Excellentie HH 2 futuro, presente perfecto, ser estar hay

• Spaans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Buenas tardes 

Hoy: repasa gramática

El futuro

Presente perfecto

Ser estar hay

Los demostrativos - de aanwijzend voornaamwoorden

El futuro

Futuro Próximo

FUTURO

- gebruik

als je wil aangeven dat je iets GAAT DOEN

- met werkwoorden

vervoeging werkwoord IR + A + HELE WW

vb. ik ga slapen -> VOY A DORMIR

- met wederkerende ww

Levantarse -> ME VOY A LEVANTAR 

of

Levantarse -> VOY A LEVANTARME

El futuro

Futuro Próximo

Wat is de 'futuro' in het Nederlands?

De futuro maak je...

1. hele werkwoord + o, as, a, amos, áis, an
2. met een vorm van ir + a + hele ww
3. met een vorm van haber + stam ww + ado/ido

Voy a la escuela

1. Jij gaat naar school
2. Zij gaat naar school
3. Ik ga naar school
4. Zij gaan naar school

Zet in de futuro:
trabajar - tú

Zet in de futuro:
dar - ustedes

Zet in de futuro:
creer - yo

Vervoeg in de futuro:
dormir, nosotros

Presente perfecto

Hoe maak je de 'presente perfecto'?

1. een vorm van 'haber' + ww + ado/edo
2. een vorm van 'ir' + a + hele ww
3. een vorm van 'haber + stam ww + ado/ido
4. een vorm van 'tener' + a + hele ww

Wanneer gebruik ik de Perfecto?

Perfecto
yo- tomar - zumo de naranja

vervoeg in de perfecto:
comprar (ella)

onregelmatige vormen 

'presente perfecto'

decir

hacer

abrir

volver

escribir

ver

poner

romper

dicho

hecho

abierto

vuelto

escrito

visto

puesto

roto

ser/ estar/ hay

Ser/ Estar/ Hay

Klik HIER voor de opdracht

Wat is het verschil tussen ser, estar en hay ?

SER/ESTAR/HAY/:
Aquí _____ muchos supermercados.

1. son
2. hay
3. tiene
4. están

¿Hay, ser, estar?

¡Hola!, Yo ___________________ Pablo.

1. eres
2. hay
3. estoy
4. soy

Gramática: ser/estar/hay:

Mi habitación ... bonita y moderna

1. está
2. es
3. hay
4. somos

Hay, ser of estar?

Pedro ....... español.

1. son
2. están
3. es
4. está

Los demostrativos

• Dichtbij (hier, bij mij)

-> aquí 

• Verder weg (daar,

bij jou) -> ahí

Aanwijzende voornaamwoorden

DEZE, DIT	mannelijk	vrouwelijk
enkelvoud	este	esta
meervoud	estos	estas

DIE, DAT	mannelijk	vrouwelijk
enkelvoud	ese	esa
meervoud	esos	esas

Demostrativos dus in drie groepen op te delen; afhankelijk van de afstand, hoe ver/dichtbij. 

Voorbeelden: 

- Dichtbij, bij mij -> esta chica está sentada en una silla 

- Iets verder weg, bij jou -> ese libro está sobre la mesa 

- Nog verder weg, van beiden -> aquel árbol es muy grande

Los demostrativos

(Aanwijzende voornamwoorden)

Masculino

Singular

Plural

Femenino

Wat zijn de aanwijzend voornaamwoorden voor dingen DICHTBIJ

Wat zijn de aanwijzend voornaamwoorden voor dingen die ver weg zijn

Kies het juiste aanwijzend voornaamwoord.
... mochila es roja.

1. Esta
2. Estas
3. Este
4. Estos

Aanwijzende voornaamwoorden:
Este Esta Estos Estas
Me gusta ___________ falda

1. esto
2. esta

Aanwijzende voornaamwoorden:
Este Esta Estos Estas
Me gusta ___________ vestido

1. este
2. esta

Aanwijzende voornaamwoorden:
Este Esta Estos Estas
Me gustan ___________ pantalones

1. estos
2. estas

Vul het juiste aanwijzend voornaamwoord in:
(dit) chica es muy guapa

1. este
2. estos
3. esta
4. estas

Vul het juiste aanwijzend voornaamwoord in.

3. ………. botas (daar verderop).

De aanwijzende voornaamwoorden

1. ..............................(deze) libro. dicht bij
2................................(die) blusas. ver weg
3. ...............................(dit) chica. ver weg
4. ...............................(deze) chicos. dicht bij

¡Hasta luego!