Les 3A - 4.2 aantekening antwoorden

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Goedemorgen / goedemiddag

• op tafel: informatieboek, werkboek en schrift
• in je tas: iPad, oortjes, rubiks cube, leesboek etc

Hoofdstuk 4: De Romeinen

Paragraaf 4.2 De Romeinse samenleving

en

4.3 De cultuur van het rijk

Plan vandaag

• Nakijken aantekening 4.2
• Uitleg aantekening 4.3
• Zelfstandig werken opdr. 4.3
  

Leerdoelen:

1. Ik kan beschrijven hoe de Grieks-Romeinse cultuur ontstond en werd verspreid.
2. Ik kan uitleggen hoe de Romeinse rechtspraak werkte.
   

Aantekening 4.2

Vraag 1: Wat voor type samenleving hadden de Romeinen? Waar verdienden de Romeinen hun geld mee?
Vraag 2: Waardoor kon de Romeinse economie opbloeien? Benoem drie oorzaken.
Vraag 3: Romeinen zagen rijkdom anders dan wij nu. Waar zagen zij rijkdom in?
Vraag 4: Uit welke groepen bestond de Romeinse samenleving? Teken de piramide.
Vraag 5: Leg uit waarom ‘brood en spelen’ werden ingezet door de autoriteiten. Noem twee voorbeelden van brood en spelen
Vraag 6: Hoe werden de slaven in het Romeinse Rijk behandeld?
Was dat voor alle slaven hetzelfde?

Aantekening 4.2

Vraag 1: Landbouwstedelijke samenleving, verdienden hun geld met landbouw, nijverheid en handel onderling en daarbuiten
Vraag 2: Door de Pax Romana, goede wegen en gemak van geld
Vraag 3: Romeinen zagen rijkdom in landbouwgrond niet in geld, geld en handel was een beetje minderwaardig
Vraag 4: zie volgende slide
Vraag 5: Brood en spelen werden ingezet om het volk rustig te houden en om populair te worden. Voorbeelden: paardenraces, gladiatoren gevechten
Vraag 6: Slaven werden heel slecht behandeld, slavenopstanden werden neergeslagen, waren kansloos, sommige werden wel goed behandeld en konden zich vrij kopen

4.2 Romeinse samenleving

• Een landbouwstedelijke samenleving: deel woont in de stad, deel woont en werkt in de landbouw
• Niet iedereen was gelijk in deze samenleving. Er waren grote sociale verschillen en armoede.
  
•  Veel arme boeren trekken naar de stad. Zij worden het proletariaat: de bevolkingsgroep van bezitloze armen.
• Om de bevolking rustig te houden en opstanden te voorkomen kreeg de bevolking gratis graan en vermaak (=brood en spelen) van de autoriteiten; bijvoorbeeld gladiatorengevechten
• Er waren veel slaven in het rijk door de veroveringen: slavenopstanden werden meedogenloos neergeslagen.
  

schooltv.nl

4.3 De Grieks-Romeinse cultuur

• De Romeinen waren erg onder de indruk van de Griekse cultuur: beelden, schilderijen, gedichten en gebouwen werden nagemaakt.
• Maar ook Griekse wetenschap en de taal werd bestudeerd door de elite
  
• Door de Griekse invloed ontstond een gemengde cultuur, de Grieks-Romeinse cultuur.
• Die cultuur hielden zij niet voor zichzelf, die verspreiden ze door heel het Romeinse Rijk: romanisering.
  
• De Grieks-Romeinse cultuur blijft lang na het Romeinse Rijk een belangrijk voorbeeld. Daarom wordt het ook wel antieke of klassieke cultuur genoemd
  

Jacob Otten Husly: Felix Meritis, Amsterdam, 1777-88

Het Witte Huis: James Hoban, Washington D.C., 1792-1800

Zelfstandig werken

1 havo

• Lees paragraaf 4.3  tot het einde
• Maak opdrachten 1 t/m 4

1 havo/vwo

•  Lees paragraaf 4.3
• Maak opdrachten 1 t/m 6