Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
mask crimi 3.2 kb les 2 en les 3
Waarom wordt iemand crimineel?
We onderscheiden 2 oorzaken:
- De
individuele oorzaken
(eigenschappen van het individu).
Hoe komt het dat dat de één crimineel wordt en de ander niet?
Hoe meer risicofactoren hoe meer kans.
-
Maatschappelijke oorzaken
(de dingen die door de maatschappij komen)
Hoe komt het dat men in de ene stad/land meer criminaliteit heeft dan de andere?
1 / 22
suivant
Slide 1:
Diapositive
Maatschappijkunde
Middelbare school
vmbo b, k, g
Leerjaar 3
Cette leçon contient
22 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
45 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Waarom wordt iemand crimineel?
We onderscheiden 2 oorzaken:
- De
individuele oorzaken
(eigenschappen van het individu).
Hoe komt het dat dat de één crimineel wordt en de ander niet?
Hoe meer risicofactoren hoe meer kans.
-
Maatschappelijke oorzaken
(de dingen die door de maatschappij komen)
Hoe komt het dat men in de ene stad/land meer criminaliteit heeft dan de andere?
Slide 1 - Diapositive
Individuele oorzaken van criminaliteit:
- Criminaliteit is aangeboren (achterhaalde visie)
- Gebrekkige opvoeding
- Gedragsproblemen en psychische problemen
- sterke groepsdruk (status)
- problematisch drugsgebruik
- persoonlijkheidskenmerken
Slide 2 - Diapositive
maatschappelijke oorzaken
- slechte levensomstandigheden
- Anonieme samenleving (minder sociale controle)
- Gelegenheid maakt de dief (kleine pakkans)
- minder besef van waarden en normen
- gebrek aan maatschappelijke bindingen
- eens een dief altijd een dief
Slide 3 - Diapositive
Christelijke visie
De mens is van nature zondig (slecht)
Slide 4 - Diapositive
Een ander woord voor strafbaar feit noem je een
A
conflict
B
inzicht
C
delict
D
stoplicht
Slide 5 - Quiz
Wat is een individuele oorzaak om crimineel te worden?
A
Slechte levensomstandigheden
B
Anonieme samenleving
C
eens een dief altijd een dief
D
Gedrags- en psychische problemen
Slide 6 - Quiz
Recidive betekent:
A
Helpen van verdachten om herhaling van strafbaar gedrag te voorkomen
B
Iemand valt na een veroordeling terug in crimineel gedrag
C
Hard aanpakken van criminelen
D
Voorkomen van crimineel gedrag
Slide 7 - Quiz
Een voorbeeld van tijdgebonden criminaliteit
A
Vroeger was overspel strafbaar
B
in andere landen is de doodstraf toegestaan
C
in Amsterdam worden meer fietsen gestolen
Slide 8 - Quiz
Wat is geen voorbeeld van zware criminaliteit?
A
Moord
B
Gewapende overval
C
mensenhandel
D
Fietsendiefstal
Slide 9 - Quiz
Wie plegen met name de delicten die vallen onder veel voorkomende criminaliteit?
A
Jongeren tussen de 16 en 23 jaar
B
Jongeren tussen de 18 en 25 jaar
C
Personen met een migratieachtergrond
D
Mensen van 50+
Slide 10 - Quiz
Als er minder sociale controle is dan is de pakkans:
A
Groter
B
Kleiner
Slide 11 - Quiz
Wat is een voorbeeld van een waarde?
A
Een leuk leven
B
Gezondheid
C
Veel geld
D
Opstaan voor een oud vrouwtje in de bus
Slide 12 - Quiz
Sociale controle is groter in
A
een dorp
B
de stad
Slide 13 - Quiz
De mens is zondig is een:
A
individuele oorzaak van criminaliteit
B
maatschappelijke oorzaak van criminaliteit
C
Christelijke visie op criminaliteit
Slide 14 - Quiz
Na een overval op onze school durft Klaas niet meer naar school. Dit is een voorbeeld van:
A
Immateriële gevolgen van criminaliteit
B
Materiele gevolgen van criminaliteit
Slide 15 - Quiz
Wat zijn immateriële gevolgen?
A
schade aan auto's
B
schade aan huizen
C
gevoel van angst en onveiligheid
Slide 16 - Quiz
Problematisch drugsgebruik is een
A
individuele oorzaak van criminaliteit
B
maatschappelijke oorzaak van criminaliteit
C
Christelijke visie op criminaliteit
Slide 17 - Quiz
Anita moet een nieuwe portemonnee kopen omdat haar vorige is gestolen. Dit is een voorbeeld van:
A
Materiele gevolgen van criminaliteit
B
Immateriële gevolgen van criminaliteit
Slide 18 - Quiz
Criminaliteit is een tijd- en plaatsgebonden begrip.
Wat is een voorbeeld van criminaliteit als plaatsgebonden begrip?
A
In grote steden vindt meer criminaliteit plaats dan in dorpen.
B
In Nederland worden jaarlijks meer fietsen gestolen dan in Noorwegen.
C
In veel landen is abortus verboden, in Nederland niet.
D
Vroeger was prostitutie in Nederland verboden, nu niet meer.
Slide 19 - Quiz
Gebrek aan maatschappelijke bindingen is een
A
individuele oorzaak van criminaliteit
B
maatschappelijke oorzaak van criminaliteit
C
Christelijke visie op criminaliteit
Slide 20 - Quiz
Les 3 maken:
KB/GL opdracht:
1/2/3/4/10 (al af)
9/10/11/12/13/14 (vandaag)
GL extra: vraag 15!
BB: H3 alle opdrachten afmaken.
Slide 21 - Diapositive
Les 4:
GL examenvragen bespreken BB afmaken H3
GL - BB bespreken H3
Slide 22 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
Mask criminaliteit oorzaken
Octobre 2024
- Leçon avec
25 diapositives
Maatschappijkunde
Middelbare school
vmbo b, k, g
Leerjaar 3
H3 criminaliteit
Juillet 2021
- Leçon avec
21 diapositives
maatschappijleer
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
H3 Oorzaken van criminaliteit
Septembre 2021
- Leçon avec
20 diapositives
Maatschappijkunde
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4
Hoofdstuk 3: Oorzaken criminaliteit
Octobre 2023
- Leçon avec
37 diapositives
Maatschappijkunde
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 4
Maatschappijkunde - CRIMINALITEIT H3 (terugblik)
Juin 2021
- Leçon avec
31 diapositives
Maatschappijkunde
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
H3 Oorzaken van criminaliteit
Décembre 2021
- Leçon avec
25 diapositives
Maatschappijkunde
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4
Hoofdstuk 3: Oorzaken criminaliteit
Août 2020
- Leçon avec
27 diapositives
Maatschappijkunde
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 4
H3: Oorzaken van criminaliteit. Deel 2.
Septembre 2020
- Leçon avec
36 diapositives
Maatschappijkunde
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4