week 39 uitspraak, alfabet, zelfst. nw, lidwoorden

Buenos días
¿Qué vamos a hacer?
  • repaso
  • pronunciación
  • alfabeto
  • lidwoorden en zelfstandige naamwoorden
Miércoles el 28 de septiembre
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

Buenos días
¿Qué vamos a hacer?
  • repaso
  • pronunciación
  • alfabeto
  • lidwoorden en zelfstandige naamwoorden
Miércoles el 28 de septiembre

Slide 1 - Diapositive

Los deberes

voor woensdag 5 oktober: 
SO woordjes tarea 1.1 en getallen t/m 10 (van Spaans naar Nederlands en van Nederlands naar Spaans)

Slide 2 - Diapositive

Repaso

Slide 3 - Diapositive

Maak de volgende sleepvragen zonder in je woordenlijst te kijken!

Slide 4 - Diapositive

En jij?
Ik ben
Hoe heet u?
Ik heet
En u?
Hoe heet jij?
¿Cómo te llamas?
¿Y usted?
Me llamo
¿Y tú?
¿Cómo se llama?
Yo soy

Slide 5 - Question de remorquage

¿Cómo se llama?
¿Y tú?
Yo soy
Me llamo
¿Y usted?
¿Cómo te llamas?
En u?
Ik heet
Ik ben
Hoe heet u?
Hoe heet jij?
En jij?

Slide 6 - Question de remorquage

Maak kloppende zinnen door de woorden naar de vakjes te slepen.  De woorden die je niet gebruikt sleep je naar de prullenbak. 
¿
soy
llamas
se
te
?
cómo

Slide 7 - Question de remorquage

Maak kloppende zinnen door de woorden naar de vakjes te slepen.  De woorden die je niet gebruikt sleep je naar de prullenbak. 
¿
soy
llamas
se
yo
?
llamo

Slide 8 - Question de remorquage

Maak kloppende zinnen door de woorden naar de vakjes te slepen.  De woorden die je niet gebruikt sleep je naar de prullenbak. 
¿
soy
llamas
se
llama
?
cómo

Slide 9 - Question de remorquage

Maak kloppende zinnen door de woorden naar de vakjes te slepen.  De woorden die je niet gebruikt sleep je naar de prullenbak. 
me
soy
se
llamo
cómo

Slide 10 - Question de remorquage

Los números
cero
uno
dos
tres
cuatro
cinco
seis
siete
ocho
nueve
diez

Slide 11 - Diapositive

A practicar
Geef elkaar sommen op.
Bijvoorbeeld: cinco y (+) tres son....
diez menos (-) dos son...

Slide 12 - Diapositive

Libro de alumno pág. 10
  • El alfabeto: vamos a escuchar y repetir


  • Welke letter wordt niet uitgesproken?
  • Welke klanken kent het Nederlands niet?
  • Welke letters kunnen op verschillende manieren worden uitgesproken?
Leerdoel: uitspraak

Slide 13 - Diapositive

Vamos a escuchar
Probeer de ontbrekende gegevens in je leefboek 
in te vullen. 
uitspraakregels
Leerdoel: uitspraak

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Escucha
  • Luister nog een keer naar het alfabet. 




Leerdoel: uitspraak

Slide 16 - Diapositive

A practicar LA pág. 10
  • ejercicio 2

  • ejercicio 3
Leerdoel: uitspraak

Slide 17 - Diapositive

En la clase
  • En grupos: vul de woordenlijst 2.2 in met behulp van pagina 12 van je libro de alumno.  
Leerdoel: zelfstandige naamwoorden
Módulo pág. 21

Slide 18 - Diapositive

Lidwoorden
Wat is een lidwoord?
Leerdoel: lidwoorden
de, het, een

Slide 19 - Diapositive

Het onbepaald lidwoord (een)

                                     Mannelijk                            Vrouwelijk
Enkelvoud               un libro                                una carpeta
                                     (een boek)                          (een map)
Meervoud                unos libros                         unas carpetas
                                     (een paar boeken)          (een paar mappen)
Leerdoel: lidwoorden

Slide 20 - Diapositive

Het bepaald lidwoord (de/het)

                                     Mannelijk                            Vrouwelijk
Enkelvoud               el libro                                   la carpeta
                                     (het boek)                           (de map)
Meervoud                los libros                              las carpetas
                                     (de boeken)                       (de mappen)


Leerdoel: lidwoorden

Slide 21 - Diapositive

Het zelfstandig naamwoord
In het Spaans zijn zelfstandige naamwoorden mannelijk of vrouwelijk
  • Mannelijk, zijn woorden die eindigen op een -o. 
  • uitzonderingen zijn o.a.: la radio, la mano....
  • Vrouwelijk zijn woorden die eindigen op een -a, -dad, -ión.
  • uitzonderingen zijn o.a.: el problema, el mapa....
  • Leer altijd het lidwoord erbij!
Leerdoel: zelfstandig naamwoord

Slide 22 - Diapositive

A practicar
Oefen de woorden van 2.2
  • Vraag elkaar hoe de dingen in het lokaal heten: 
¿Cómo se dice......en español?  Hoe zeg je.....in het Spaans?
  • Vraag ook hoe je het spelt: 
¿Cómo se escribe? Hoe schrijf je dat?


¿Cómo se dice "stoel" en español?
* silla
¿Cómo se escribe?
* ese - i - elle - a

Slide 23 - Diapositive

Vamos a hablar
De dos en dos
  • Begroet elkaar
  • Vraag hoe de ander heet en geef antwoord.
  • Vraag hoe het gaat en geef antwoord.
  • Neem afscheid.
Leerdoel: Begroeten en voorstellen

Slide 24 - Diapositive