15.4

Doel
Je kunt op basis van een tekst een voedselketen/voedselweb maken. 

Je kunt inschatten hoe een verandering in de populatiegrootte van 1 soort de andere soorten in een keten/web zou kunnen beinvloeden.

Je kunt verschillende relaties tussen organismen herkennen en benoemen: 
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Doel
Je kunt op basis van een tekst een voedselketen/voedselweb maken. 

Je kunt inschatten hoe een verandering in de populatiegrootte van 1 soort de andere soorten in een keten/web zou kunnen beinvloeden.

Je kunt verschillende relaties tussen organismen herkennen en benoemen: 

Slide 1 - Diapositive

0

Slide 2 - Vidéo

welke relaties zag je tussen soorten?

Slide 3 - Carte mentale

voedselrelaties
competitieve relaties

Slide 4 - Diapositive

typen relaties
voedsel
competitief
symbiotisch

Slide 5 - Diapositive

Soorten relaties
intraspeciefieke relaties
     - concurrentie, ziekteverspreiding
     + voortplanting, veiligheid
interspecifieke relaties
      - concurrentie
      -/+ voedselrelaties
      -/+ symbiotische relaties

Slide 6 - Diapositive

Wat voor soort relatie zie je afgebeeld op het plaatje?

Slide 7 - Question ouverte

Wat voor soort relatie zie je afgebeeld op het plaatje?

Slide 8 - Question ouverte

DOEL
Je kunt voedselrelaties juist weergeven in een voedselweb of voedselketen en aan de hand van een voedselketen of voedelweb voorspellen wat het effect is van verstoringen (jacht, gebruik van insecticiden, maaien etc)

Je kunt de verschillende termen voor trofische (=voedsel) relaties herkennen en gebruiken

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Voedselketen

Slide 11 - Diapositive

Hoe wordt de in deze bron weergegeven voedselrelatie tussen de zeester en de zeeslak genoemd?

Slide 12 - Question ouverte

Welk van de organismen in dit voedselweb behoort of welke behoren zowel tot de consumenten van de vierde als tot die van de vijfde orde?

Slide 13 - Question ouverte

Symbiose
  • Mutualisme +/+
  • Commensalisme +/0
  • Parasitisme +/-

Slide 14 - Diapositive

mutualisme
Beide soorten hebben voordeel bij de relatie.

Slide 15 - Diapositive

Commensalisme 
  • Eén van de twee heeft voordeel, de ander geen voordeel en geen nadeel 
  • Koereiger
  • Epifyt 

Slide 16 - Diapositive

parasitisme
Een soort heeft voordeel, de ander nadeel.

Slide 17 - Diapositive

Bij veldonderzoek in Afrika is gebleken dat de mestkevers huisvesting bieden aan allerlei andere diersoorten, waaronder mijten. De mijten laten zich door de mestkevers transporteren naar een nieuwe hoop mest. Daar verspreiden de mijten zich in de mest waaruit zij hun voedsel halen. Door sommige onderzoekers wordt de symbiose tussen mestkevers en mijten parasitisme genoemd, anderen menen dat de mestkever alleen als transportmiddel voor mijten dient.

Aan welke voorwaarde moet zijn voldaan om deze relatie parasitisme te noemen?

Slide 18 - Question ouverte

Slide 19 - Diapositive

Huiswerk
zie planner

Moeilijk? Oefenvragen maken, en in KWT de toetsvragen

Slide 20 - Diapositive

vandaag
relaties invetariseren
relaties ordenen
uitleg: voedselweb, voedselketen
thema 15 opdr 14 vraag 1tm6
uitleg:producent, autotroof, trofisch niveau
thema 15 opdr 1 + benoemen producent etc.
uitleg:predatie, camouflage, mimicri

Slide 21 - Diapositive