na het hoofdgerecht en voor het dessert, eten de Fransen graag een kaasplankje. Zeg nooit dat de kaas stinkt, maar dat het een sterk parfum heeft. Je neemt van minstens
2 soorten een hapje, 3 mag ook, maar 4 is onbeleefd!
Slide 1 - Diapositive
Doelen vorige les
... weet je wanneer je de futur simple gebruikt.
... weet je hoe je een futur simple maakt.
... kun je een futur simple invullen in een zin.
Slide 2 - Diapositive
Rad van fortuin
Slide 3 - Diapositive
Doelen vorige les
... weet je wanneer je de futur simple gebruikt.
... weet je hoe je een futur simple maakt.
... kun je een futur simple invullen in een zin.
Slide 4 - Diapositive
Rad van fortuin
Slide 5 - Diapositive
Doelen vorige les
... weet je wanneer je de futur simple gebruikt.
... weet je hoe je een futur simple maakt.
... kun je een futur simple invullen in een zin.
Slide 6 - Diapositive
Aan het einde van deze les...
... weet je wanneer je de futur proche gebruikt.
... weet je hoe je een futur proche maakt.
... kun je een futur proche invullen in een zin.
Slide 7 - Diapositive
Devoirs pour le 04-02-2021
Faire: révise Grammaire C over de futur proche (online)
Apprendre: grammaire C + futur proche (p. 38 livre de textes)
Leren voor de werkwoordentoets op 5 februari
Slide 8 - Diapositive
Le programme
Uitleg futur proche
Zelfstandig werken
Slide 9 - Diapositive
Le futur proche
Nabije toekomst
In het Nederlands gebruik je gaan + heel werkwoord
Ik ga werken / hij gaat leren / wij gaan slapen / etc.
Slide 10 - Diapositive
Le futur proche
Vorm van aller + heel werkwoord
je vais paler
tu vas parler
il/elle/on va parler
nous allons parler
vous allezparler
ils/elles vont parler
Slide 11 - Diapositive
Le futur simple
Geen uitzonderingen :)
Slide 12 - Diapositive
Le futur proche
Even oefenen...
Slide 13 - Diapositive
Vertaal: Jij gaat praten.
A
Tu parles
B
Tu va parler
C
Tu vas parler
D
Tu parleras
Slide 14 - Quiz
Le futur proche
Vragen?
Slide 15 - Diapositive
Le programme
Uitleg futur proche
Zelfstandig werken tot 12.40 uur 1. Faire: révise grammaire C over de futur proche (online) 2. Apprendre: grammaire C + futur proche (p. 38 livre de textes) 3. Leren voor werkwoordentoets van 5 februari